Dagboek De Groene Wegen naar de Cote d'Azur 2007
Fietsen van Arlon naar Nice
24-09-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10. Dag 7 Pont d'Ain > Pajay

10. Dag 7  Pont d’Ain > Pajayxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />

 

Zondag 24 juni 2007

 Afstand:   106km    Totale km:  775km                  

Weer:   Fris ’s morgens droog met zon overdag  Regen  ‘s avonds

                                     

Om 7h30 zitten we al aan tafel. Met naast ons een Franse fietser. Hij heeft al meer dan 2000km op zijn teller staan. Nu wil hij naar de oceaan fietsen via Bourg en Bresse. Maar met zo’n klein ontbijt zal hij niet ver geraken.

Wij zorgen voor een steviger ontbijt en vragen wel drie maal brood en croissants. We willen vandaag 100km verder geraken. Pajay is  100km dus telefoneer ik nu naar “Ma Petite Aubergue”  en bestel 2 kamers. We vertrekken weer met een gerust gemoed. Afrekenen en wegwezen.

 

                          

 

Pont d’Ain ligt op een verkeersknooppunt van autostrades (A40 & A404), de N75, een drukke spoorlijn en uiteraard de rivier de Ain. We blijven een groene vlakke vallei volgen. In Loyettes komen we aan de Rhône. Het is al een brede rivier. We zijn al 40km ver en ’t is tijd voor het inkopen van fruit, drank en een fruitmaaltijd.  We boffen vandaag: er staat een lekker zonnetje en wat sluierbewolking maar er is een aangenaam temperatuurtje van 24C.

 

 

Nu we de Rhône over zijn komen we in de Dauphiné, de poort naar het zuiden.

Het blijft nog 20km vlak maar in Le Bergeron-les-Quatre-Vies (wat een naam voor enkele huizen) moeten we langs een boerenwegel heel steil omhoog.

We volgen dit bochtige weggetje tot Vaulx-Milieu. Hier willen we inkopen doen en middagmalen. De plaatselijke bazaar gaat juist sluiten en met wat geluk geraken we aan brood, kaas, hesp en tomaten. Iets verder nodigt een oud dametje ons uit om haar terras, onder de lindebomen, te gebruiken. Het is een spraakwaterval. Ik krijg geen tijd om te eten, ze wilt alles weten.

 

 

Ik moet haar alles over onze reis en afkomst vertellen.

Het vrouwtje is zo gelukkig dat ze een paar flessen wijn uit haar kelder haalt en we moeten, willen of niet, alles uitdrinken. Terwijl mijn vrienden een rustpauze nemen, blijf ik maar in mijn beste Frans op alle vragen antwoorden. We krijgen nog wat wegaanwijzingen en met dikke kuiten zijn we terug op weg.

 

 

Een viertal korte klimmen doen pijn maar de prachtige natuur zalft. Wat moet je meer hebben? We blijven door een groen landbouwgebied fietsen en komen nu heel vlug in Arzay en na wat bochten in Faremans. Hier moeten we een vijftal kilometer weg van onze route, om in Pajay, ons hotel te vinden.

Toch blijft het zoeken, het piep- kleine dorp is uitgestorven en we kunnen nergens iets vragen.

 

En kijk, om 18h00 staan we plots voor een door klimop overgroeid gebouw, een roestig reclamepaneel doet ons vermoeden dat we de Auberge hebben gevonden. Als we binnenstappen, voelen we ons in een sfeer van zo’n 50jaar geleden.  Hier is de tijd echt blijven stil staan. Er zitten enkele dorpelingen aan de toog. Maar het hotel blijkt ook een restaurant, café kruidenierszaak en post te zijn. De dorpelingen lopen er binnen en buiten, iedereen is hier blijkbaar thuis.

We krijgen onmiddellijk een aperitief “ pastis xml:namespace prefix = st1 ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:smarttags" />51”. Iedereen trakteert hier iedereen.

 

 

Onze gastvrouw, niet meer zo jong, zwaait duidelijk de scepter. Wij moeten mee en ze wijst ons onze kamers aan. De Watelles krijgen een grote kamer met 3 éénmans bedden. Pol en Bob een kleine kamer met één dubbel bed. Ik beslis straks in het 3° bed bij de broers te gaan slapen. Eerst de kledij wassen, laten drogen en een douche nemen. De madam zal om 20h30 het souper opdienen. We krijgen één uur om ons klaar te maken.

In het restaurant zijn 3 tafels bezet.

Een gast, 2 jonge dorpelingen en wij.

Madam komt ons zeggen wat we zullen krijgen. Er is geen keuze ’t is dat of niets. Wij hebben honger en dorst, dus laat maar komen. Vlug komt er wijn en brood, dan “Terrine de viande” met een salade. Daarna “Poulet aux écrivisses”

Een grote stoofpot met kip, rivierkreeftjes en allerhande groenten. We laten het ons smaken en het is werkelijk om je vingers af te likken. Madam denkt dat wij nog niet genoeg gekregen hebben en brengt nog een tweede stoofpot. Met een overvloed aan eten en drinken geraken wij na een lange babbelavond een beetje versuft en moe in ons bed.

Dromen, maar niet snurken aub. Dank U……………

 

 



Geef hier uw reactie door
Uw naam *
Uw e-mail *
URL
Titel *
Reactie *
  Persoonlijke gegevens onthouden?
(* = verplicht!)
Reacties op bericht (0)



>

Blog tegen de regels? Meld het ons!
Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!