Direct naar artikelinhoud
Dierenwelzijn

Verdient de zijderups ons medelijden?

Beeld ter illustratie.Beeld shutterstock

Zijderupsen, angora- en kasjmiergeiten. De Britse webshop Asos vindt niet dat deze dieren moeten lijden voor modegrillen. Hij wil alle kledij waarvoor ze gebruikt worden uit zijn virtuele rekken halen. 'Dat ze wol wel toelaten, is verwonderlijk.'

H&M, Zara en Topshop beloofden het eerder al, na gruwelbeelden over mishandelde geiten, en nu gaat ook Asos overstag. De webshop, die 850 modemerken verzamelt en ook in België levert, wil tegen 2019 geen kledingstukken meer verkopen waarin mohair verwerkt is. De update van zijn animal welfare policy toont dat Asos zelfs een stap verder gaat: ook kasjmier en zijde worden uit het aanbod geschrapt, naast producten met veren, dons, paarlemoer, tanden en botten.

Dierenrechtenorganisatie PETA is in de wolken. "Dit toont aan hoe de houding van mensen tegenover het fokken en doden van dieren voor mode is veranderd", vindt ze. PETA hoopt dat het het begin is van meer. "Het zal hopelijk niet meer lang duren vooraleer een bekende retailer ook leer en wol bant en 100 procent vegan wordt."

Dierenleed of niet?

Maar hoeveel mensen koesteren dezelfde hoop, en willen alle dierlijke materialen zien verdwijnen? Professor textielkunde Paul Kiekens (Universiteit Gent) is sceptisch. Hij gelooft niet dat veel mensen op dit moment wakker liggen van het leed dat met het winnen van mohair, kasjmier en zijde gepaard gaat. "Het verwondert me eigenlijk dat Asos wel nog wol blijft aanbieden", zegt hij. Want over dat materiaal was er het afgelopen jaar veel meer discussie.

Hij verwijst naar de campagne van PETA en haar boodschap dat schapen tijdens het scheerproces hardhandig aangepakt worden. "Die discussie leefde bij mijn weten een pak meer dan die over de zijderups. Ik vraag mij zelfs af hoeveel mensen kunnen vertellen hoe zijde gewonnen wordt", aldus Kiekens.

'Ik vraag mij zelfs af hoeveel mensen kunnen vertellen hoe zijde gewonnen wordt'
Paul Kiekens, professor textielkunde (UGent)

Hij vindt het moeilijk om zich over het dierenleed in de textielindustrie uit te spreken. "Rupsen overleven het productieproces niet, dat klopt. Anderzijds: het zijn insecten die in een vroege levensfase, als larve, worden gedood. Ik kan echt niet zeggen of ze op dat moment iets van pijn ervaren. Niemand kan dat, denk ik." Ook over het lijden van de angora- en kasjmiergeiten doet hij geen uitspraken. "Ik kan echt niet zeggen hoe erg die dieren afzien."

"Een dier is een dier. Een rups is niet noodzakelijk minder waard dan een nerts. Maar ik vraag mij af hoeveel consumenten dat vandaag zo zien." Annick Schramme, professor fashionmanagement aan de Universiteit Antwerpen, vindt de zet van Asos te radicaal. "De publieke opinie is gevoeliger geworden voor dierenleed. Maar ik denk dat het een hele kleine groep is die én zijde én mohair én kasjmier bewust vermijdt. De prijs blijft bij de meeste consumenten toch doorslaggevend."

Beide experts stellen ook: de impact van de beslissing van Asos is beperkt. Kiekens: "Zijde, mohair en kasjmier zijn samen goed voor een duizendste van de wereldproductie van vezels, die zo'n honderd miljard kilogram bedraagt. Ze zijn relatief onbelangrijk, ook voor de webshop zelf, denk ik. Dit zal voor hen amper iets betekenen op vlak van omzet."

Geen controle

Het gaat dus om de geste, het imago. H&M, Zara en Topshop schrapten om die reden ook eerder mohair uit hun aanbod, gelooft Schramme. "Het is vooral marketing. Maar niemand weet echt hoezeer die bedrijven die visie en strategie doortrekken. Zoiets wordt niet gecontroleerd."

Goede alternatieven voor de geschrapte materialen zijn er trouwens niet, klinkt het. Tenminste niet als je onder goed ook duurzaam verstaat. Katoen en jeans mogen dan niet uit dierlijke materialen bestaan, ze zijn wel enorm belastend voor het milieu.

'Minder kleren kopen en meer recycleren: dat blijft de beste oplossing'
Annick Schramme, professor fashionmanagement (UAntwerpen)

"Voor een katoenen T-shirt heb je zo'n tweeduizend liter water nodig, voor een jeans tussen de vijf- en tienduizend liter. Dan hebben we het nog niet gehad over de gebruikte chemicaliën", zegt Kiekens, die stelt dat synthetische alternatieven als polyester en viscose evenzeer vervuilend zijn. "Er wordt in de industrie heel hard gezocht naar nieuwe materialen, maar die zijn er nu nog niet."

"Minder kleren kopen en meer recycleren: dat blijft de beste oplossing", gelooft Schramme. Of kiezen voor een adamskostuum? "Wie weet, als de grens maar blijft opschuiven, schiet er straks niet veel anders over (lacht)."