Jeremy Farrar, hoofdwetenschapper van de WHO, noemt de uitbraak van de H5N1-variant "enorm zorgwekkend". Volgens hem valt niet uit te sluiten dat het zeer dodelijke virus uiteindelijk zo evolueert dat het van mens op mens kan overgaan.
"Hoewel die kans heel klein is, wordt deze wel steeds groter", legt Thijs Kuiken aan NU.nl uit. Hij is professor Virologie aan de Erasmus Universiteit. Tot nu toe kunnen mensen alleen besmet raken door contact met dieren die het virus hebben opgelopen. Zo werd eerder deze maand een Amerikaanse boer ziek, net als zijn koeien.
Het lijkt er volgens de WHO op dat dit de eerst infectie van een mens was door contact met een besmet zoogdier. Andere mensen liepen het virus op via besmette vogels. "Het feit dat de vogelgriep zich tot een zoogdiervirus heeft ontwikkeld, maakt het gevaarlijker voor mensen. Wij zijn immers ook zoogdieren", zegt Kuiken.
Volg dit onderwerp
'Virus zoekt nieuwe gastheren'
De Amerikaanse koeien waren zeker niet de eerste zoogdieren die het H5N1-virus opliepen. Het virus werd eerder al gevonden bij verschillende zoogdiersoorten, waaronder katten, varkens, ijsberen, zeehonden, vossen, beren en tijgers. "Als je bij de zoogdierpopulatie komt, dan kom je dichter bij mensen", zei Farrar. "Dit virus is gewoon op zoek naar nieuwe gastheren."
Toch hoeven we ons volgens Kuiken (nog) geen grote zorgen te maken over dat het virus zich wijd zal verspreiden onder mensen. "Het virus doolt al rond sinds 1996 en heeft zich sindsdien niet geëvolueerd tot een mensenvirus."
Maar hij waarschuwt ook: "Naarmate het gebied waarin vogelgriep voorkomt en het aantal besmette zoogdieren groeit, wordt de kans dat vogelgriep een mensenvirus wordt, wel steeds groter."
Helft van besmette mensen inmiddels overleden
Voor zover bekend liepen sinds begin vorig jaar tot 1 april van dit jaar 889 mensen wereldwijd vogelgriep op. Van deze patiënten overleden er 463, meer dan de helft. "Het sterftecijfer is uitzonderlijk hoog", stelt Farrar van de WHO. "Het is tragisch, maar als ik besmet raak met H5N1 en overlijd, dan was dat het. Maar als ik in de gemeenschap rondloop en iemand anders besmet, begint de circulatie van het virus."
De hoofdwetenschapper van de WHO pleit daarom voor een betere wereldwijde monitoring van het virus. Als het ooit zover komt dat mensen elkaar kunnen besmetten, moet de wereld voorbereid zijn om "onmiddellijk te reageren".