Vandaag is het een mistige dag. We bezoeken eerst een atelier waar de terra cotta mannekes gemaakt worden. Je vindt ze hier in alle soorten en maten. Daarna bezoeken we het echte terra cotta museum. Het is heel indrukwekkend. Zoals we al lang gewoon zijn loopt het hier ook vol van de chinezen. Maar ja, ze zijn ook met velen. De uitleg die we van onze gids krijgen is zeer interessant. Het terra cotta leger wordt 'het achtste wereldwonder'genoemd. Maar ik heb toch mijn bedenking erbij, als er niet gepraat wordt over het feit dat Janssen een product ontwikkeld heeft, om de schimmels op de terra cotta soldaten te voorkomen. Dr. Paul staat enkel met een kleine foto in de fotogalerie. In één van de hallen staat ook nog wel te lezen dat Janssen een donatie gedaan heeft. Maar al met al het is prachtig om te zien. Het is indrukwekkend als je je bedenkt met hoeveel mensen er aangewerkt werd. En dan te weten dat ze zomaar vernield zijn geworden. Er zijn ook nog hallen waar het te moeilijk wordt om deze beelden terug te construeren. Daarom blijft de hal die we gezien de meest interesantste. Volgens de gids zijn er nog drie heuvels waar zo'n grafkelders zijn. Deze worden nog niet opgemaakt om dat men vreest dat de kleuren gaan veranderen (zoals bij het terra cotta leger). Men opent deze pas als men een procedee gevonden heeft, die alle mogelijk veranderingen teniet doet. Nadien zijn we naar een medicijnmarkt geweest. Chinezen zweren nog bij de meest waanzinnige mengsels om hun kwaaltjes te genezen. Zo wordt reeënpenis en hondenpenis gebruikt om de potentie op te krikken. Je vindt hier ook gemalen slang, gedroogde mieren, gedroogde kevers, schildpaddenschaal, enz. Allemaal hebben ze een bepaald doel voor ogen. Ondertussen geloven ze voor zware ziekten in de westerse geneeskunde, en laten ze dan meer en meer hun kruiden achterwege. Pal tegenover deze markt staat de fabriek van Janssen Xian. Langzaam rijden we er voorbij, want stoppen mag hier niet.
|