In de publicaties over de economische evolutie van België tijdens de 19de eeuw is de geschiedenis van de hoedennijverheid niet meer dan een voetnoot. Het gebrek aan aandacht voor deze bedrijfssector is niet onverklaarbaar. Enerzijds is er omtrent dit onderwerp nog weinig onderzoek verricht. Anderzijds was het aantal betrokken werknemers relatief beperkt, althans in vergelijking met de tewerkstelling in sectoren als de mijnbouw, de ijzer- of staalproductie en de textiel. Helemaal onbelangrijk was deze eeuwenoude nijverheid nochtans niet, in onder andere Oost-Vlaanderen en Brabant, tenminste tot en met de eerste decennia van de 19de eeuw. Voor Lokeren is ze tijdens de 18de eeuw én tot circa 1830-1840 zelfs van grote betekenis geweest. De centrale figuur in dat hoofdstuk van de lokale geschiedenis is Petrus Jacobus Franciscus Vrancken (1757-1833). Deze geboren en getogen Antwerpenaar was vanaf circa 1798 en tot aan zijn overlijden de grootste werkgever in Lokeren, de grootste hoedenfabrikant van Oost-Vlaanderen én één van de grote(re) ondernemers in het toenmalige Vlaanderen. Om zijn leven te duiden voor de hoedenfabricatie in Lokeren en daarbuiten is er helaas geen bedrijfsarchief of persoonlijk archief beschikbaar. Van Vrancken bleef slechts een schamel aantal brieven bewaard. In de rijksarchieven van Beveren en Gent en in de stadsarchieven van Lokeren en Mechelen, alsook in het gemeentarchief van Wetteren was gelukkig voldoende informatie te vinden om een poging tot het schrijven van een monografie te ondernemen.
De leden van de heemkring ontvangen deze uitgave gratis bij hun vierde tijdschrift van 2011 Niet leden en extra bestellingen: 5 euro (prijs afgehaald of + verzendingskosten)