Grote geopolitieke rel dreigt over stuwdam op de Nijl
The Ethiopian Grand Renaissance Dam (GERD). Dat is de naam voor het al even megalomane project van Ethiopië om een stuwdam te bouwen op de Nijl. Alleen lopen noorderburen Sudan en Egypte niet echt warm voor de dam. De drie landen raken het maar niet eens over de randvoorwaarden.
Deze week bezoekt de Ethiopische eerste minister, Hailemarian Desalegn, Egypte. Hét gespreksonderwerp tijdens dat bezoek zal de bouw van de Ethiopische stuwdam op de Nijl worden, zo meldt Quartz. Het is de zoveelste poging om een akkoord te vinden over de bouw van die dam.
Ethiopië wil met de stuwdam, die 6.000 megawatt moet opleveren, de grootste energie-exporteur van Afrika worden. Beide noorderburen vrezen dan weer dat de dam voor een mindere watertoevoer zal zorgen en zo de landbouw in gevaar zal brengen.
De bouw van de dam, die overigens onder leiding van het Italiaanse bedrijf Salini Impregilo SpA gebeurt, startte al in 2011 en zou normaal komend jaar moeten eindigen. Het hele project zal zo'n 4 miljard dollar kosten. Vooral dat Ethiopië al in 2013 startte met het omleiden van water om het stuwmeer achter de dam te vullen, zet kwaad bloed bij Sudan en Egypte. Voornaamste struikelblok is nu of Ethiopië de bouw van de dam zal afronden nog voor het een akkoord heeft gevonden met de twee andere landen over het vullen van het stuwmeer.
Voornaamste struikelblok is of Ethiopië de bouw van de dam zal afronden nog voor het een akkoord heeft gevonden over het vullen van het stuwmeer
Principeakkoord
In 2015 nog sloten de drie landen een principeakkoord over de bouw van die dam, al was dat ook toen met lange tanden. Van die eensgezindheid is nu amper nog wat te merken.
Afgelopen november kwamen vertegenwoordigers van de drie landen nog samen in een poging de plooien glad te strijken. Aanleiding was de presentatie van een Franse studie die de ecologische gevolgen van de dam onder de loep nam. Sudan en Ethiopië weigerden echter de krijtlijnen waarop die studie gebaseerd was, te erkennen, noch wilden ze ingaan op het Egyptische voorstel buitenlandse experten te laten bemiddelen.
Dat Egypte wijst naar twee verdragen uit 1929 en 1959, respectievelijk afgesloten met (een toen gekoloniseerd) Sudan en Ethiopië, zet dan weer kwaad bloed bij de twee andere landen. Beide landen vroegen al ettelijke keren om de verdragen aan te passen, iets waar Egypte tot nu toe voor terugdeinst.