Bevenxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Wanneer de aarde beeft
Dan weet je zeker dat je leeft
Je kunt ineens veel denken
Je ziet alles voorbij komen
Men denkt het is afgelopen
En daarna is er die angst
Waar is die of deze
Waar zitten ze en waar zijn ze gebleven
De ravage van de modderstromen
Dat heeft geen mens kunnen dromen
Het komt als een dief in de nacht
En ben je dan nog ontkomen
Dan ben je dankbaar en blij
Maar je kinderen zijn niet aan je zij
Of je ouders zijn ergens omgekomen
Wat een verschrikking als je het vuur overziet
Veel staat daar te branden
Ja, zo leeft men ineens dicht bij de eeuwige stranden
Maar of men daar de rust kan vinden?
Men is zich misschien onderweg naar huis aan het opwinden
Want je komt er niet of je kan zelfs je huis niet meer terug vinden
Allemaal onwezenlijke zaken
Als je dit mee moet maken
Er blijft dan nog maar één ding over
Geef je aan God over
Hij is de Rechter van hemel en aarde
Dit is na deze verwoesting toch wel te zien
Of denkt men nog oppervlakkig misschien?
Dat alles verder wel voorbij zal gaan
En we weer allemaal op oude voet verder kunnen gaan!
Het staat geschreven in Jesaja twee
In de verzen zes tot en met twee en twintig
En er is geen woord wat niet waar is
Angst en donkerheid is het menselijke deel
En ook Openbaring zes spreekt erover
De aarde is gelijk aan een hete oven!
|