Direct naar artikelinhoud

Scheidsrechter Shona Shukrula: 'Ik ben een leider. Zeg het maar, gaan we luisteren of niet?'

Welke rol speelt afkomst in Nederland? Dat onderzoekt de Volkskrant in een reeks interviews. Scheidsrechter Shona Shukrula (26): 'Zeg het maar, wat gaan we doen? Gaan we luisteren of niet?'

Shona ShukrulaBeeld Casper Kofi

Op haar telefoon laat Shona Shukrula een filmpje zien van een voetbalwedstrijd. Als scheidsrechter loopt ze tussen de voetballers door. 'Kijk, ze zijn allemaal een kop groter dan ik.' Shukrula is 1 meter 65, maar daar heeft ze een oplossing voor. 'Als ik een speler toespreek, zorg ik dat ik wat afstand houd. Anders kijkt hij op me neer.'

In het filmpje geeft ze twee keer een gele kaart aan een gekleurde speler. 'Donkere voetballers zijn de enigen die weleens aan me vragen: wat is je afkomst?' Op een ander filmpje is te horen hoe het publiek haar toezingt. 'Ken je dat carnavalsliedje?', vraagt Shukrula. 'Schatje, mag ik je foto?'

Toen Shona Shukrula 20 jaar was, floot ze haar eerste wedstrijd in de Nederlandse eredivisie voor vrouwen. Nu is ze actief in de hoofdklasse en de derde divisie, het vierde niveau van het Nederlandse mannenvoetbal. Ze wordt gecoacht door de voetbalbond, de KNVB, en de professionele eredivisiescheidsrechter Kevin Blom. 'Mijn ambitie is over drie of vier jaar in het betaald voetbal voor mannen te fluiten. Ik heb geen haast. Het is belangrijk dat ik een goede basis heb en er echt klaar voor ben. Als ik daar eenmaal kom, ben ik er om te blijven.' Internationaal fluit ze voetbalwedstrijden voor vrouwen. 'Die zijn altijd onder leiding van vrouwelijke scheidsrechters.'

In gesprek

Schrijver Robert Vuijsje (Alleen maar nette mensen, Beste vriend) interviewt voor V Nederlanders over de rol die afkomst speelt in hun leven. Hij spreekt onder anderen nog met acteur Werner Kolf (Surinaams) en gitarist Erwin Java (Indonesisch).

'Mannen kunnen beter voetballen, mag je dat zo zeggen? Je kunt de twee sporten niet goed met elkaar vergelijken'

Waarom wil je wedstrijden van mannen fluiten?

'Ik ben ambitieus. Mijn droom is het hoogst haalbare. De eredivisie voor vrouwen is anders, daar maakte ik vijf jaar geleden al mijn debuut. Mannen kunnen beter voetballen, mag je dat zo zeggen? Je kunt de twee sporten niet goed met elkaar vergelijken.'

Haar vader, een Hindoestaan, verhuisde op zijn 17de vanuit Suriname naar Nederland. 'En mijn moeder is een echte Amsterdamse. Ik ben in Alkmaar geboren. Mijn vader kwam hier om hard te werken, hij bleef doorstuderen, ook nadat hij kinderen had gekregen. Nu geeft hij les op de politieacademie en is hij docent bedrijfskunde op Nyenrode. Hij woont in een mooi huis en heeft vier hoogopgeleide kinderen afgeleverd.'

Shona Shukrula (Nederland, 1991) is voetbalscheidsrechter en parketsecretaris bij het Openbaar Ministerie in Haarlem.

Nederlands

'Altijd.'

Surinaams
'Ook altijd.'

Eten
'Lasagne.'

Partner
'Een nuchtere Noord-Hollandse jongen uit Scharwoude, die mij met beide voeten op de grond houdt.'

Nederlandse joodschristelijke traditie
'Immigranten moeten zich aanpassen aan onze tradities. Maar zelf ben ik voor positieve veranderingen, een maatschappij waarin we elkaar aanvullen.'

Hoe was het in Alkmaar?

'We gingen op in de maatschappij. Op school zat ik in een vriendinnengroep met tien meiden, we zijn nog steeds hecht. Ik ben de enige met een kleur, maar ik heb me nooit anders gevoeld dan de rest.'

Waar word jij als scheids- rechter het meest op aangesproken: op je kleur of op dat je een vrouw bent?

'Altijd hoor ik: hé, een vrouw, wat apart. Ze zeggen nooit: hé, je hebt een Surinaamse achtergrond. Als ik een gekleurde jongen was, zou dat misschien wel gebeuren, dat weet ik niet. Het is natuurlijk een blankemannenwereld, die van de scheidsrechters. Dat ik een vrouw ben is kennelijk afwijkender dan mijn kleur.'

'Het is natuurlijk een blankemannenwereld, die van de scheidsrechters. Dat ik een vrouw ben is kennelijk afwijkender dan mijn kleur'

Hoe is je contact met voetballers?

'Ik merk dat ik op een ander level kan communiceren met, zeg maar, de mede-allochtonen. Ze zien: wij horen bij elkaar. Ik weet dat ze soms anders communiceren dan een Hollandse speler. Het kan emotioneler zijn, dan moet ik ze laten uitrazen. Wel of juist geen oogcontact. De ene speler kun je publiekelijk terechtwijzen, bij een ander is het beter even langs te lopen en te zeggen: dat gaan we niet meer doen, hè? Dat is wat ik heb meegekregen van opgroeien in twee culturen.'

Na haar rechtenstudie werd Shukrula parketsecretaris bij het Openbaar Ministerie in Haarlem. 'Ik wil officier van justitie worden.'

Je wilt graag Het Gezag zijn?

'Ik ben een leider. Mijn vader is ook zo. Op zondag komen we met alle kinderen en aanhang thuis eten, we zitten daar met tien man. Hij wil dan voor iedereen opscheppen en de leiding nemen. Mijn moeder zegt: laat het, ze kunnen ook zelf opscheppen.'

'Ik heb alleen positieve ervaringen, de spelers accepteren mijn beslissingen. Ze schreeuwen minder en worden minder agressief tegen een vrouw'

Niet iedereen is een liefhebber van Het Gezag.

'Dat hoort bij leidinggeven: mensen die het niet met je eens zijn. Maar ik heb alleen positieve ervaringen, de spelers accepteren mijn beslissingen. Ze schreeuwen minder en worden minder agressief tegen een vrouw. Ik kom niet naar een club om vrienden te maken, ik kom de wedstrijd leiden. Wat wel zo is: als ik het niet goed doe, zouden mensen daaruit de conclusie kunnen trekken dat vrouwen geen goede scheidsrechters zijn.'

Is dat een grote verantwoordelijkheid?

'Ik ben nu de vrouw die in Nederland het hoogste actief is als scheidsrechter. Deze weg is niet eerder bewandeld. Dat weet ik, maar het houdt me niet tegen. Ik heb geen vrouwelijke rolmodellen, ik kijk naar de mannen. Mijn doel is een nieuw pad te banen. Het zou mooi zijn als kleine meisjes het zien en zeggen: dat kan ik later ook doen.'

Dan verandert ineens haar gezicht. Shona Shukrula doet voor hoe ze voetballers streng toespreekt. 'Zeg het maar, wat gaan we doen? Gaan we luisteren of niet?'

Luisteren ze dan?

'Ik heb nog nooit een vechtpartij gehad, wel een opstootje. Als ik een vechtpartij krijg, ga ik niet in een hoekje zitten huilen: o wat ben ik zielig dat ze mij dit hebben aangedaan. Ik denk: wat heb ik niet goed gedaan en hoe had ik dit kunnen voorkomen?'