Na het onverwacht overlijden van de hond van mijn vader was het daar zeer stilletjes geworden. we waren dus op zoek naar een andere lieve hond. In eerste instantie dachten we aan een asielhond. Alleen zijn de asielen momenteel zo'n beetje leeg. Daar zal Corona weliets mee te maken hebben! Enkel hele grote loebassen of honden die niet met soortgenoten overweg kunnen zijn er volop. Vermits ik zelf hier 3 monsters heb rondlopen moet het wel klikken. Conclusie : een schier onmogelijke opdracht ! Omdat mijn vader ook niet meer de jongste is staan ze bovendien ook niet te springen in het asiel om een adoptie te laten doorgaan.
Uiteindelijk besloten we dan maar voor een puppie te gaan. Niet te groot want anders loopt ie mijn vader omver, maar wel stevig genoeg om zijn mannetje (of vrouwtje) te kunnen staan als de Berners komen begroeten. Het is uiteindelijk een "Old English bulldog" geworden, een redelijk recent ras met een minder platte snuit dan de klassieke Engelse bulldog waardoor de gekende ademhalingsproblemen van dat ras achterwege blijven. De kleine "poppenmie" ging vanaf seconde één in de speelmodus met onze jongste Berner. Je lacht je een breuk als je die twee bezig ziet. De kleine kruipt bovenop of onder de grote door of gaat zijn tandjes eens bekijken van binnenuit zijn muil. Als iedereen is moe gevochten is het tijd voor een slaapje. En met de twee andere Berners klikt het ook maar die doen minder gek. Kortom een succesnummer !!! Zalig !
Gisteren had je niet veel fantasie nodig om je in de tropen te wanen. Met nooit geziene temperaturen van 33-34°C half september was het weer puffen en zweten. Ik wil de pret niet bederven maar binnen een week of 6 (of vroeger) komt de eerste nachtvorst eraan. Daarom snel nog wat genieten van al het exotisch spul in de tuin. Je hebt niet altijd bloemen nodig om een tropensfeertje te creeëren. Met enkele bladplanten kan het ook. Je kan dan combineren op kleur of op verschillen in vorm van het blad. Veel groter dan hier kan het bladcontrast niet worden! Enerzijds de gigantische bladeren van de Tetrapanax papyrifer en rechts het smalle varenachtige blad van Dioon. Beide komen uit de tropen maar daar stopt elke gelijkenis. Tetrapanax staat hier in volle grond, het blad sterft af bij de eerste vorst en in het voorjaar loopt de plant terug uit. Dit is slechts een jonge plant die nu zijn derde zomer heeft gehad. Bij zeer strenge vorst kan je de stam inwikkelen met buisisolatie uit de doe het zelf zaak waarmee je de waterleiding kan beschermen. Makkelijker kan niet! Vliesdoek is ook ok maar is wat meer geprul om te beletten dat alles wegvliegt met de wind. Binnen enkele jaren kunnen de bladeren makkelijk 1 meter groot worden. De Dioon is een ander verhaal, die behandel je best zoals een Cycas revoluta (familie overigens). D.w.z. naar binnen en overwinteren tussen 10 en 15° waarbij de plant zijn blad houdt. Zowel Dioon als Tetrapanax zijn schaduwplanten, in de volle zon verbrandt het blad snel (vooral bij tetrapanax)
Ik zie de laatste tijd om de zoveel dagen één of enkele kegelbijen in de tuin. Nu zijn kegelbijen niet alledaags. Er zijn een vijftal soorten actief in de lage landen waarvan de ene al zeldzamer dan de andere. Sommige worden enkele malen per jaar gespot, andere slechts eens in de zoveel jaar. Welke soort dit is weet ik niet, zelfs de specialisten weten het niet altijd. Je zou een bij moeten vangen en dan zou microscopisch onderzoek uitsluitsel kunnen geven. Persoonlijk vind ik, als deze bijen dan zo zeldzaam zijn, je ze beter gerust kan laten ! Een fotootje nemen en ze rustig hun gang laten gaan lijkt me hier meer op zijn plaats. Opmerkelijk is dat ik ze slechts op één soort herfstaster zie, er staan genoeg andere asters in de tuin maar die hebben geen aantrek. Maar ja, dat was in pre-coronatijden bij mensen ook zo; het ene terras zit vol en net daarnaast zit niemand !
Sorry dat de foto niet 100% scherp is, de wind was spelbreker !
Wist je dat er tal van (sub)tropische planten zijn die makkelijk -10°C aankunnen maar bij ons in de tuin er toch het bijltje bij neerleggen bij 1 of 2 graden nachtvorst ? De reden daarvoor is de vochtigheid, onze winters zijn veel te nat voor deze planten. De cactus op de eerste foto zou temperaturen aankunnen tot -8°C. In zijn land van herkomst (Mexico) daalt de temperatuur in de bergen ook regelmatig onder nul. Met het grote verschil dat het daar wel droog is zoals meestal in woestijnachtige gebieden. Zelfs een laagje poedersneeuw deert ze niet ! Eén cm sneeuw komt ongeveer overeen met 1mm regen, da's dus niet veel. In de serre houden we zulke planten vanaf november zo droog mogelijk, één keer per maand wat water met de "druppelteller" zou moeten volstaan. Bedoeling is dat de serre enkel wat bijverwarmd wordt bij strenge nachtvorst.
De andere kant van de serre is de speeltuin van Fuchsia, mini hosta's en ander klein grut. Die hosta's sterven bovengronds af zoals hun grote neefjes in de tuin en lopen terug uit in het voorjaar. Fuchsia houdt het uit tot ongeveer nul graden. We zullen dus af en toe een klein beetje moeten bijverwarmen als het echt koud wordt maar door het feit dat het een muurserre is wordt ze aan één zijde al vanzelf beschermd tegen de vorst. De stookkosten zullen dus wel meevallen en oleander & co komen hier ook overwinteren. Bij de oleander is het zo ongeveer hetzelfde verhaal als bij onze Mexicaanse prikkevriend. Mits niet te nat kunnen ze makkelijk enkele graden vorst aan.
Maar eerst gaan we vandaag nog genieten van de waarschijnlijk laatste 30° graden dagen van dit jaar !
Boeddha kan rustig mediterend de winter ingaan want het Oosters hoekje is afgewerkt. De bloeiende roodbladige Heuchera "Fire Chief" heeft wel iets weg van een uitslaande brand. Deze Heuchera bloeit al heel de zomer zonder ophouden. Of je hem nu in de zon, halfschaduw of schaduw zet maakt niet uit ! Hier heeft ie 's morgens zon en na de middag schaduw van het huis, dat is niet zo donker als onder de bomen en ik heb de indruk dat onze Heuchera hier tevreden mee is. De steenkorven doorbreken de groene muur van taxushaag en zijn ook accumulatieverwarming, als de zon weg is geven ze nog wat warmte af. De taxus is voor een deel recuperatie. Vorig jaar heb ik er een aantal uitgegraven en hier geplant om de muurserre te kunnen zetten. De voorbije zomer heb ik ze dikwijls extra water moeten geven want ze waren natuurlijk nog niet volledig ingeworteld en met de hitte in augustus hebben ze serieus afgezien. Daarom ogen ze wat kaal onderaan maar binnen een jaar of twee zie je daar niks meer van. In tegenstelling met andere coniferen loopt taxus wel altijd terug uit vanop kaal hout ! Ik heb elders 30 jaar geleden een totaal verwilderde taxushaag "gesnoeid" met de kettingzaag want er was anders geen doorkomen aan. Alles af tot 10cm boven de grond. Het volgend voorjaar overal groene sprietjes en bij mijn weten staat de haag er nog steeds ! Ze zeggen dat taxus 1000 jaar oud kan worden; wel ik geloof het graag !
Op de foto hieronder zie je links onderaan nog een stukje van de Japanse tempelboom "Ginkgo biloba" die overigens uit China en niet uit Japan komt. In de natuur vind je ze niet meer maar ze worden gelukkig al honderden jaren gekweekt. Deze boom is een levend fossiel, 200 miljoen jaar geleden toen dino's de aarde bevolkten waren ze al !
Asters zijn ideaal om kleur in de border te brengen vanaf begin augustus tot de eerste vorst een einde aan het spektakel maakt. Je hebt ze in allerlei kleuren en formaten. Oudere cultivars hadden regelmatig last van meeldauw maar tegenwoordig is dat veel minder het geval.
Eén van de betere soorten is "Karl Foerster', genoemd naar de bekende Duitse kweker die veel met o.a. asters en siergrassen is bezig geweest. Dit is een hoge en subtiel lichtpaarse, zeer rijkelijk bloeiende soort. Als het wat meer mag vlammen moet je maar eens naar de 2 volgende foto's kijken. Qua kleur zijn ze bijna identiek maar de eerste soort wordt 1 m hoog en de andere slechts 20cm! Voor elk wat wils dus!
Eén ding hebben ze allemaal gemeen : ze houden van zon, zon, zon !!!
O ja, nog iets ! De hoge soort is heel populair bij de zeldzame kegelbijen. Alhoewel er dus verschillende soorten asters en voorts Heliantus, Sedum, Coreopsis staan, landen die kegelbijen enkel op deze ene soort ! Waarom dat zo is blijft een geheim van moeder natuur !
Dat bestaat niet hoor ik je denken. En toch, de natuur zit vol verrassingen ! De zwartblauwe houtbij bestaat wel degelijk. En je kan er niet naast kijken want ze zijn in vergelijking met de honingbijen kolossaal groot, zo tussen de 2 en de 3 cm ! Het zijn één van de grootste bijen in Europa.
Ze zijn zeldzaam maar door de opwarming van de aarde heb je nu meer kans dan pakweg 10 of20 jaar geleden om er eentje te zien in onze contreien. Het zijn solitaire bijen, ze hebben dus geen koningin. Ze maken een nest tussen houtstapels of dode takken, vandaar de naam.
Eigenlijk is het lichaam van de bij bijna zwart gekleurd met een paars schijntje. Vooral bij de vrouwtjes zijn de vleugels prachtig diep metallisch blauw gekleurd. Door hun grootte ga je in eerste instantie een stapje achteruit maar het zijn gelukkig nogal goedzakken. Mevrouw trok zich van mij niks aan en liet zich door een veel kleinere hommel bijna wegduwen zonder agressief te worden !
Onze bij is duidelijk een maatje groter dan het hommeltje, ze trekken zich verder niks van mekaar aan !
Met het mooie weer van de laatste dagen zijn er ineens veel vlinders opgedoken ! Zoals de atalanta, die binnenkort helemaal naar het zuiden trekt (tot Spanje en zelfs N-Afrika !).
Ik denk niet dat ik het al ooit heb vermeld maar op Bernerhof wonen tuintrollen. Meestal heb je er niet teveel last van en zie je ze zelfs helemaal niet. Zo af en toe duikt er toch eentje tussen de planten op. zoals deze die de dwergcyclamen aan het bewonderen is. De meeste trollen houden wel van bloemen heb ik geleerd in de loop der jaren. Witte en lila cyclamen staan hier zij aan zij. Bij de purperen soort komen in augustus de bloempjes schijnbaar recht uit de grond, het blad, dat overigens ook mooi is, komt pas later. Het blad van de witte cyclamen is zilverwit en duidelijk groter. Beide soorten groeien liefst ergens in de halfschaduw.
Links achter de cyclamen staat Veratrum niger. Dit is een zeer traaggroeiende plant, je moet 5-6 jaar geduld hebben vooraleer je de plant voor de eerste keer in bloei ziet komen en zelfs daarna slaat ie regelmatig een jaartje over. Alhoewel Veratrum zwaar giftig is belet dat de slakken in het voorjaar niet om de plant massaal te lijf te gaan. De gevolgen zie je op de foto. Alhoewel Bernerhof ecologisch wordt "gerund" maak ik één uitzondering. Zonder (weliswaar ecologische) slakkenkorrel hou ik niks Veratrum of Hosta meer over. Als de slijmerige lievertjes van deze korrel eten kruipen ze ergens onder en verdrogen. Belangrijker is dat een egeltje die zo'n slak wil opeten hier niet van dood gaat. De klassieke slakkenkorrel is wel zwaar giftig voor zoogdieren en bijgevolg ook voor Berners !!!
Voor er een misverstand ontstaat: ik heb niks met die deuk te maken ! Die was er al voor ik het beestje ooit zag. En de rest van de carosserieschade valt ook buiten mijn verantwoordelijkheid. Ik vind het overigens een fraai beestje, prachtig blinkend in de zon met zijn gouden schild met groenachtig ondertoontje. Het beestje heeft een paar uur op de sedum doorgebracht waarbij ie soms voor de helft verdween tussen de bloemetjes. Het was me ook niet duidelijk of hij/zij nu dronken werd van nectar of het op de bloemetjes zelf gemunt had.
Die witte "krassen" zijn overigens geen beschadigingen maar haarvlekken (dit volgens specialisten waar ik mezelf niet bijreken). Dit beestje is een niet alledaagse verschijning alhoewel ze nu ook weer niet echt zeldzaam zijn. In de Kempen heb je de meeste kans er eentje tegen te komen !
De maden van deze forse kever (1.5 tot 2 cm) zien er uit als engerlingen maar ze zijn onschuldig, ze leven van rottend hout !
Het licht in september heeft iets magisch. Vooral "s morgens vroeg als de zon nog laag staat is het licht heel speciaal. Niet meer zo fel als in de zomer maar meer bezadigd. Een beetje zoals ik, het moet allemaal niet meer snel, snel, snel, of hevig, hevig, hevig ! De natuur neemt precies even de tijd om wakker te worden. Ik heb geprobeerd de ochtendsfeer op de gevoelige plaat (CCD tegenwoordig) vast te leggen, of het gelukt is laat ik aan jullie om te oordelen.
Terwijl de meeste borders begin september stilaan over hun hoogtepunt zijn gekomen is dit voor de prairieborder hoegenaamd nog niet het geval. De sedum en de herfstasters beginnen er nog maar net aan. Rudbeckia's en zomerasters staan nu op hun mooist en Heliantus (doorlevende zonnebloem) zet ook zijn beste beentje voor. Tel daarbij de siergrassen en de tweede bloei van sommige vuurpijlen op en je weet waaromde tuin momenteel druk bezocht wordt door allerlei fladderende en zoemende nectarliefhebbers. Gisteren heb ik nog een kolibrievlinder gespot die de Verbena had uitgekozen om vanuit de lucht bij te tanken. Het luchtruim boven Bernerhof is drukker bezet dan dat boven Londen Heathrow en hier zijn geen luchtverkeersleiders nodig om alles in goede banen te leiden !
Eucomis vandermerwei 'Octopus' komt uit Z-Afrika en heeft smalle, groen met paars gespikkelde bladeren met een roodpaarse bloeiaar en is net niet winterhard genoeg om het bij ons te redden in volle grond. Ze zouden tot -6 à -7°C kunnen verdragen maar ik ga het risico niet lopen, temeer daar deze soort niet algemeen verkrijgbaar is in tuincentra. Ik vind dit één van de meest exotische van alle Eucomis en het is ook één van de kleinste !
Je kan de bollen dus best uit de grond halen na de eerste nachtvorst ofwel ze als een kuipplant in de serre overwinteren. de plant zal bovengronds afsterven maar in het voorjaar terug uitlopen.
Plant hem op een zonnige warme plek doch niet in de hete middagzon, liefst in een vochtige goed doorlatende en humusrijke grond. Met wat goeie wil kan je zien dat ze verre familie zijn van onze hyacinten.
De Herfsthangmatspin is in België met 262 vertegenwoordigers de grootste spinnenfamilie. Hangmatspinnen weven een karakteristiek web, en daar danken ze hun naam aan. Het bestaat uit een horizontaal matachtig gedeelte, dat via een dradenconstructie langs boven en onder is opgespannen. Zij zijn ongeveer 5-7 mm groot (poten niet meegerekend). De volwassen mannetjes zijn duidelijk slanker en hebben opvallend grote gifkaken.
De Herfsthangmatspin is niet erg kieskeurig wat haar leefgebied betreft. Ze wordt gevonden in vochtige bossen, parken, tuinen en allerlei open gebieden zoals graslanden en bosranden.
Het web van de Herfsthangmatspin wordt vaak in gras en de lagere kruidenlaag gesponnen. Je vindt de spin bijna altijd ondersteboven hangend aan de horizontale mat. Wanneer een prooi tegen de verticale draden vliegt, valt ze vervolgens op het matgedeelte waaronder de spin hangt. Die volgt de trillingen die de prooi in het web veroorzaakt en kruipt tot onder de plek waar de prooi zich bevindt. Vervolgens bijt ze, door haar web, in de prooi en injecteert die met gif. Typische prooien zijn kleine insecten zoals muggen, vliegen en kevers. Deze spin had de Sedum uitgekozen om haar basis te vestigen.
De paring vindt meestal plaats in september. Rond die tijd deelt het mannetje zelfs het web met het vrouwtje, iets wat op andere momenten ondenkbaar is en in een tragedie zou eindigen. Vrouwtjesspinnen zijn namelijk niet vies van een beetje kannibalisme. Hun nakomelingen overwinteren in de eicocon.
Deze spin had de Sedum uitgekozen om haar basis te vestigen. De hommeltjes erboven zijn met deze gewaarschuwd !!!
Zo heel af en toe weet de natuur het ook even niet meer. Zoals met een tweede bloei van de rododendron. Het gebeurt zeker niet elk jaar maar af en toe krijgen sommige rododendrons in september er zin in om nog eens in bloei te komen. Deze najaarsbloei is weliswaar vrij bescheiden vergeleken met de hoofdbloei in mei ! Elk extra bloemetje is wel steeds welkom.
Vorige winter was ik begonnen aan de make-over van een stukje tuin naast het huis. Dit stukje is maar 3 meter breed en zo'n 7-8 meter lang. Omdat het zicht vanuit de slaapkamer niet zo fantastisch is wegens de "koterij" van de buren heb ik geopteerd voor een combinatie van taxus en draadkorven als afscheiding. Deze laatste zijn onderhoudsvriendelijker dan een houten schutting en ik ben niet zo'n "betontype". Veel zon komt hier niet. Enkel op de middag gedurende een uurtje of twee heb je hier rechtstreekse zon. De sfeer is eerder rustig te noemen. Een Gingko biloba en een Buddha zorgen er samen met de bestaande bamboe voor dat de shock 's morgens niet te groot is als ik de gordijnen opentrek ! De Taxus haag is recuperatiemateriaal van elders in de tuin toen er plaats moest gemaakt worden voor de muurserre. Er moeten nog één of twee taxusplanten bij gezet worden en de tijd daarvoor komt er nu aan. De grote hitte is weg en de grond is toch al iets vochtiger geworden.
Kegelbijen (Coelioxys) hebben een karakteristiek kegelvormig achterlijf dat in een punt eindigt en waaraan deze bijen hun naam te danken hebben. Kegelbijen zijn parasitaire bijen, die hun eitjes leggen in de nesten van Behangersbijen, Metselbijen en Sachembijen.
Er zijn negen soorten Kegelbijen in onze contreien, die allemaal zeldzaam zijn. Kegelbijen hebben behaarde ogen. Van alle bijensoorten hebben alleen Honingbijen dat ook. Van de slanke kegelbij zijn het afgelopen jaar maar een handvol exemplaren waargenomen !
Hyophorbe lagenicaulis is een traaggroeiende palm die door zijn flesvormige stam wellicht de populairste soort is van dit geslacht. Zelfs volgroeide exemplaren hebben gewoonlijk minder dan 10 bladeren, wat de planten een attractief en elegant silhouet verleent. Deze vorstgevoelige palmen prefereren het klimaat in laaggelegen gebieden van de tropen en de subtropen. In hun oorspronkelijke leefgebied groeien ze in vruchtbare, vulkanische grond. The flessenpalm is afkomstig van Round Island voor de kust van Mauritius in de Indische oceaan. Daar zijn ze in het wild vrijwel uitgestorven door vernieling van hun habitat. Door woudkap is hun leefgebied grotendeels vernield en de jonge boompjes worden opgevreten door geiten die geïmporteerd werden door de Europeanen. Gelukkig zijn ze in tropische tuinen zo populair dat hun voortbestaan gewaarborgd is. Deze palm kan je best niet onder 10°C houden. Ze kunnen absoluut geen vorst verdragen! Het is een (traaggroeiende) decoratieve kuipplant of huiskamerplant. Deze morgen was het hier een frisse 9°, dat is dus al op het randje voor onze flessenpalm!
Ik ben Roger
Ik ben een man en woon in de Kempen (België) en mijn beroep is jong gepensioneerde.
Ik ben geboren op 29/05/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, fotografie, zeewateraquarium, modelbouw, ....