Een meezennestje is uitgebroken dat in den wulgentronk gedoken, met vijftien eikes blonk
ze zitten in den boom te spelen tak-op,tak-af tak-uit,tak-om met velen en ' k lach mij, ' k lach mij, 'k lach mij bijna krom.
Het mezemoedertje komt getrouwig komt op den lauwen noen al blauwig en geluwachtig groen het brengt hun dit en dat om te azen tak-om,tak-op,tak -af,tak-uit ze razen en kruipen vlug het meezennestje in.
Het mezenvaartje zit - de looveren verduiken 't voor 't gestraal te tooveren al in de meezentaal; daar vliegen ze, almed een,te zamen tak-om,tak-op,tak-af,tak-uit en,amen het meezennestje is weerom ijele uit.
G.Gezelle
|