COLUMN. Nico Dijkshoorn: “Het leek wel alsof Kevin De Bruyne voor het eerst een grote ‘bah’ op het potje had gedaan”

Elke week buigt columnist Nico Dijkshoorn zich over een nieuwsfeit dat hem beroerde. Deze keer: de allereerste kopbalgoal van Kevin De Bruyne. “Pas toen het echt niet anders meer kon, kopte hij hard raak. Ik snap zijn vreugde nu beter.”

Nico Dijkshoorn

25 april. Zet u die datum rood omcirkeld in uw agenda. Zaterdag 27 april vieren wij in Nederland de verjaardag van onze koning, maar u zult voortaan ieder jaar met een halve voetbal op uw hoofd hossend door de straten gaan. Uw reservekoning, Kevin De Bruyne, heeft donderdagavond met zijn hoofd een doelpunt gescoord!

Er wordt over geschreven en gesproken alsof hij, met een heel stadion vol met mensen om zich heen, voor het eerst een grote bah op het potje heeft gedaan. ‘Aandoenlijk’. Dat woord komt in mij op. Ik herinner mij de eerste rake kopbal van Wesley Sneijder, tijdens een wedstrijd met het Nederlands elftal. Hij liep per ongeluk met zijn voorhoofd tegen een voorzet en holde daarna feestend over het veld. Steeds maar weer wees hij op zijn eigen voorhoofd. De ogen wijd open van verbazing.

De enorme vreugde wanneer een voetballer van wie het voorhoofd eigenlijk al jarenlang is opgegeven, scoort met een toevallig op zijn kruin landende bal, vind ik prachtig. Hoe Kevin De Bruyne, met zijn lieve, half mislukte Beethoven-kapsel, na de rake kopbal in de armen van zijn medespelers hing.

Zijn collega’s zijn ook buiten hun zinnen. Hun Kevin heeft met dat vroegoude jongenshoofdje van hem een bal in de kruising gekopt! Ongelofelijk! Je ziet keepers soms met een schijnbeweging iemand de verkeerde kant opsturen. Meevoetballende keepers worden als iets bijzonders gezien. Net zo vreemd: perfect tweebenige spelers moet je met een lampje zoeken. Tweebenige voetballers zijn een zeldzaamheid, net zoals met het hoofd scorende geniale middenvelders uniek zijn.

Goedbeschouwd is dat eigenlijk vreemd. Voetballers ontvangen miljoenen voor hun diensten, maar nog steeds zie ik iedere wedstrijd rechtsbenige buitenspelers die geen bal voor het doel kunnen trappen met hun linkerbeen. Mijn boerenverstand zegt: dat is trainbaar. Een tweebenige spits of een perfect tweebenige middenvelder is op ieder veld een bezienswaardigheid.

Dat is ongeveer wat ik voelde toen ik Kevin zijn zweefduik zag: ontroering vermengd met ergernis. Het werd allemaal wel héél uitbundig gevierd. Ik herinner mij een doelpunt van John van Loen, een lange roodharige speler van FC Utrecht, die opeens bij Ajax voetbalde. Daar werd woedend op gereageerd door Ajax-supporters. John van Loen ontving zelfs een kogelbrief toen hij voor Ajax speelde.

© AFP

John van Loen nam wraak zoals ik een speler nooit eerder wraak zag nemen. Hij, de man die we alleen kenden als een stram in de lucht hangende zoutpilaar, scoorde vanaf de middenlijn met een stiftje. Onmogelijk, maar toch gebeurd. Zijn reactie was groots: John gedroeg zich alsof hij zojuist achteloos een vlieg van zijn hand had geslagen.

Zoiets zou ik ook graag bij Kevin hebben gezien. Versnelling, duiken, keihard in de kruising koppen, opstaan en meteen een aanwijzing geven. Niet uitbundig vieren dat je met je hoofd hebt gescoord. Vergelijk het maar met afrekenen bij de snelkassa in een supermarkt. Toen mij dat voor het eerst lukte zonder dat ik alle boodschappen voor een derde keer moest scannen, keek ik alsof ik thuis ook een zelfscanner had. Gewoonste zaak van de wereld.

Kevin had geschiedenis kunnen schrijven met een onderkoelde reactie. Maar omdat hij dat niet deed en na het doelpunt met rode oogjes in de armen van zijn medespelers ging hangen, voel ik mij verplicht om hier dan zelf maar enige glans van het doelpunt af te halen. Ten eerste: de verdedigers van Brighton leggen nog net niet de rode loper voor hem uit. Zelden zag ik een spelbepaler zo vrij staan. Kevin De Bruyne had desnoods met een hond over het veld kunnen wandelen – even uitlaten in het strafschopgebied – en dan nog zou hij hebben gescoord.

Dat is een van de weinige voordelen van niet goed kunnen koppen: verdedigers laten je lekker wandelen als er een hoge voorzet komt. Dat is ook precies was er gebeurde: ze lieten Kevin lekker wandelen.

Maar er is meer. Ik heb de herhaling van het doelpunt minimaal twintig keer bekeken en ik weet het nu zeker: tot het laatste moment toe doet Kevin alle moeite om de bal toch te trappen. Ook dat vind ik weer ontzettend lief. In slow motion zie je Kevin positie kiezen in een zee van ruimte. Als de voorzet onderweg is, zie je aan zijn lichaam dat hij een kopbal probeert te voorkomen.

Ik begrijp waarom. Een geniale voetballer die wil koppen en half vallend een bal achter op zijn kruin krijgt, verliest zijn onaantastbaarheid. Precies dát zal het fragment zijn dat later op tv wordt vertoond. “Kevin, we kijken terug op een magistrale carrière. Maar – en ik zie dat je al weet waar we naar gaan kijken – het liep ook wel eens anders.” En dat Kevin daarna naar zijn mislukte kopbal moet kijken.

Daarom deed Kevin er alles aan om toch zijn voeten te gebruiken. Pas toen het echt niet anders meer kon, kopte hij hard raak. Ik snap zijn vreugde nu beter. Het had een definitieve smet op zijn carrière kunnen worden.

Meer over Kevin De Bruyne

Meer voetbalnieuws

Keuze van de redactie

Video