Emiel is kotstudent… op een zeiljacht aan het MAS

Waar kan een student van de Hogere Zeevaartschool beter op kot zitten dan op een schip? Emiel Joye kocht een zeilboot en huurt een ligplaats in het Willemdok, in de schaduw van het MAS. “Het is goedkoper dan een kot aan land én een stuk plezanter.”

PATRICK VINCENT

Op 6 september 2018 vertrok de Take Five uit de haven van Zeebrugge. Aan boord vijf jonge kerels onder leiding van kapitein Emiel Joye, 18 jaar. Met tussenstops (en feestjes) in Vlissingen, Goes en Wemeldinge zeilde het kwintet naar Antwerpen. Sinds 13 september ligt het schip in het Willemdok, met de boeg gericht naar het MAS. Een geknipte locatie voor deze eerstejaarsstudent aan de Hogere Zeevaartschool.

“Mijn vader, een boordmachinist op baggervaartuigen, was meteen gewonnen voor het idee”, vertelt Emiel in de kajuit van de Take Five. “Mijn moeder, hoofdverpleegster in Knokke, had wat meer overtuigingskracht nodig.”

Pin-ups aan de muur

De rekensom was nochtans snel gemaakt. De Take Five, een zeilboot uit 1972 die de voorbije 22 jaar in de haven van Blankenberge lag, was goed onderhouden en perfect zeewaardig. De Joyes betaalden er 13.000 euro voor. Daarbij komt nog eens 2.800 euro om een jaar in het centrum van de beschaving te mogen liggen. “Water, elektriciteit en het gebruik van de douches zijn inbegrepen”, zegt Emiel. “Voor die prijs kan je aan land geen kot huren.”

Al zeker niet zo’n übercool kot. Emiel heeft de Take Five wat aangepast, een groter bed, wat meer stopcontacten. Aan de wanden van de kajuit hangen een grote wereldkaart en - zoals het een ware zeekapitein betaamt - een tiental pin-ups. “Die heeft mijn broer Lowie hier geplakt”, lacht hij. “Ik laat ze maar hangen.”

© Victoriano Moreno

De jonge Zeebruggeling leerde zeilen bij de zeescouts. Hij geeft les aan aspirant-zeilers in de catamaranschool van Blankenberge. Maar varen met de Take Five is er sinds die 13de september niet meer van gekomen. Nu vrijdag vertrekken ze wel met alle eerstejaars van de Zeevaartschool met de bus naar Gdynia in Polen. En vandaar varen ze met de driemaster Dar Mlodziezy via Vigo in Spanje naar Antwerpen. “Wennen aan het zeeleven”, zegt Emiel. “Wachtlopen. Bijleren. En in Vigo mogen we twee dagen van boord.”

Hij glundert van voorpret. “We hebben een leuke groep. De jongens van de kust tegen de jongens van ’t Stad. Elkaar wat pesten met onze accenten. Dikke fun.”

Emiel haalde mooie resultaten in de examens van januari en kijkt uit naar lengende dagen en warmere temperaturen. “Ik span een hangmat tussen de mast en de voorstag. Beter wordt het niet”, mijmert hij. “En als het mooi weer is, wil iedereen naar mijn kot komen. Wat is er gezelliger dan aperitieven op het dek voor je naar een feestje vertrekt?”

Tegen meisjes zegt hij nooit dat hij op een zeiljacht woont. “Mijn vrienden doen dat voor mij. En dan willen die altijd eens komen kijken...” Hij lacht ontwapenend breed.

Een voor de hand liggende vraag dringt zich op. Een student in de fleur van zijn leven, een feestje, smalle steigers… Hoe dikwijls is hij al in dat verrekte dok gesukkeld? “Dat is normaal de eerste vraag die mensen stellen”, lacht hij. “Maar nee, het is me nog niet overkomen. Het is een kwestie van concentratie. Mijn fiets heeft er al wel in gelegen. Ik had hem tegen de boot gezet, maar een harde windvlaag kreeg hem te pakken. Het dok is 7 meter diep. We hebben hem er met een haak weer uitgevist. Mijn fietszakken zaten vol krabben en visjes. Stinken, niet te doen.”

In het Willemdok zitten nog minstens vier andere studenten van de Zeevaartschool op kot. En er zijn verrassend veel andere vaste bewoners. “Het is hier zalig rustig op het water. Het lawaai van de stad hoor je amper. En iedereen is vriendelijk en helpt elkaar als het nodig is, ook de lui van de grote luxejachten.”

In de bagger

Een droom is om met de Take Five de Atlantische Oceaan over te varen. Deze zomer zetten Emiel en zijn broer koers naar Noorwegen, om te oefenen. En na zijn diploma? “Dan ga ik in de bagger, net zoals mijn grootvader, mijn vader en mijn nonkel. Zes weken in Singapore, zes weken thuis. Maar eerst nog even van het studentenleven genieten.”