....niet zo lang geleden, overleed mijn moeder. Bijna drie jaar had ze in haar bed gelegen. Dement. Zij wist plots niet meer hoe ze moest lopen, en een poos later wist ze elfs niet meer hoe ze moest eten. Papa hield haar heel die tijd thuis. Het bed stond in de living. Alles kon ze meemaken en zien, en toch was dit niet meer de wereld die zij kende. Alles leek voor haar één groot avontuur. Soms schaterlachend om dingen die wij niet konden zien, en soms heel erg triest om weer andere dingen die zij niet kon benoemen. Tesamen hebben we haar verzorgd, warmte en liefde gegeven in een echte thuis.
Mama was een verstandige vrouw geweest. Een lezer, een denker, een warme en gevoelige echtgenote en moeder. Ze kon veel en ze onhield veel. Ze kon mooie teksten schrijven en ze wist in onze ogen voor alles raad. En toch...
Toen we op de dag na haar overlijden moesten nadenken over de kerkdienst en over haar begrafenis en over het herdenkingsbeeldje, doorblaaderden we de dikke map van de begrafenisondernemer. Welke van al deze teksten zou nu het best bij mama passen, vroegen we ons af. Toen herinnerde ik mij de woorden die ze in onze poëzie schreef in 1960. Een tekst die zij later nog vaak herhaalde als we bij haar aankwamen met onze dagdagelijkse zorgen. Niets zou beter kunnen verwoorden hoe zij naar het leven keek in goede en slechte tijden.
Je leeft maar heel kort, maar één enkele keer. En wil je straks anders, dan kun je niet meer. Mens, durf te leven!
Je kop in de hoogte, je neus in de wind en lap aan je laars hoe een ander het vindt! Hou een hart vol van van warmte en van leifde in je borst, maar wees op je vierkante meter een vorst! Wat je zoekt kan geen ander je geven. Mens, durf te leven!
Van mama, in onze poëzie 1960
07-02-2007 om 22:39
geschreven door ***Amethist***