" Een masker is voor mij: frisse kleuren, veel versiering met wilde onverwachte gelaatsuitdrukkingen"
Hij werd in Oostende geboren uit een Britse vader en een Belgische moeder. Zijn vader was een mislukt Amerikaanse gelukzoeker, zijn moeder hield een souvenierwinkel open. Hij volgt academie in Brussel. In Brussel ontmoet hij de dichter en kunstcriticus Théo Hannon die hem introduceert in de vrijzinnige kringen van Ernest Rousseau, professor aan de ULB.
Zijn Brusselse avonturen laat Ensor achter zich en hij blijft verankerd in Oostende.Om te ontsnappen aan zijn bazige moeder trok hij zich terug op de zolder en richtte er zijn eerste atelier in. Vanuit het grote zoldervenster had hij een gezicht in vogelperspectief op de zee (met zijn eindeloze licht- en kleurschakeringen, uitgebeeld in verschillende marines), op straten, gebouwen en voorbijgangers. Dit uitzicht zou zich dan ook weerspiegelen in vele werken. Hij bleef hier wonen tot 1917 en hij maakte ook hier zijn beste schilderijen.
James Ensor koos, in zijn strijd tegen de gevestigde maatschappij, dikwijls voor de gewone man. Een frappant voorbeeld is de gekleurde tekening "De staking" (1888). Andere voorbeelden zijn "De pisser" (afbeelding van een burgermannetje), "De goede rechters" (1891), "De gendarmen" (1892), "De slechte dokters" (1892), "In het muziekconservatorium" (1902).Na de expositie van " De blijde intrede van Christus in Brussel in het Paleis van Schone Kunsten werd Ensor in de adelstand verheven en mocht hij zichzelf baron noemen. Hij veranderde van nationaliteit om tot de adelstand verheven te kunnen worden.Ensor vond zichzelf een geniale en moderne schilder, die zich niets aantrok van de kunststromingen in zijn tijd.
|