© HBvL

Rotemse vond de liefde van haar leven in Namibië: “Getrouwd om samen te kunnen blijven”

Omdat ze haar draai maar niet kon vinden in België was het voor Elodie Willems (24) duidelijk: ze wilde hier niet blijven. Waar ze dan wel heen ging, maakte niet uit. “Ik was nog nooit in Afrika geweest. Ik had zelfs geen idee waar Kamanjab lag”, vertelt Elodie. Ze kwam er dan toch terecht door een kennis van haar moeder. Die baatte in het Namibische dorpje een lodge uit. En dan gebeurt het onverwachte: Elodie raakt verliefd op een Namibiër. “Ik ben niet naar Afrika vertrokken voor de liefde, maar ik ben er wel voor teruggekeerd”, lacht ze. Zo ruilde ze Dilsen-Stokkem zo’n drie jaar geleden in voor Namibië.

Terwijl we ons gesprek voeren, horen we aan de andere kant van de lijn schreeuwende apen. Precies waar Elodie zo van geniet: de wondermooie natuur in Namibië en de rust. Vooral dat laatste, want dat kon ze in België niet vinden. “Mijn studies in het hoger onderwijs draaiden niet uit zoals ik wilde. Ik studeerde een jaar muziektherapie in Heerlen en startte daarna met toegepaste psychologie in Antwerpen, maar ik maakte geen van beide studies af. Ik vond mijn draai maar niet. In België is de druk om succesvol te zijn zo groot. Daarom wilde ik er tussenuit. Mijn mama kende iemand uit Opglabbeek die in Kamanjab in Namibië de lodge Oppi-Koppi Restcamp uitbaatte. Daar ben ik dan naartoe gevlogen om er drie maanden te gaan werken.”

Leerde je toen ook je huidige man kennen?

“Ja, via Vital, de eigenaar van de lodge. Zijn dochter ging uit met de broer van Michiel, mijn huidige man. Zo leerde ik Michiel kennen. Hij werkte toen in een slagerij. Het was geen liefde op het eerste gezicht, maar het is wel de liefde van mijn leven.” (lacht)

“Maar mijn visum verliep. Na drie maanden in Namibië moest ik terug naar België. Waar ik vier maanden ben gebleven. Het was geen gemakkelijke periode als jong koppel, maar we hebben doorgezet. Tot vandaag heb ik daar nog geen minuut spijt van.”

Was je meteen van plan om terug te keren voor Michiel?

“Ik wist al langer dat ik niet in België wilde blijven. Toen ik Michiel leerde kennen, wisten we dat we samen verder wilden. Ik wilde dus inderdaad terug naar Namibië om mijn leven met hem door te brengen. Ik ben er niet naar toe gegaan om de liefde te vinden, maar ik ben er wel voor teruggekeerd.”

Was de verhuizing naar Namibië een grote aanpassing?

“In België had ik niets. Behalve vrienden en familie. Ik liet dus ook niets achter. En tegenwoordig is het veel makkelijker om contact te houden met elkaar, dus dat viel mee. Al was het begin niet altijd even makkelijk. Michiel en ik woonden eerst twee jaar in Tsumeb, maar ook daar vond ik mijn draai niet meteen. Als blanke vrouw vond ik er moeilijk een job, en dat was vervelend. Het gevoel dat ik in België had, bleef ook daar wat hangen.”

Intussen woon je terug in Kamanjab, de plaats waar het voor jou begon.

“Klopt, terug naar het begin. (lacht) Sinds augustus wonen we hier en zijn we ook met onze eigen lodge gestart, Kamanjab Restcamp. Hier ben ik veel gelukkiger dan in België. Al is het in onze lodge keihard werken. We doen alles zelf: de gasten ontvangen, de keuken, de bar… Maar nu doe ik het voor mezelf en niet omdat ik het gevoel heb dat het moet. We hebben ook bewust gekozen voor het leven als zelfstandige omdat we daar een betere toekomst in zien.”

Ondervind je nog moeilijkheden als blanke vrouw?

“Het grootste deel van de bevolking is hier zwart. Zij zien blanken als rijke mensen. Ze vragen vaak of we hen niets kunnen geven, maar wij hebben zelf ook helemaal niet zoveel. Dat is soms wel wat vervelend. Die kloof tussen blank en zwart blijft er toch. Maar ik zou er niet voor willen terugkeren.”

Kamanjab is volgens toeristische websites groot in oppervlakte, “maar er valt weinig te beleven”. Klopt dat?

“Het is inderdaad meer een doortrekdorpje. De toeristen blijven nooit lang omdat er niet zo veel te beleven is. Er zijn twee Himba-dorpen en het nationaal park Etosha is vlakbij. Momenteel wordt er ook gewerkt aan een museum. Ze proberen wel om het dorp wat aantrekkelijker te maken voor toeristen.”

“Soms vloek ik wel eens als ik iets specifieks nodig heb uit een winkel. Of als ik geld wil afhalen. Ook dat is hier onmogelijk. Kamanjab heeft bijvoorbeeld wel een ziekenhuis, maar dan is er weer geen dokter aanwezig. Allemaal vervelend, maar uiteindelijk is het oké voor mij. De rust die ik hier vind, compenseert alles. Op dit moment hangen bijvoorbeeld de aapjes in de bomen. En als ik nu ons restcamp buiten stap, zie ik giraffen in de verte. Dat is magisch.”

© HBvL

Het is verder ook een enorm droge regio, zo middenin een woestijn.

“Ook dat was inderdaad een grote aanpassing. Ik heb dat vooral aan mijn lichaam gevoeld. Dat droogde helemaal uit. Maar ook daar wen je aan. Gewoon genoeg Nivea smeren.” (lacht)

“Hier leer je regen wel echt appreciëren. Als mama of papa mij weer eens een foto doorsturen van slecht weer in België, dan ben ik jaloers. De warme zomers zijn oké, maar regenen doet het hier ontzettend weinig.”

Hoe valt de plaatselijke bevolking mee?

“Hier leeft een mix van Himba’s, Herero’s en Damara’s. Door de taalbarrière heb ik niet zo heel veel contact met de lokale mensen. De Himba’s spreken bijvoorbeeld geen Engels of Afrikaans, net de talen die ik zelf spreek. Damara’s spreken dat wel. Met hen heb ik wel wat contact, maar zij zijn nooit echt serieus over iets. Al vind ik dat niet zo erg, ik kan best wel mee lachen met hen.”

Verschilt hun levensstijl veel van de onze?

“Die is anders, ja. Maar dat is meestal hun eigen keuze. Sommige zijn nog heel traditioneel, anderen niet. Maar in het algemeen beginnen ze daar wel meer uit te stappen.”

Is er iets waaraan je je ergert bij lokale mensen?

“Hun onbetrouwbaarheid. Ik ben opgegroeid met het idee dat ik mensen kan vertrouwen. Dat heb ik hier afgeleerd. In deze regio wordt er veel gelogen en gestolen. Dat gebeurt vooral onder elkaar: plaatselijke werknemers die stelen van andere werknemers. Het is niet zo dat ik mij hier onveilig voel, maar ’s avonds loop ik hier niet alleen rond. Dat zou ik ook niemand aanraden.”

Zijn er ook cultuurverschillen tussen jou en je man?

“De meeste discussies die we hebben, gaan over dieren. Ik vind aapjes bijvoorbeeld heel leuk en heb ze graag in de buurt. Michiel is ermee opgegroeid en ziet die apen als stoute beesten die alles stuk maken. Hij wil ze dus liever niet in de buurt. Hetzelfde met wilde katten of struisvogels: ik ben er dol op, Michiel niet. Maar echte discussies zijn dat in feite niet. Verder vinden Michiel en zijn mama mijn eetgewoontes raar. Wortelpuree begrijpen ze echt niet.”

Kom je nog terug naar België?

“Nee, absoluut niet. Je weet natuurlijk nooit wat de toekomst brengt. Mocht de situatie ooit grondig veranderen, dan misschien wel. Maar op dit moment ben ik het zeker niet van plan.”

kamanjabrestcamp.com

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer