Paralympiër Genyn klaar voor EK atletiek ondanks kleine tegenslag

Hier staat ingevoegde content uit een social media netwerk dat cookies wil schrijven of uitlezen. U heeft hiervoor geen toestemming gegeven.

Voor paralympiër Peter Genyn is de race naar Tokio 2020 nu echt begonnen. Hij staat volgende week aan de start van de 100 en 200 meter op het EK Para-atletiek in Berlijn, een van de belangrijkste wedstrijden op weg naar de Paralympische Spelen in Tokio over twee jaar. Toch verliepen de afgelopen weken niet zonder stress: eind juli schoot Genyns heup uit de kom, waardoor hij noodgedwongen nog onder het mes moest. Toch gaat de rolstoelatleet volgende week opnieuw voor goud.

“In tegenstelling tot een loper, heb ik mijn heup niet nodig in de rolstoel”, vertelt Genyn. “Maar het was wel verschrikkelijk lastig, want het bracht spasmen en hoofdpijn met zich mee. Gelukkig heb ik de voorbije twee weken nog hard kunnen trainen. Ik wil nog vol voor goud gaan, maar besef dat ik mijn ambities misschien moet bijstellen. Mocht het niet lukken, dan weet ik in elk geval waaraan het ligt, want ik heb mijn beste seizoen ooit gedraaid.”

Het was inderdaad een topjaar voor Genyn. De paralympisch kampioen en wereldrecordhouder klokte op het Belgische Kampioenschap in juli nog af op 20”76 op de 100 meter. Op de Grand Prix in Zwitserland dook hij zelfs als eerste rolstoelatleet onder de historische grens van 20 seconden met 19”89, een nieuw wereldrecord. Hij domineerde er zijn grootste tegenstanders zoals de Finse Toni Piispanen, de Algerijn Mohamed Berrahal en de Mexicaan Edgar Cesareo Sanchez Navarro.

Na het EK in Berlijn volgt mogelijk nog Japan en in oktober vertrekt Genyn op stage om het volgend seizoen voor te bereiden, met als focus de GP in Dubai en het WK in oktober 2019. Dan is de laatste rechte lijn naar Tokio 2020 echt ingezet.

Voor Genyn blijft het hard knokken. Ook op financieel vlak. “Ik heb het geluk dat ik met supermarktketen Lidl en isolatiebedrijf IKO twee hoofdsponsors heb tot de Paralympische Spelen. Want de sport blijft duur. Het Belgische Paralympisch Comité en Parantee-Psylos betalen voor mij de deelnames aan de kampioenschappen en de Spelen en één internationale wedstrijd per jaar. De kosten voor stages en materiaal zijn voor eigen rekening. Een stoel kost al snel 7.000 euro, mijn wedstrijdbanden gaan twee races mee, je zit met carbon-wielen, handschoenen waarvan ik een paar per week verslijt. Zonder sponsoring zou dat niet lukken.”