Direct naar artikelinhoud
Psychologie

Is het goed voor ons brein als we meer lummelen zoals een leeuw?

Doe en denk als een kat, raadt een boek aan. Het klinkt verleidelijk, maar blijkt niet altijd nuttig.Beeld shutterstock

Leef als een luiaard, denk als een kat, lummel als een leeuw. Volgens een groeiend aantal auteurs zijn dieren prima leermeesters voor overspannen mensen. Maar zien evolutiebiologen dat net zo? 

“De mens is ook een dier, dus zou hij zich best wat meer als zodanig mogen gedragen. Bijvoorbeeld als het gaat om de balans tussen inspanning en ontspanning.” Zo schreef journaliste Wilma de Rek afgelopen weekend in De Volkskrant. Ze interviewde onder meer een voormalig zoodirecteur, die aangaf nooit een door depressie of burn-out geplaagd dier te hebben gezien. “Dieren”, zo stelt Maarten Frankenhuis, “bewegen zich in de regel niet voor de lol. Ze spannen zich niet harder in dan strikt noodzakelijk.” Er wordt in het artikel onder meer verwezen naar de mannetjesleeuw. “Die voert geen flikker uit en ligt 22 van de 24 uur te ronken.” Of de python, nog zo'n luilak. “Die vangt een prooi en houdt zich dan een maand stil.” 

Het afgelopen jaar verscheen Leef als een beest, een boek dat diezelfde journaliste met een hoogleraar psychiatrie schreef en uitlegt hoe we modernetijdziektes te lijf moeten gaan. Dat kan volgens hen door, net als dieren, zo veel mogelijk in het hier en nu te leven. Tijd maken om echt helemaal niets te doen, valt daar ook onder. Er blijken nog meer mensen diezelfde boodschap uit te dragen. Heel recent verschenen er titels als Doe en denk als een kat (Stéphane Garnier), Leef meer als een luiaard (Tim Collins) en Altijd in het nu – je huisdier als zenmeester (Eckhart Tolle).

Overbelast brein

Vraag evolutiebiologen wat ze van zulke adviezen vinden en ze nemen vrijwel meteen het woord ‘onzin’ in de mond. Volgens hen heeft het geen enkel nut om als mens een voorbeeld te nemen aan een leeuw, huiskat of luiaard. Waarom? Omdat wij simpelweg geen leeuw, huiskat of luiaard zijn. 

“Het gedrag van deze dieren is het resultaat van miljoenen jaren ontwikkeling. Je kan als mens niet zomaar een stukje kopiëren”, stelt professor emeritus Mark Nelissen (UAntwerpen). Hij verwijst naar diezelfde leeuw: die mag dan quasi de hele dag in de schaduw liggen, het dier leeft ook in een roedel waar vooral de wijfjes instaan voor de jacht. Die wijfjes heeft hij bovendien verkregen door een ander mannetje te verjagen en zijn jongen te doden. “Ze hebben een heel andere sociale context.”

‘Ons brein is nog op dezelfde manier geprogrammeerd als duizenden jaren geleden. Daardoor raakt het zo snel overbelast’
Mark NelissenProfessor emeritus (UAntwerpen)

Nelissen erkent dat veel dieren goed zijn in het afstemmen van in- en ontspanning. “Maar de mens was daar duizenden jaren geleden net zo goed in. Jager-verzamelaars stopten ook met eten als de honger gestild was en gingen rusten als ze moe werden.” Het verschil zit ’m in onze omgeving: wij leven vandaag in dichtbebouwde steden, worden voortdurend geconfronteerd met technologie, communiceren met de hele wereld. “Ons brein is niet zo snel mee veranderd. Dat is nog op dezelfde manier geprogrammeerd als duizenden jaren geleden. Daardoor raakt het zo snel overbelast.”

Professor Tom Beckers (KU Leuven), die onderzoek doet naar dieren, mensen en emoties, stelt dat dieren en mensen eenzelfde stresssysteem hebben, maar wel heel andere bronnen van stress. “Dieren leven inderdaad in het nu. Ze zijn bezig met voeding, met overleven. Mensen maken zich over heel andere zaken zorgen.” Een roedel wolven is daar een mooie illustratie van. Daar geldt een duidelijke hiërarchie. Wolven leggen zich bij hun plaats neer. Ze zijn niet bezig met wat andere binnen of buiten hun roedel over hen denken. “Het is vaak net die sociale druk die aan onze stress aan de basis ligt.”

‘Negentig minuten wandelen in een natuurgebied resulteert in aantoonbaar minder piekeren en meer geestelijke rust dan dezelfde tijd kuieren in de stad’
Hans Van DyckProfessor gedragsecologie Universiteit van Louvain-la-Neuve (UCL)

Auteurs die bepleiten dat we als beesten moeten gaan leven, doen vaak aan cherry picking, stelt Hans Van Dyck, professor gedragsecologie aan de Universiteit van Louvain-la-Neuve (UCL). “Ze gebruiken een paar elementen uit het dierenrijk om een groot verhaal aan op te hangen. Natuurlijk zijn er parallellen maar het gedrag van iedere soort maakt deel uit van een complexere levensstijl en unieke evolutionaire geschiedenis. Sommige aspecten copy-pasten daar is niks wetenschappelijks aan.” 

Als er een ding is dat we van dieren zouden moeten kopiëren, dan is het volgens hem hun leefomgeving. “Daar zijn wel bewezen voordelen voor de mens aan verbonden. Negentig minuten wandelen in een natuurgebied resulteert in aantoonbaar minder piekeren en meer geestelijke rust dan dezelfde tijd kuieren in de stad.”