zaterdag 17 november 2018 - Binnenland
camera closecorrect Verwijs ds2 facebook nextprevshare twitter video

Dewitte & Lambrix

Jo Vandeurzen stopt met nationale politiek

“Nee, ik heb nog geen nieuwe job”

GENK Bij de Vlaamse verkiezingen van 26 mei volgend jaar zal Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (60) geen lijsttrekker zijn voor CD&V in Limburg. Bijgevolg past hij ook voor een nieuw ministerschap. “Ik ben 60 jaar. Als ik mijn professionele loopbaan nog een andere wending wil geven, moet ik het nu doen. Ik wil ook plaats maken voor verjonging en vernieuwing”, zegt de Genkse sterkhouder van de christendemocraten. “En neen, concrete toekomstplannen of een jobaanbod heb ik nog niet.”

Politieke concurrenten vonden ooit openlijk dat hij het “charisma van een lavabo” had, en “het imago van een natgeregend kartonnen bekertje”. Zijn eigen zoon Toon noemde hem op een onbewaakt moment “een piske”. En toen hij eind 2008 na - later bleek onterechte - verdachtmakingen van beïnvloeding van de rechtsgang in de Fortis-affaire ontslag nam als Justitieminister, spraken sommige media over Arme Joe.

In zijn 36-jarige politieke carrière heeft Jo Vandeurzen een paar minder fraaie bijnamen gekregen. Die werden op 7 juni 2009 allemaal van tafel geveegd, toen hij de Limburgse CD&V bij de Vlaamse verkiezingen naar een verkiezingsoverwinning leidde, en dat met een persoonlijke monsterscore van 69.223 voorkeurstemmen. Arme Joe werd die dag Super Joe.

En voor wie er nog aan twijfelt: als gewezen CD&V-premier Yves Leterme je “een fidele, oprechte en loyale kerel” noemt en N-VA-voorzitter Bart De Wever je omschrijft als “een integere politicus die zijn eer en partij hoger inschat dan zijn persoonlijke carrière”, dan weet je dat je te maken hebt met een politieke klasbak, met een Limburgs monument in politiek Brussel. Ondertussen is diezelfde Super Joe al bijna tien jaar Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Nooit zat iemand langer op die stoel.

Maar daar komt in mei 2019 ook een einde aan.

“Klopt. Ik heb beslist dat ik de Limburgse CD&V-lijst voor de Vlaamse verkiezingen dan niet meer ga trekken. Bijgevolg ben ik dus ook geen kandidaat-minister meer.”

Vanwaar die plotse beslissing?

“Dat heeft een persoonlijke en een politieke reden. Eén: Ik ben al meer dan 35 jaar politiek actief. Ik ben net 60 jaar geworden en als ik mijn professionele loopbaan nog een andere wending wil geven, moet ik het nu doen.”

En de politieke reden?

“In alle bescheidenheid durf ik zeggen dat er weinig discussie zou zijn als ik wél Vlaams lijsttrekker zou willen zijn. Maar ik vind dat een politieke partij ook moet inzetten op verjonging en vernieuwing. Voor mezelf vind ik het belangrijk dat ik dit signaal nu geef.”

Met de Vlaamse, federale en Europese verkiezingen vindt op 26 mei nochtans opnieuw de moeder aller verkiezingen plaats.

“Zijn er ooit goede momenten om te stoppen?”

Wie zal u opvolgen als Limburgs lijsttrekker?

“Die beslissing komt toe aan voorzitter Wouter Beke en de Limburgse afdeling. Ik vind wel dat CD&V-Limburg zich resoluut achter die nieuwe lijsttrekker moet scharen. En ja, de kans bestaat dat ikzelf dit zal doen als lijstduwer. Dat is een mogelijkheid. Maar het enige wat mij vandaag evident lijkt, is dat Wouter de lijsttrekker is in Limburg.”

Is het gemis aan nieuwe sterke figuren door uw vertrek geen probleem?

“Pas als je vernieuwing geen kansen geeft, wordt dat een probleem. Er loopt genoeg talent rond in mijn partij. Daarvan ben ik overtuigd.”

Is dit uw eigen beslissing of komt die er op vraag van CD&V?

“Het is absoluut mijn eigen beslissing. Ik begrijp dat dit niet zo leuk is voor mijn partij. Maar ik denk dat men mij wel begrijpt. Ik heb er alleszins goed over nagedacht.”

Heeft de uitslag van de recente gemeenteraadsverkiezingen meegespeeld in uw beslissing?

“Absoluut. In 1983 ben ik afdelingsvoorzitter geworden van CVP-Genk. Vijf jaar later haalden we met Jef Gabriels onze mooiste overwinning: we wonnen twee zetels en met 22 verkozenen op 39 hadden we een ruime absolute meerderheid. Kortom, de voorbije decennia hebben we in Genk iets moois opgebouwd. Ik zou het bijzonder erg hebben gevonden als het op 14 oktober was mislukt, zeker omdat ik in die kiescampagne inhoudelijk en achter de schermen mijn rol heb gespeeld. Als het die zondag was fout gelopen, zou ik dat als een van de grootste mislukkingen in mijn politieke carrière hebben gezien. U mag gerust weten dat ik er ontzettend graag bij was geweest toen burgemeester Wim Dries na zijn overwinning in de armen van een huilende Jef Gabriels viel. Helaas had ik op dat moment andere verplichtingen (de coalitievorming van een nieuwe deputatie in Hasselt, nvdr).”

Wat gaat u vanaf mei 2019 doen?

“Dat weet ik echt niet. Ik laat het open. Ik weet zelfs niet of ik nog iets in de politiek ga doen of daarbuiten, in de privésector. Alleszins zal ik me schikken naar de afspraken binnen mijn partij.”

“Ergens spijt van? In 2007 in kartel met N-VA naar de kiezer gaan, was misschien die ene keer te veel”
U heeft dus geen enkel plan?

“Geloof me vrij: neen! In de politiek heb ik me altijd kunnen werpen op twee thema’s die me bijzonder boeien: justitie enerzijds en gezondheidszorg, welzijn en de ziekenhuissector anderzijds. Vooral dat laatste vind ik een bijzonder boeiend gegeven: het gaat om een bijzonder complexe materie, maar tegelijk vind je in ziekenhuizen mensen op hun kwetsbaarst, in hun twijfel, angst of vreugde, of ze arm of rijk zijn. Ik heb in elk geval veel goesting om van alles te doen. Achter de schermen werken hoort daar ook bij. Ik zou volgend jaar het programma kunnen schrijven over wat er de volgende vijf jaar op het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin moet gebeuren.”

Enkele jaren geleden was er al het gerucht dat u de nieuwe grote baas van de Christelijke Mutualiteit zou worden.

“In alle eerlijkheid: daar is nooit een concreet woord over gerept. Zolang je politiek actief bent, vragen ze je niet. Ik geef wel toe: toen ik eind 2008 ontslag nam als minister van Justitie, was er wel concrete interesse vanuit de privésector. Mijn ervaring is dat onafhankelijkheid van de politiek het hoogste goed is. Ik heb die altijd gehad. Na mijn studies rechten ben ik gestart op het advocatenkantoor van mijn vader en zijn vennoten in Beringen. Toen ik in 1993 in opvolging van Luc Dhoore in het parlement mocht gaan zetelen, heeft men mij gezegd dat ik altijd naar het kantoor mocht terugkeren. Dat creëert een luxe, omdat je niet van de politiek moet leven. Het maakt dat ik ook in de Fortis-affaire vrij snel heb kunnen zeggen: als het niet gaat, dan gaat het niet. Ik neem ontslag.

Niet elke politicus kan dat zeggen.

“Pas op, ik begrijp dat politici met een inhoudelijk sterke carrière zich zorgen maken als de volgende verkiezingen eraan komen. Ik ben van 2004 tot 2007 ook partijvoorzitter geweest, hé. Dat is pas een hondenjob (lacht).”

Met u vertrekt ook een groot stuk sociaal gelaat van CD&V.

“Dat weet ik niet. Ik heb altijd voor idealen gekozen en dat sociale aspect is er daar een van. De wereld gaat heus niet vanzelf rechtvaardig worden. En neen, ook grote, anonieme machinaties zullen daar niet voor kunnen zorgen. Het zijn de mensen die het verschil kunnen maken. Net dat is de reden waarom ik een christendemocraat ben. Maar dat betekent niet dat ik een enge belangenbehartiger ben van het ACV of de CM. Ik kleef daar niet op, ben in dat opzicht geen fanaticus. Maar dat verhindert niet dat ik met heel veel mensen goed overleg kan plegen.”

Ook Limburg verliest met uw vertrek een man met visie, die voor deze provincie het verschil heeft gemaakt en nog kan maken.

“Kijk, zoiets moet je opbouwen. Ik ben heus niet de laatste der Mohikanen. Nieuwe mensen zullen het moeten doen. Zij zullen zichzelf moeten uitvinden, niet alleen met hun verstand maar ook met hun hart. Binnen mijn partij heb ik daar altijd in geïnvesteerd. Kijk alleen al maar naar het Limburgse leiderschap dat nu Wouter Beke toekomt. Die overdracht is heel erg goed gelukt. Die switch zorgt voor continuïteit. Maar dat kan alleen lukken als je daarover grondig overlegt en er nadien je schouders onder zet.”

Nu horen we de scoutsjongen met totem ‘gespierde cheeta’ spreken.

“(lacht hard). U moet daar niets achter zoeken, hoor. Die totem heeft totaal geen link met mijn persoon. Maar het klopt wel dat mijn periode bij de scouts en de Genkse jeugdraad mij heeft gevormd tot wie ik vandaag ben.”

Wanneer sloeg dat engagement om in politieke deelname?

“In 1982 vroeg de CVP me om de tweede plaats op de lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen te bekleden. Ik heb dat toen niet gedaan, omdat ik toen geloofde dat je niet in structuren moest zitten om dingen werkelijk te veranderen. Na die stembusgang, die CVP in Genk met 20 zetels op 39 had gewonnen, stonden Jef Gabriels, Luc Dhoore en Alex Arts opnieuw aan mijn deur, met de vraag om voorzitter van CVP-Genk te worden. Hoewel ik nog nooit op een bestuur was geweest, kreeg ik enkele dagen later al een telefoontje dat dat bestuur mij als nieuwe voorzitter had gekozen. Zes jaar heb ik dat gedaan, in een fijne en goede ploeg, met onder andere Vera Withofs en Ria Grondelaers.”

Het was de periode van de mijnsluitingen.

“Dat was geen makkelijke periode. Toen heb ik wel geleerd dat mensen je meer vertrouwen als je moedige beslissingen durft te nemen dan als je beslissingen uitstelt. Dat bleek ook in 1988, toen CVP er bij de gemeenteraadsverkiezingen in Genk twee zetels bijwon…”

…en uw politieke carrière helemaal gelanceerd was.

“In 1988 heeft Jef Gabriels me gevraagd om OCMW-voorzitter te worden. Een jaar later volgde mijn eerste verkiezingsdeelname en in 1993 mocht ik Luc Dhoore opvolgen als federaal volksvertegenwoordiger, wat inhield dat ik ook automatisch zetelde in de Vlaamse Raad. In de Kamer heb ik me volop kunnen werpen op volksgezondheid en justitie. Ik heb in de KS-commissie gezeten, in de Augusta-commissie en in de commissie-Dutroux over de hervorming van het politielandschap.”

In 1999 volgde de eerste politieke tegenslag, toen de CVP van uw toenmalige premier Jean-Luc Dehaene de verkiezingen verloor.

“Met dank aan de dioxinecrisis. Na die verkiezingen volgde Stefaan De Clerck Marc Van Peel op als partijvoorzitter, wat meteen de start betekende van een organisatorische en ideologische hervorming van onze partij. Dat leidde twee jaar later tot de naamswijziging in CD&V en mijn aanstelling tot secretaris-generaal van de partij.”

1983. Vandeurzen start als medewerker op de Genkse jeugddienst. HBVL

Met haar ampersand in de nieuwe naam en De Clercks oproep tot verbondenheid werd uw partij in de media vaak wolligheid verwezen.

“Verbondenheid was het nieuwe woord. Dat klonk toen misschien wollig, maar 15 jaar later is dit ideaal van CD&V actueler dan ooit. Ondertussen is de term vertaald in Waar een wij is, is een weg. Wij geloven in het samenleven, maar ook dat mensen uniek zijn. Dit kan je vandaag merken in het migratiedebat. Een echte christendemocraat is voor duidelijke regels en een geloofwaardig terugkeerbeleid. Maar dat wordt genuanceerder voor bijvoorbeeld een gezin met kinderen dat hier al tien jaar woont. Een christendemocraat zal die mensen altijd in de ogen kijken. Dat zit nu eenmaal in onze genen.”

In 2004 werd u CD&V-voorzitter. Nadien werd u federaal vicepremier en minister van Justitie. Daar liep het eind 2008 mis naar aanleiding van de Fortis-affaire, nadat voorzitter Ghislain Londers van het Hof van Cassatie een schijn van beïnvloeding meende te merken bij de behandeling in beroep van de zaak van de aandeelhouders van Fortis Bank.

“Met Ghislain Londers en Antwerps procureur-generaal Yves Liégeois hadden we toen een nieuwe lichting topmagistraten die veel opener communiceerden. En ja, toen ik eind 2008 ontslag nam, was ik kapot omwille van die verdachtmaking. Trouwens, mijn laatste wapenfeit als minister was het plan voor de bouw van nieuwe gevangenissen.”

U zat toen heel erg diep?

“Absoluut. Als mensen als Jef Gabriels, Marianne Thyssen en wijlen Erika Thijs toen niet op me hadden ingepraat, en zonder de steun van zovele mensen, was ik gestopt met politiek. Trouwens, het is Erika Thijs die me overtuigde om in 2009 de Limburgse lijst voor de Vlaamse verkiezingen te trekken. Zij zou de lijst duwen en zich laten opvolgen. Zo konden we onze ploeg mandatarissen aan boord houden.”

WDe jonge Vandeurzen aan het begin van zjin carrière in de jaren 80 met Jef Gabriels. Mark Renders

De verkiezingsoverwinning met bijna 70.000 voorkeurstemmen in 2009 werd gezien als een eerherstel. En u werd Vlaams minister van Welzijn.

“Ik geef toe dat ik zelfs na tien jaar nog altijd heel erg graag Welzijnsminister ben. En ja, er is veel kritiek en er zijn veel zorgvragen. Maar je kan niet zeggen dat er de voorbije tien jaar niet veel is veranderd. Kijk bijvoorbeeld naar de persoonsgebonden financiering voor mensen met een handicap, waar we van aanbodgestuurd beleid naar vraaggestuurd beleid zijn gegaan. Dat is een echte revolutie, zonder dat de sector zijn hakken in het zand heeft gezet. En nooit eerder zijn er in het domein Welzijn zo’n grote budgettaire inspanningen gedaan als de voorbije jaren. We hebben dus heel wat keien in de rivier verlegd. Dat neemt niet weg dat er nog veel werk op de plank ligt.”

De voorbije tien jaar was wellicht de gelukkigste periode uit uw politieke carrière?

“Ik doe zeer graag wat ik nu doe. Of het nu over beleid gaat of over de vele bezoeken aan de welzijnsorganisaties. In dit beleidsdomein wordt er echt in ploegverband gespeeld. Een goed kabinet, een sterke ploeg leidende ambtenaren, een sector die meewil en extra budgettaire ruimte maken dat we hebben kunnen doen wat we hebben gedaan. En ja, ik ben trots dat we dit samen hebben kunnen doen.”

2006. Met kartelpartner Bart De Wever. BDW

U heeft binnen CD&V de dingen fel zien veranderen in die 25 jaar.

“Natuurlijk. Kijk naar de sociale media. Ik verwonder me erover hoe vaak verstandige mensen daar onwaarheden posten. Denken ze niet na of zien ze die berichten eerder als een therapeutische sessie? Wat er van zij, voor de politiek is dit niet goed. Ikzelf heb altijd veel belang gehecht aan de interne partijwerking en vorming. En ja, ik ben blij dat die de voorbije 25 jaar overeind is gebleven. Tot vandaag is CD&V in Limburg nog altijd de best gestructureerde partij.”

Heeft u ergens spijt van?

“(Denkt na). Ik heb het kartel met N-VA altijd erg gesteund en ik heb altijd erg goed kunnen samenwerken met Bart De Wever. Maar met het kartel CD&V/N-VA in 2007 naar de kiezer gaan, was misschien die ene keer te veel. Kartels zijn immers tactische en geen strategische keuzes. In een kartel kunnen en zullen de verhoudingen nooit status quo blijven.”

“Toen ik ontslag moest nemen als minister van Justitie, was ik kapot. Hadden ze toen niet op me ingepraat, was ik gestopt met politiek”
Wat zou u nog graag aan uw palmares toevoegen?

“We moeten in onze staatsstructuren nieuwe stappen zetten inzake gezondheidszorg. We hebben een zeer toegankelijk gezondheidssysteem, maar de vraag is meer en meer wat het bijdraagt tot meer levenskwaliteit. We moeten de shift maken naar de vermaatschappelijking van de zorg en zieke mensen veel meer het gevoel geven dat ze er in onze samenleving nog toe doen. Ik heb het dan over de uitbouw van de thuiszorg, van de chronische zorg, de geestelijke gezondheidszorg, ouderenzorg...”

Huidig federaal minister van Volksgezondheid Maggie De Block pleitte in deze krant voor een herfederalisering van welzijn en zorg?

“Ik ben het daar niet mee eens. Vlaanderen kent een eigen dynamiek in het gezondheidsbeleid. Met de laatste staatshervorming zijn stukken van de sociale zekerheid overgeheveld naar de deelstaten. Het zal nog heel wat tijd vragen om dat te verwerken. Wie naar de eerstelijns hulpverlening in Vlaanderen kijkt, beseft onmiddellijk dat er meer samenwerking moet komen met het federale niveau, omdat dit ook zal leiden tot meer efficiëntie.”

2009. Vandeurzen verlaat de Fortis-commissie. De Fortis-affaire leidde eind 2008 tot zijn ontslag als minister van Justitie .BDW

Velen omschrijven u als een van de weinige politici die een langetermijnvisie over Limburg heeft. Wat moet er gebeuren?

“Eén: het bestuursakkoord van de nieuwe deputatie moet de economische speerpunten en ambities duidelijk aangeven, net als de manier waarop ze die samen met andere overheden wil nastreven. In dit opzicht vind ik het concept van de Vlaams-Limburgse taskforce na de sluiting van Ford-Genk een erg goede formule. Twee: als minister-president Geert Bourgeois namens de N-VA zegt dat de LRM in Limburg blijft, stemt me dat gerust. Maar de 10 miljoen euro dividend die LRM jaarlijks uitkeert aan de Stichting Limburg Sterk Merk is even belangrijk, want daarmee kunnen we niet-rendementsgebonden maatschappelijke projecten in deze provincie realiseren. Bij de vorming van de nieuwe Vlaamse regering na 26 mei volgend jaar moet dat verzekerd worden. Als CD&V dit toelaat, wil ik graag een rol spelen om die Limburgse agenda achter de schermen te betonneren.”

De Limburgse economie blijft immers kwetsbaar?

“Klopt. Het SALK-actieplan is een succes, mede dankzij de economische heropleving. Dat we na de sluiting van Ford-Genk met de zeven incubatoren zwaar hebben ingezet op wetenschappelijk onderzoek, is een ongelooflijk goede zaak. Maar om onze weerbaarheid te vergroten, zullen we ook moeten blijven inzetten op onderwijs, arbeidsmarkt, klimaat, gezinsondersteuning, wijkwerking, enzovoort. In heel wat grote thema’s en domeinen is Limburg vaak voorloper geweest. Laten we dit nu ook met economie-ecologie doen. Net zoals bij Oosterweel in Antwerpen moeten we voor onze Noord-Zuid door overleg met de stakeholders niet alleen tot een draagvlak en oplossing komen, we moeten ook verder kijken en de combinatie met omgevingswerken, tram of fiets durven maken. Met zo’n globaal plan maak je immers het verschil.”

WIE IS JO VANDEURZEN?

Geboren op 2 juni 1958 in Heusden-Zolder

1982: voorzitter CVP-Genk

1989: OCMW-voorzitter in Genk

1993: OCMW-raadslid in Genk en federaal volksvertegenwoordiger (tot 2007)

1995: gemeenteraadslid in Genk

2001: secretaris-generaal van de CD&V

2004: CD&V-voorzitter

2007: minister van Justitie in regering-Verhofstadt III en Leterme I (waar hij ook vicepremier is)

Eind 2008: ontslag als minister naar aanleiding van de Fortis-affaire

2009-nu: Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Gehuwd met Lieve Engels en vader van Tine, Tuur en Toon (deze laatste zit ook in de Genkse politiek)

Lees meer

Aangeboden door onze partners

Nieuwe Video's

Nog meer nieuws