Vandaag raakte bekend dat ook de West-Vlaamse metaalmagnaat Joris Ide bij de Raad van State verzet aantekent tegen de bouw van het nieuwe stadion van blauw-zwart. Ook Paul Gheysens, topman bij Ghelamco, ging eerder al in beroep. Beiden bezitten een aantal gronden die moeten onteigend worden voor de bouw van het stadion. Ide wordt per 1 maart mede-eigenaar van RSC Anderlecht, Gheysens heeft Antwerp FC in handen, waardoor het beeld ontstaat van een ‘stadionoorlog’.

Renaat Landuyt zegt dat het Brugse stadsbestuur nu ‘alleen maar kan wachten’ op de uitspraak. Maar Landuyt blijft in het project geloven. ‘We gaan ervan uit dat de vergunning van de Vlaamse regering de toets van de Raad van State zal doorstaan’.

Pas over drie maanden wordt duidelijk of er een schorsing komt. Dat doet de vertraging bij de bouw sowieso verder oplopen. In 2015, toen een doorbraak in het dossier werd bereikt, klonk het nog dat Club Brugge ten vroegste in 2019 in het nieuwe stadion zou kunnen aantreden. Dat is nu niet meer haalbaar. Landuyt schat nu in dat daar twee jaar bijkomt.

Rechtstreeks gaan bemiddelen met Ide en Gheysens heeft volgens Landuyt momenteel geen zin. ‘Er zijn vroeger contacten geweest. Maar daarbij is nooit vermeld dat de aanklacht zou kunnen vervallen als de stad een bepaald bedrag zou betalen voor de gronden. Ik ga er dus van uit dat ze te goeder trouw zijn.’

Landuyt herinnert eraan dat de hele discussie ook voor andere ondernemingen gevolgen heeft. Het ruimtelijke uitvoeringsplan voorziet namelijk ook in de bouw van een aantal andere ondernemingen. ‘Dat is belangrijk voor de hele stad’. Maar aangezien de dossiers gekoppeld zijn aan dat van het stadion, lopen ook die onvermijdelijk vertraging op.