Direct naar artikelinhoud
AchtergrondOorlog in Oekraïne

Waarom Oekraïense aanvallen op Russische olie-infrastructuur Biden de kop kunnen kosten

Een brandweerman blust een oliedepot in de buurt van Smolensk, ten westen van Moskou.Beeld AFP

De voorbije week werden in de buurt van Smolensk twee Russisch oliedepots aangevallen met Oekraïense drones. Het is een strategie van het Oekraïense leger om zand te gooien in de Russische oorlogsmachine. Zeer tegen de zin van de Verenigde Staten. ‘Het is nochtans een van de meest succesvolle Oekraïense campagnes.’

“Val geen Russische olieraffinaderijen meer aan.” Het was deze strenge boodschap die de Amerikaanse vicepresident Kamala Harris in februari had voor Volodmyr Zelensky tijdens de Munich Security Conference. De Oekraïense president reageerde not amused, volgens de Amerikaanse krant The Washington Post. En hij hield er ook weinig rekening mee, hij voerde het aantal droneaanvallen de maanden nadien nog op. In de nacht van dinsdag op woensdag vernietigden Oekraïense drones opnieuw twee oliedepots in de buurt van Smolensk. Het Britse persagentschap Reuters becijferde dat de Oekraïners tot eind maart al 14 procent van de Russische olieproductie hadden lamgelegd.

“Als je het mij vraagt is het samen met de campagne in de Krim een van de meest succesvolle militaire acties van het Oekraïense leger”, zegt luitenant-kolonel Tom Simoens (Koninklijke Militaire School Brussel). “Het is in elke oorlog zinvol om de olie- en brandstofproductie van de vijand te raken. Natuurlijk zal het Russisch leger niet binnen de vier maanden zonder brandstof vallen, maar ze gaan meer geld moeten uitgeven aan de import van olie. Dat zijn toch middelen die ze niet kunnen gebruiken voor de productie van wapens of voor het betalen van lonen en pensioenen.”

Geen olieraffinaderijen meer

Wat wel opvalt, is dat de Oekraïners de afgelopen weken geen olieraffinaderijen meer bestoken, maar zich beperken tot het aanvallen van oliedepots. “Dat is sowieso minder efficiënt”, aldus Simoens. “Zulke depots kunnen vaak in één week tijd weer opgebouwd worden. Aanvallen op raffinaderijen zijn veel verstorender. Zeker als ze, zoals de Oekraïense drones, de distillatietorens aanvallen. Daarin wordt de olie verwerkt en gescheiden, ze zijn eigenlijk het brein van de raffinaderij. Die zijn niet alleen duur – ze kosten 1 miljard euro –, maar ze bevatten ook technologie die alleen in het Westen te verkrijgen is. Het is niet zo evident om die zomaar op een-twee-drie te vervangen, gezien de sancties tegen Rusland.”

Dat de aanvallen nu beperkt blijven tot olieopslagplaatsen zou weleens te maken kunnen hebben met de reactie van de Verenigde Staten. Na de waarschuwing van Harris liet ook minister van Defensie Lloyd Austin in het Amerikaanse Congres twee weken geleden duidelijk blijken dat Oekraïne zich beter kan “richten op tactische en operationele doelen die de huidige strijd direct kunnen beïnvloeden”.

Opvallend is dat de VS daarmee regelrecht ingaan tegen belangrijke Europese bondgenoten als Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, die het volledig legitiem vinden dat Oekraïne de olieproductie van Rusland probeert te belemmeren. “Het is niet alsof Rusland zich beperkt tot het treffen van militaire doelen of alleen aan het front aanvalt. Het valt aan in heel Oekraïne”, liet David Cameron, de Britse minister van Buitenlandse Zaken, duidelijk verstaan.

Brand in de olieraffinaderij van Belgorod na een Oekraïense aanval, april 2022.Beeld Anadolu Agency via Getty Images

Het lijkt er sterk op dat er hier vooral politieke overwegingen meespelen. In de Verenigde Staten is president Joe Biden zeer bang voor een forse stijging van de olieprijzen door deze Oekraïense droneaanvallen, kon The Washington Post vernemen van insiders in het Witte Huis. Als de prijzen aan de pomp stijgen, zou dat Bidens kans op een herverkiezing in november kunnen fnuiken.

“Dat zou best de belangrijkste reden kunnen zijn”, zegt Simoens. “Zoals de Belgen een baksteen in de maag hebben, hebben de Amerikanen een grote auto die enorm veel verbruikt. En dus zijn ze daar zeer gevoelig voor prijsstijgingen van benzine of diesel.” De regering-Biden haalt ook aan dat zo de steun voor de oorlog in Oekraïne aangetast zou worden in Europa.

Dansen op slappe koord

Volgens analisten hebben zulke aanvallen nochtans heel weinig te maken met de recente prijsstijgingen van olie. “Er is een kleine geopolitieke premie op ruwe olie verbonden aan het geweld in het Midden-Oosten”, aldus Tom Kloza, hoofd energieanalyse bij OPIS, een bedrijf dat olieprijzen rapporteert, in The Washington Post. “Het grootste deel van de recente stijging van de prijzen kan worden toegeschreven aan productieverlagingen door OPEC+ (de organisatie van olie-exporterende landen, DT).”

De Oekraïense aanvallen zorgen intussen wel voor Russische represailles op het Oekraïense elektriciteitsnet, waardoor vooral burgers getroffen worden. Simoens: “Maar ik denk niet dat dat minder zou gebeuren als Oekraïne geen droneaanvallen zou uitvoeren op de Russische oliefaciliteiten. Ook vorig jaar werden veel burgerdoelwitten geraakt door Russische raketten. Ze doen nu al het maximale, meer kan toch niet.”

Maar Zelensky zal vanwege financiële overwegingen toch enigszins rekening moeten houden met de Amerikaanse bekommernissen. Zopas nog keurde het Amerikaanse Congres een pakket goed ter waarde van 57 miljard euro. Het is voor de Oekraïense president dansen op een slappe koord: hij mag de steun van de VS niet verliezen, maar moet toch ook voor de beste militaire strategie kiezen.

Ongetwijfeld zal de volgende maanden ook meespelen dat Zelensky er alle belang bij heeft dat president Biden herkozen raakt. Donald Trump, de Republikeinse presidentskandidaat, heeft al aangegeven dat hij de geldkraan naar Oekraïne volledig zal dichtdraaien als hij weer aan de macht zou komen.