Direct naar artikelinhoud
Column

Het vermoeide oogcontact tussen moeder en vader schiet de middagdroom aan flarden: Missy heeft geen zin om te rusten

Beeld Geert Joostens

Bart Eeckhout is opiniërend hoofdredacteur bij De Morgen en papa van John John (8) en Missy (4).

Eindelijk is het zaterdagmiddag. Eerst breng je je zoon naar de scouts, waar je even tussen de andere ouders gaat staan. Verenigd als voetbalouders, maar dan anders. Hier geen geschreeuw of gejoel. Wel ingetogen vreugde en voorpret. Eindelijk zaterdag, eindelijk rust.

Ja, vroeger leefden we allen vast en zeker grootser en meeslepender

Moeders en vaders wisselen de wilde plannen uit die ze hebben voor die paar uur dat ze wekelijks ontslagen worden uit het ouderschap. Joggen, koffie drinken, boodschappen doen, de tuin aanharken. Ja, vroeger leefden we allen vast en zeker grootser en meeslepender.

Op weg naar huis denk je, verlekkerd en enigszins uitgeput, aan wat je de komende uren te doen staat. Rustig de krant lezen. Beentjes op de bank, straks een biertje erbij.

Je dochter is te jong voor de jeugdbeweging, maar volgt zwemles. In naam der gelijkwaardigheid herdoopte je die voor haar tot ‘zwemscouts’. Je rekent erop dat ze doodmoe met haar knuffel in een zetel ligt te dutten als je thuiskomt. Ze mag zelfs in het gat proberen te kruipen tussen je arm en buik, waar ze vroeger zo heerlijk in kon verdwijnen.

Dat is de zaterdagmiddag die je je droomt. Dit is hoe hij zich voltrekt. Eerst breng je John John inderdaad naar de scouts. Als je thuis de deur weer openzwaait, zie je moeder en dochter op de vloer rond een puzzel zitten. Het vermoeide oogcontact tussen moeder en vader schiet de middagdroom aan flarden: Missy heeft geen zin om te rusten.

“In stilte de krant lezen”, antwoord je op haar vraag wat ‘we’ gaan doen. Dat vindt ze een grappig antwoord. Voor de zekerheid maakt ze toch meteen duidelijk dat jullie dat dus al zeker niet gaan doen.

In plaats van liggend op de bank breng jij je middag hollend door je huis door

Ze wil een spelletje spelen. Geen bordspel met dobbelstenen, maar een echt spel. Tikkertje, roept ze vrolijk en voluntaristisch. In de keuken snort de espressomachine. Nadat zij al voor de zwemcursus heeft ingestaan, geeft je geliefde de estafettestok van het weekendouderschap aan jou door. Ze bladert door de krant die jij alvast mooi voor jezelf had klaargelegd. Haar grijns krijgt ze niet helemaal onderdrukt.

In plaats van liggend op de bank breng jij je middag hollend door je huis door. Je dochter giert het uit van de pret als jij plots van richting verandert en onverwacht voor haar neus opduikt. En jij, jij giert mee. Ze verandert de spelregels waar je bij staat. “Als ik in de gang liep, dan mocht jij me niet tikken.” Want een kleuter blijft een kleuter zolang ze de verbeelding in de verleden tijd de vrije loop laat.

Na tikkertje volgt verstoppertje. Je kent haar drie favoriete verstopplekken in huis. Je treuzelt. Om haar in de waan te laten dat ze onvindbaar is. En om tussendoor van dat biertje te nippen.

“Wat hebben jullie gedaan?”, vraagt je zoon als je hem ’s avonds weer ophaalt bij het scoutslokaal. Het antwoord luistert nauw. Hij zou niet willen dat hij thuis veel gemist heeft. “Niks bijzonders”, zeg je. “Gewoon wat in huis rondgelopen.” Het is niet eens gelogen.