Direct naar artikelinhoud
NieuwsVaccin baarmoederhalskanker

Minder jonge meisjes halen prik tegen baarmoederhalskanker

Van het aantal meisjes dat vorig jaar werd uitgenodigd voor een prik tegen baarmoederhalskanker, heeft minder dan de helft zich laten vaccineren. De snel dalende vaccinatiegraad kan in de toekomst leiden tot tientallen extra overlijdensgevallen.

In een Helmondse sporthal worden meisjes tussen 13 en 16 jaar ingeënt tegen baarmoederhalskanker.Beeld Marcel van den Bergh/de Volkskrant

De vaccinatiegraad voor HPV, het virus dat baarmoederhalskanker veroorzaakt, ligt nu op 45,5 procent. Daarmee daalde het percentage van meisjes dat zich laat inenten tegen baarmoederhalskanker met 8 procentpunt ten opzichte van 2016. In twee jaar tijd is de deelname aan het Rijksvaccinatieprogramma met 15 procentpunt afgenomen, stelt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).

Een daling van de vaccinatiegraad met 10 procentpunt zorgt volgens het RIVM voor meer dan veertig nieuwe gevallen van de ziekte en veertien extra doden. In 2017 groeide het aantal baarmoederhalskankergevallen in Nederland naar 817, dat is een toename van zo’n 60 patiënten.

Bijwerkingen

Meisjes krijgen een uitnodiging voor een HPV-prik in het jaar dat zij 13 worden. De belangrijkste reden om niet tegen baarmoederhalskankers te vaccineren is de zorg over mogelijke bijwerkingen zoals vermoeidheid.

‘Baarmoederhalskanker is een verschrikkelijke ziekte die goed kan worden voorkomen. De helft doet nu niet mee, gebaseerd op allerlei ideeën waar geen onderbouwing voor is. Dat is een gemiste kans’, vertelt Hans van Vliet, het hoofd van het Rijksvaccinatieprogramma. In meer dan 70 procent van de gevallen voorkomt het HPV-vaccin de ziekte.

Minder noodzaak

Van Vliet: ‘Lange tijd nam het aantal gevallen af en raakte de ziekte verder uit beeld. Mensen zien de noodzaak van vaccineren daardoor niet meer. Dan lijken andere zaken belangrijker.’ Van Vliet noemt de afname van de vaccinatiegraad daarom ‘het gevolg van het succes van het vaccinatieprogramma’. ‘We hebben in Nederland altijd een erg hoge vaccinatiegraad gehad. Vaccineren werd als vanzelfsprekendheid gezien. Dat is nu aan het veranderen.’

Het hoofd van het Rijksvaccinatieprogramma vindt dat er in het onderwijs meer aandacht moet komen voor de ernst van ziektes als als baarmoederhalskanker. ‘In de toekomst moeten we meer verhalen van patiënten laten horen. Bij vaccinatie hoort het verhaal over de ziekte. Op die manier maak je mensen bewust van de noodzaak van het HPV-vaccin.’ Volgens Van Vliet moet er ook gekeken worden naar de locatie waar de prikken worden gegeven en het versoepelen van de vaccinatieleeftijd. ‘Inenten op scholen leidt doorgaans tot een hogere vaccinatiegraad, net als jonger beginnen met prikken.’

Gezondheidsexperiment

‘De HPV-vaccinatie is een groot gezondheidsexperiment. De bijwerkingen, zoals grote vermoeidheid, worden constant ontkent’, vindt Anne-Marie van Raaij-Schouten van de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken (NVKP). ‘De nieuwe vaccinatiecijfers zijn voor ons dan ook een goed teken. Mensen denken steeds meer zelf na en laten zich goed informeren.’

Samen ziek. Of niet?

Onderzoek zelf hoe infectieziekten zich verspreiden en wat het effect van vaccinatie is.

Vaccineren is een kwestie van waarden geworden

Voor een groeiende groep ouders is het vaccineren van hun kinderen geen vanzelfsprekendheid. In hun wereldbeeld spelen wetenschappelijke feiten een ondergeschikte rol. Een profiel van de nieuwe niet-prikker.

Hoe een enge video vaccinatie-angst in Japan aanwakkerde en wat we daar in Nederland van kunnen leren

Het aantal mensen dat zich laat vaccineren kan na een spookverhaal ineens drastisch dalen. Kijk maar naar wat er mis ging in Japan. En daar kunnen we hier van leren.