De Hoge Gezondheidsraad heeft een adviesrapport klaar over digitale tools.
Foto: AP

Hoe apps kunnen helpen om onze mentale gezondheid te verbeteren

Digitale hulpmiddelen en apps kunnen helpen bij depressie, angst en slaapstoornissen en een deel van de oplossing bieden voor de lange wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg. Dat stelt de Hoge Gezondheidsraad (HGR) vandaag in een nieuw adviesrapport. Al is er wel een kader nodig om de wildgroei aan zelfhulp-apps en online therapieën tegen te gaan.

Tegenwoordig bestaat er voor bijna alles in ons leven wel een app. Ook de lijst van gezondheidsapps en andere online tools om je slaap, hartritme, stressniveau of zelfs geluksgevoel te monitoren, is eindeloos. Maar hebben al die programma’s wel zin en zijn ze ook betrouwbaar?

Volgens de Hoge Gezondheidsraad moeten we het kind niet met het badwater weggooien. “Een verankering van digitale hulpmiddelen van goede kwaliteit in de klassieke zorg kan de wildgroei aan zelfhulpapps tegengaan”, zo stelt het adviesrapport.

“Onderzoek heeft aangetoond dat digitale interventies doorgaans net zo effectief zijn als face-to-face therapie voor milde tot matige symptomen. Dit geldt des te meer wanneer er nog enige vorm van menselijke ondersteuning is", luidt het verder.

“Via apps om beter te slapen, te ontspannen of depressieve gevoelens te verminderen in combinatie met sessies bij een hulpverlener kunnen patiënten vaak sneller vooruitgang boeken”, verduidelijkt Tom Van Daele, expert bij de Hoge Gezondheidsraad, in het Radio 1-programma De Ochtend. “Zo kunnen we steeds meer mensen helpen en de lange wachtlijsten terugdringen.”

Goede omkadering is de sleutel tot succes

Maar een goede omkadering voor en door zorgprofessionals is wel essentieel bij het gebruik van apps en andere online hulpmiddelen. “Op dit moment zijn veel hulpverleners nog niet vertrouwd met digitale tools en hun mogelijkheden”, aldus Van Daele. De Hoge Gezondheidsraad wil daarom een nationaal kader opstellen met enkele voorwaarden om er op een juiste manier mee om te gaan.

Ook juridische en ethische vragen over privacy moeten hierin dringend uitgeklaard worden voor digitale tools deel kunnen uitmaken van therapeutische sessies.

Om nog meer doelgerichte apps en platformen te ontwikkelen en om zorgverleners op te leiden in hun correcte gebruik, kijkt de Hoge Gezondheidsraad naar de overheid. Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) vindt de aanbevelingen in De Morgen alvast "zeer interessant", zeker om "sommige doelgroepen zoals jongeren te bereiken".

Online hulp vaak even effectief als gewone therapie

Onderzoeker en professor psychologie Patrick Luyten (KU Leuven) is al 10 jaar bezig met de ontwikkeling van online tools in het kader van mentaal welzijn. Hij zette mee zijn schouders achter het platform Onlinepsyhulp.be. Binnen die onlineomgeving zijn er platformen per problematiek, waaronder depressies, angsten en verslavingen.

“Onze platformen zijn meestal ook op de smartphone actief, al merken we dat zo’n klein schermpje toch wel een drempel vormt. Daarom hebben we ze tot nog toe niet vertaald naar smartphone-apps. Al gaan we dat volgend jaar wel uittesten bij enkele van de instapmodules voor jongeren.”

Maar in welke vorm dan ook, online zelfhulp is wel degelijk erg nuttig. “Mensen hebben ondanks een complexe levensgeschiedenis heel wat veerkracht. Een online programma op eigen tempo wordt door velen niet als een drempel ervaren, maar biedt juist de mogelijkheid om je behandeling zelf in handen te nemen.”

Pure digitale zelfhulp vraagt doorzettingsvermogen

Via de online modules kan je heel doelgericht aan de slag met afgebakende problemen. "In de chat en bij blended therapie (een combinatie van reguliere therapie en online programma's, red.) ligt de klemtoon dan weer meer op de achtergrond van de persoon en de wortels van zijn problematiek", zegt Luyten.

“De persoonlijke chathulp van 12 sessies per Vlaming en gecombineerde therapie zijn vaak even effectief als de klassieke psychologische zorg."

Ook bij de pure online zelfhulp ziet de onderzoeker datzelfde effect, al haken mensen daar wel veel sneller af. “Vergelijk het met goede voornemens. Op 1 februari houdt een groot deel van de mensen zich al niet meer aan zijn start-to-run-schema.” Maar de 5 à 10 procent van de hulpzoekers die wel volhoudt, boekt even goede resultaten als in de reguliere zorgtrajecten. “In absolute aantallen is dat een grote groep mensen die zo geholpen is.”

Ook mensen met ernstige problemen hebben baat bij digitale tools

Patrick Luyten, professor psychologie (KU Leuven)

Online platformen zoals Onlinepsyhulp.be bereiken niet enkel hoogopgeleide mensen met milde of gematigde klachten. “Onze analyses tonen aan dat ook heel kwetsbare mensen baat kunnen hebben bij online zelfhulp”, aldus de Leuvense onderzoeker. “Ter illustratie: ons platform voor alcoholverslavingen heeft 600.000 tot één miljoen unieke bezoekers per jaar.”

Een ander voordeel? Bij digitale hulp is er een beter evenwicht tussen mannen en vrouwen, terwijl het toch vooral vrouwen zijn die hun weg vinden naar de reguliere hulpverlening. “Bij mannen speelt schaamte vaak nog een grotere rol. Dankzij online platformen kunnen zij laagdrempelig en anoniem met hun problemen aan de slag.”

Natuurlijk kan je geen persoonlijke band uitbouwen met een app of platform, zoals je dat wel kan bij een therapeut. Maar ook als het niets voor jou is, kan zo’n tool je wel de weg wijzen naar de reguliere hulpverlening. “Veel mensen zien in het therapeutisch aanbod vaak het bos door de bomen niet meer”, weet de expert. “Eenvoudige online programma’s kunnen zulke drempels verlagen en je ook inhoudelijk voorsprong bieden bij je therapie.”

Je wil niet weten wat er allemaal op TikTok en co. circuleert rond autisme en ADHD
Patrick Luyten, professor psychologie (KU Leuven)

Dat geldt ook voor mensen die digitaal minder onderlegd zijn, zoals sommige ouderen. Anderstaligen of mensen met weinig middelen zijn dan weer moeilijker bereikbaar. “Vaak zien we dat die mensen enkel een smartphone ter beschikking hebben of één laptop voor het hele gezin in de woonkamer hebben staan. Dan kan je niet even rustig de modules doorlopen, hoe gebruiksvriendelijk ze ook zijn.”

Toch moeten we blijven nadenken over hoe we ook die moeilijke doelgroepen kunnen bereiken, zegt professor Luyten. “Wetenschappelijk correcte informatie rond mentaal welzijn komt de hele samenleving ten goede. Je wil niet weten wat er in tijden van fake news allemaal op TikTok en co. circuleert rond autisme en ADHD."

De website onlinehulp-apps lijst alvast 200 platformen en apps op die gecontroleerd zijn op zowel inhoudelijke kwaliteit als databescherming. “Uiteindelijk deel je toch behoorlijk wat vertrouwelijke informatie. Bij heel wat commerciële apps is het niet duidelijk wat daar dan juist mee gebeurt.”

De toekomst in de mentale gezondheidszorg: VR-brillen en AI

Naast digitale platformen en apps ziet de onderzoeker op langere termijn ook heil in het gebruik van virtualrealitybrillen bij angsten en fobieën. En ook artificiële intelligentie kan als ondersteunende kracht in therapiegesprekken helpen bij het identificeren van patronen.

"De studies rond het gebruik van deze technieken zijn volop bezig, maar het is nu al duidelijk dat we technologie ook in de mentale gezondheidszorg moeten omarmen. Niet als wondermiddel, maar als toegangspoort en extra ondersteuning."

Meest gelezen