© GvA

“Al dat rondvliegend glas, dat had dodelijk kunnen zijn. Mijn oudste dochter kreeg een stuk in haar voet”

Bij dienstencentrum De Olijftak in de Hollandstraat in Antwerpen worden dinsdag de bewoners opgevangen die niet terug naar huis kunnen na de explosie aan de Paardenmarkt. Zij brachten de nacht door in een hotel en kregen vanochtend ontbijt en koffie aangeboden.

Dennis Van Damme

De mensen van het dienstencentrum zoeken naar een duurzame oplossing. Zo kreeg het Congolese gezin van Biby en Adriano, dat vier kinderen telt, in de loop van de voormiddag te horen dat ze naar een sociale woning mogen. Maar wanneer, dat is nog niet duidelijk. Net als alle anderen moeten zij wachten.

“Het was verschrikkelijk”, vertelt Biby. “Wij wonen in nummer 103. Door de ontploffing vlogen alle ramen aan diggelen. Het was heel raar: het hele appartement leek van de grond te worden geheven om daarna met een zware klap weer neer te komen. Ik was zo bang, vooral voor mijn jongste kinderen. Al dat rondvliegend glas, dat had dodelijk kunnen zijn. Mijn oudste dochter kreeg een stuk in haar voet. De wonde moest genaaid worden met vijf draadjes. Maar gelukkig blijft het daarbij.”

“Ik vrees het ergste”

In het zaaltje in het dienstencentrum zit ook Yaqobi Zakir. Hij woont in nummer 101, een van de compleet vernielde panden. “Ik was niet thuis, maar ik had wel iemand op bezoek”, vertelt hij. “Van hem is er nog steeds geen spoor. Ik vrees het ergste.”

Emad, een Irakees, woont in nummer 105. Zijn appartement staat er nog, maar hij moet wachten tot wanneer hij naar huis mag om enkele spullen op te halen. Zijn vriend was thuis toen de explosie gebeurde. “Ik keek naar buiten en zag mensen in het puin om hulp roepen. Maar ik kon niets doen, want ik zat vast”, vertelt hij.

Vanuit het dienstencentrum werden mensen dinsdag in groepjes naar de Paardenmarkt gereden. Zij die van de hulpdiensten al terug in hun woning mogen, konden wat spullen gaan ophalen. Daarna worden ze ondergebracht in een tijdelijke woning.

© DVD