Inhoud blog
  • Ruta de la Plata 2007
  • Ruta de la Plata 2007
  • Proficiat!
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Wandeltochten naar Santiago de Compostela
    Slaaf van de Camino
    02-03-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ruta de la Plata 2007
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

     Zilver en stof

     

    Na de twee voorgaande tochten, in 1999 van huis naar Santiago de Compostela en in 2002 vanuit Le Puy en Valey  naar Santiago zou deze derde tocht een afsluiting worden van mijn pelgrimsaspiraties. De eerste tocht was zwaar door de eenzaamheid, het terugvallen op je eigen ik en de ontzettend vele regenbuien die ik tijdens deze tocht over me heen heb gehad. Maar wel een pelgrimage waar ik met zeer veel genoegen op terugkijk. Veel fijne contacten met wildvreemde vriendelijke en gastvrije mensen. Het samenlopen tijdens het Spaanse deel met wandelmaatje Paul le Boucq, en de geweldig mooie natuur in het voorjaar. Het heimwee naar een tweede tocht was daarom niet zo vreemd. In het najaar van 2002 vertrok ik daarom opnieuw naar Santiago de Compostela met als startplaats Le Puy en Valey. Deze oude Franse pelgrimsplaats had ik al eens bezocht met mijn gezinnetje tijdens een vakantie in het zuiden van Frankrijk. Het plaatsje ligt overigens aan de rivier de Borne, laat ik nou in het Twentse plaatsje Borne geboren zijn. Le Puy is beroemd om zijn ontzettend grote roze/rode Mariabeeld dat boven de stad uittorend en gemaakt is van 213 kanonnen die zijn buitgemaakt op het Russische leger tijdens de Krimoorlog. En ook om zijn zwarte madonna die in 1254 aan de stad werd geschonken door Lodewijk de vrome. Een stad die met name door veel Fransen wordt gekozen als startpunt voor de route naar Santiago. Een geweldige mooie tocht via de Gr65, langs veel mooie plaatsen in Frankrijk zoals Estaing, Conques, Figeac Espalion, Cahors en Moissac. Het najaar is een zeer goede periode om te wandelen want het weer is dan vaak stabiel mooi en de natuur levert veel heerlijke vruchten. Dus werd mede doordat mijn dochter haar eerste kindje verwachtte, destijds gekozen voor het najaar.  Wat tegenviel was het niet meer avontuurlijke, je had het allemaal al een keer meegemaakt, en ik miste een wandelmaatje om tegenaan te kunnen kletsen in tijden dat het nodig was. Achteraf toch een niet terechte conclusie omdat de tocht op zich geweldig mooi was. Maar je gaat vergelijken met je eerste pelgrimstocht en dat is niet fair want een eerste pelgrimstocht is uniek in alle opzichten.

     

    Maar ja, de Via de la Plata, die moest nog aan mijn ervaringen worden toegevoegd.  En wat is de Via de la Plata?  De weg van het zilver dat door de Romeinen werd gedolven in de Cantabrica en dat via een landelijk zware route naar de havenstad Cadiz in het zuiden of Gyon in het noorden moest worden vervoerd. Lijkt een goede verklaring maar dat blijkt toch niet de goede te zijn.  Volgens een Arabische versie zou de oorspronkelijke naam de Via de la Plaia moeten en dat betekend de weg der wegen. Hoe het ook zij het is een van de eerste verbindingsroutes in Spanje van Noord naar Zuid. En dat de Romeinen er een belangrijk aandeel in hebben gehad valt af te leiden aan de bouwwerken, het plaveisel en de miliario’s die je onderweg tegenkomt. Een prachtige route vol historie.

     

     

    Nadat ik mijn plannen voor de tocht bij Josien mijn echtgenote had aangekondigd was ze onmiddellijk bezorgd over mijn veiligheid op deze eenzame wandelweg tevens zei ze dat het na deze derde keer dan ook maar welletjes moest zijn. Zo van driemaal is scheepsrecht, en daar heeft ze ook wel een beetje gelijk aan. Het is natuurlijk niet leuk om weer eens twee maanden alleen te zijn. Vooral nu de kinderen de deur uit zijn en het laatste aanspreekpunt, de hond Toto voor drie jaar geleden zijn laatste adem heeft uitgeblazen. Okay dan maar eens op zoek naar een wandelmaatje en een zoekertje geplaatst op de site van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Al vrij snel reageerde Joop Kortekaas, hij was al drie keer onderweg geweest en slechts één maal het einddoel Santiago de Compostela bereikt. Na een tweetal persoonlijke contacten leek het goed van beide zijden. Joop was weliswaar een dag ouder als ik maar verder hadden we opmerkelijk veel overeenkomsten. Zoals milieuachtergrond voor wat het werk betreft, kontakten richting de brandweer, hobby’s en onze Bourgondische inslag. Dat moest wel goed komen met ons. Na de aanschaf van diverse boekwerkjes waar we ons beiden wegwijs in hebben gemaakt en vele telefonische kontakten werd er een datum geprikt voor vertrek en door mij werden de tickets vastgelegd via Cheaptickets.nl.

     

    Kathedraal met de Giralda

    Op maandag 9 april 2e Paasdag stond schoonzoon Michiel om 04.10uur voor de deur om mij naar Schiphol te brengen. Als we om 05.45uur op Schiphol arriveren is Joop en echtgenote Joke er ook als. Na een korte begroeting nemen we afscheid van onze respectievelijke begeleider(ster)s en checken in. Als we door de douane zijn is er tijd voor een bakkie koffie alvorens we aan boord gaan. We hebben goede plaatsen in het vliegtuig omdat ik deze al twee weken voor vertrek heb uitgekozen via het internet. Op het vliegveld van Madrid Barajas moesten we overstappen (als dat maar goed gaat met onze rugzakken) en om 13.00uur staan we op het vliegveld van Sevilla. Ja hoor, onze rugzakken zijn ook goed aangekomen en met de bus zijn we richting het centrum van de stad gereden quanta costa, €2,= pp. Joop had via een kennisje een hostal in het centrum van de stad besproken, het was wel vrij primitief maar als pelgrim moet je met weinig tevreden zijn en we zaten tegen het centrum dus wat wil je nog meer. Ook de kosten waren dienovereenkomstig, €15,=pp. per nacht.

    Direct die middag al de stad een beetje verkend, de kathedraal bezocht en het stadsdeel aan de andere zijde van de Guadalquivir. Enkele grote processie plateau’s, uit de goede week waren er in een kerkje te bezichtigen. Ook het kantoortje van de Amigo’s de Santiago van de Ruta de la Plata hebben we even bezocht en er een credential van de Ruta opgehaald voor onze verzameling.  En op een pleintje dicht bij onze hostal hebben we heerlijk genoten van goed glas bier en een lekker diner. Het pelgrimsgevoel begint weer terug te komen. Nadat we nog een ommetje langs enkele voor Joop bekende punten hebben gemaakt doken we 22.15 uur de koffer in. De knollen waren op.

     

    10 april 2007 Sevilla

     

    Arena del torros

    Om half acht opgestaan, geschoren en in de naast de hostal aanwezige bakkerij een paar belegde broodjes gekocht en daarmee richting de kathedraal gewandeld. Hoewel deze al open was (gratis voor gelovigen die een dienst wilden volgen) was het helaas nog niet mogelijk om een stempel te bemachtigen voor ons pelgrimspaspoort. Dan maar eerst op een bankje naast de kathedraal ons ontbijt opgepeuzeld. Zodra de duiven van kathedraal ons in de smiezen kregen was het met de rust gedaan. Als afleidingsmanoeuvre gooiden we regelmatig een stukje brood van ons af, dat gaf enige verlichting. Daarna nog maar eens de kerk van binnen bekeken nu het nog gratis was. Om 11.00uur gaan de deuren dicht en is het alleen nog mogelijk via de toeristische ingang tegen betaling naar binnen te gaan. In een kleine bar hebben we een heerlijk bakkie koffie gedronken. Daarna zijn we naar de Arena del torros gegaan. Een toegangsbewijs gekocht met pensionado korting. Er was een spaanse schone die ons in vloeiend Engels allerlei zaken vertelde over de toreadores de stieren en de historie van de arena. Gedurende het bestaan van de arena in 1800 zijn er drie toreadores door de stier gedood. Per stierengevecht worden er zes stieren gedood gedurende veertien dagen achter elkaar. Dit is dan de periode van de Feria, een soort Sevilliaanse feestweken. Tot 1920 werden er onbeschermde paarden ingezet met picadores, er werden dan ongeveer 12 paarden

    per dag gedood door de stier. Na een stierengevecht bepaald de arena voorzitter of de toreador een trofee van de stier mag afsnijden. Het moet wel een stierwaardig gevecht zijn geweest. Als de toreador die dag geen drie trofeeën heeft gekregen moet hij via een aparte uitgang de arena verlaten. Een vernedering dus. Er is in de arena een aparte poort voor de paarden met picadores, een aparte ingang voor de ambulancia en een poort voor de gedode stier.  Ook zijn de paarden van de picadores nu helemaal beschermd met dikke matten om zich heen. Al met al zeer interessant. Na even een internetcafé bezocht te hebben voor het regelen van onze contacten met het thuisfront hebben we maar eerst eens een koel cervesa tot ons genomen.

    Na een korte siësta hebben we het Plaza d’España bezocht. Dit is een gebouw waar diverse departementen van provincie en rijk zijn gehuisvest. Het gebouw is omgeven door prachtige tegelmozaïken, een gracht met bruggen die doen denken aan Venetië. Ook hebben we de universiteit van Sevilla bezocht die in een oude tabaksfabriek is gehuisvest. In deze tabaksfabriek speelde zich ook het verhaal af uit de opera Carmen. Haar standbeeld staat nog voor de universiteit. We wandelen nog even heerlijk door de strad bij temperatuurtje van 25C°. In een prachtig park met flanerende jonge dames en jonge moeders met hun kroost, hebben we even uitgerust. Josien belde of we goed aangekomen waren en of we goede huisvesting hadden gevonden. In het restaurantje waar we gaan eten schrijf ik dit verslag tewijl we wachten op onze steak met blauwschimmelkaas,  patatas fritas en groente. €18,=, moet kunnen als aanloop naar de etappe van morgen. Om 10.30uur liggen we in ons mandje, en op de gang is het de hele nacht onrustig waardoor we maar weinig slaap krijgen.

     

    Plaza d’Espana

    11 april Sevilla – Guillena 23 km.

     

    Het is 7.00 uur als mijn GSM verteld dat we op moeten staan. Dat vertellen is ook letterlijk zo waardoor Joop meteen al een hekel aan dat stemmetje krijgt. “Its seven o clock time to wake up” enz. enz. Snel hebben we ons verfrist en om 07.15 uur liepen we richting de bakker voor en vers stokbroodje en om 7.30 uur liepen we langs de kathedraal. Via de Puenta Issabel II, vetrokken we richting Italica, dit is een opgraving uit de Romeinse tijd. Dit was een plaats waar gepensioneerde legioneers gingen wonen om in alle rust van de oude dag te kunnen genieten. Wel onder het genot van een grote arena en diverse badhuisen. Pelgrims mogen overigens het complex uit 200 jr. voor Chr. gratis bezoeken.  Met een warm zonnetje naast ons liepen we naar Guillena waar we bij de Policia local te horen kregen dat we konden slapen in de kleedkamer van het sportcomplex. Snel de noodzakelijke kleding gewassen en te drogen gehangen. In de kantine van het complex hebben we maar even een pilsje gedronken om de stof uit onze kelen te spoelen. Toen we zagen dat het mogelijk was om iets warms te eten hebben we daar dankbaar gebruik van gemaakt. Normaal is het etenstijd tot maximaal 14.00 uur. Het was inmiddels 03.00 uur geweest. De Plata del dia zag er als volgt uit; gebakken aardappeltjes, 3 lapjes gebraden casselerrib en gebakken ei. Heerlijk..! Inclusief de drankjes koffie en een toetje na betaalden we €10,= pp. Toen de volgende pelgrims arriveerden ging de tent dicht, zij balen.

    Na deze verwennerij waren we toe aan een welverdiende siësta. Plotseling werd ik wakker van een stemmetje in mijn binnenste (Jacobus) dat zei dat begon te regenen. Ja hoor precies net de eerste druppels. Snel alles droog binnengehaald, Joop slaapt lekker door. Intussen houdt het op met zachtjes regenen en viel het met bakken uit de lucht. Midden in deze bui komen er nog 7 pelgrims binnen terwijl er onze kleedkamer amper plaats is voor drie of vier personen. Consternatie alom. Uiteindelijk komt er iemand van de politie een tweede kleedkamer openen, dit betekend dat er voor iedereen plek is, iedereen kan slapen. Ja wel op de grond, op een zitbankje of op een tassenrek in de andere kleedkamer. Wel zijn er inmiddels een tiental pelgrims naar een hostal gegaan en twee mensen hebben de bus genomen naar de volgende etappeplaats.

    In de plaatselijke supermarkt doen we snel een paar boodschapjes. Het is 20.25uur als we ons ter ruste leggen. Het zal mij benieuwen hoe het morgen is in de volgende refugio want het is erg druk op de Ruta dat is wel duidelijk.

     

    12 april 2007 Guillena Castilblanco de los Arroyos 20 km.

     

    Om 07.00 uur begint mijn wekkertje te roepen dat ik op moet staan. Zeer slecht geslapen want een van onze medepelgrims, een Deen van 79 jr. snurkt zo onwijs dat het gesnurk van Joop er fluisterwerk bij is. Bovendien ligt deze meneer uit gewichtbesparing onder zilverfolie te slapen, en elke beweging kraakt het dat een lieve lust is. Ik lag te slapen op een latten bankje dat toch wel erg hard aanvoelde zo tegen de ochtend. Snel hebben we onze zaakjes bij elkaar gepakt en hebben de Deen ontredderd achtergelaten, het leek ons niet toe dat hij Santiago zou halen. Een Fransoos die gelijktijdig met ons op pad ging vertelde dat hij na de regenbui van gisteren toch maar de verharde weg ging lopen. Achteraf had hij groot gelijk. Wij en vele pelgrims met ons liepen de reguliere route, van glibberen en glijden door de modder en springen van het ene droge stukje pad naar het andere. Wel liepen we door grote sinaasappel plantages en wijngebieden, dus wat dat betreft geen klagen. Halverwege het traject was het pad iets beter begaanbaar of halfverhard, dat maakt het toch iets gemakkelijker. Door veel via de bermen te lopen proberen we onze schoenen weer iets toonbaarder te krijgen. Vlak voor Castiblanca de los Arroyos is een ernstig ongeluk gebeurd. De policia en de ambulancia zijn aanwezig en manen ons door te lopen. Het zal er wel niet uitgezien hebben. Een Fransoos was met zijn auto met waarschijnlijk te hoge snelheid uit de bocht gevlogen en tegen een boom tot stilstand gekomen. Er was niet veel meer over van het karretje. Om ongeveer 12.00 uur waren we in Castilblanco de los Arroyos. Er was een mooie refugio met voldoende bedden en een goede mogelijkheid om te douchen en onze kleren te  wassen. De afritspijpen van mijn broek zaten echt onder de modder. Om van de schoenen nog maar niet te spreken. In een heerlijk zonnetje en een zacht briesje onze spullen te drogen gehangen op het grote balkon voor onze slaapzaal. Joop is het stadje in geweest om boodschappen te doen uit onze gezamenlijke pot. Hij heeft eveneens ontdekt dat we na 18.00 uur kunnen internetten in het schooltje onder de refugio.

    refugio in Castilblanco de los Arroyos

    Castilblanco de los Arroyos is het stadje van de palmbladplukkers. Op een klein pleintje staat een standbeeld van een jongeman met ezel die beladen is met palmbladeren. Voor we gaan eten gaan we even een half uurtje achter de computer bij een lieve zeer gedienstige schooljuf die ons helpt met het opstarten van de apparatuur. Ze vindt het erg leuk dat ook pelgrims gebruik maken van het P.C.klasje dat eigenlijk voor de bevolking bedoeld is. Weinig bevolking gezien in de klas, joop en ik waren bijna de enige bezoekers. We eten in een bar tegenover de refugio, en als afsluiten nemen we een copa brandy. We zijn ruim op tijd terug in de refugio om onze spullen reisvaardig te maken voor de andere dag. De route hebben we al even voor het eerste deel verkend.

     

    13 april 2007 Castilblanco de los Arroyos – Almaden de la Plata 29,5 km

     

    Almaden de la Plata

    Joop was om 06.15 uur wakker om te gaan plassen, het had geen zin meer om nog opnieuw te gaan slapen. Snel geluidloos ons aangekleed, ingepakt op de trap buiten een yogurtje gegeten en wegwezen. (we vergeten een donativo achter te laten als dank voor de overnachting ( Jacobus hij vergeve het ons) Als boetedoening moeten we zo’n 18 km langs de carretera lopen. Het is een vrij rustige provinciale weg. Na deze 18 kilometer komen we bij het Parc National El Berrocal. Gedurende 12 kilometer lopen we over prachtige halfverharde weg door een heuvelachtig landschap met kurkeiken, riviertjes en weilanden. Het laatste deel van de route is evenwel erg bergop. Na een vrij zware klim ( Joop legt het bijna af) kijken we uit over het nationale park, een prachtig uitzicht. Na dit uitzichtpunt gaat het zeer steil via een geitenpaadje bergafwaarts. Dat vinden mijn knietjes niet fijn. In Almaden de la Plata is een mooie refugio met 70 slaapplaatsen, plek zat dus. In de loop van de middag komen er ook 5 Spanjaarden binnen die geassisteerd worden door een auto. Deze auto neemt hun rugzakken mee en de heren lopen met kleine dagrugzakjes met alleen drinken, eten en regenkleding. In Spanje noemt men dit “assistentia par cotcha”, en wordt als zeer verwerpelijk ervaren. Deze heren trekken er zich niets van aan. Vanmiddag eerst mijn wasje gedaan en via een zeer aardige barmevrouw hebben we een hotelkamer gereserveerd in Monasterio. Er is in Monasterio een refugio met 10 slaapplaatsen en met het grote aantal pelgrims op de route lijkt ons dit een goede oplossing. Een half uurtje later waren ook de hotelkamers  in Monasterio “complet”. Ook de 5 Spanjaarden hebben in het hotel gereserveerd. In een klein restaurantje in het dorp hebben we gegeten en alvast de eerste meters van de route voor morgenvroeg nagelopen. Het is altijd handig om te weten hoe in het halfdonker op de goede route te geraken.

     

    14 april 2007 Almaden de la Plata – Monasterio 35 km

     

    Castilio net buiten Real de la Jara

    Vandaag een dubbele etappe, want het stukje van 14 kilometer naar Real de la Jara vonden we wel heel erg weinig. Bovendien wilden we het drukke peloton enigszins uit elkaar trekken. In Monasterio hebben we dus al een slaapplaatsje laten reserveren waardoor we het relatief rustig aan kunnen doen. We begonnen niet echt lekker omdat we iets verder buiten Almaden de la Plata de weg niet goed konden volgen, dat werd dus even zoeken. Toen we eenmaal voorbij het plaza del torres waren ging het als vanzelf goed. Het eerste deel van de route voerden door heuvelachtig terrein en langs boeren hoeve’s. En daarna zo’n 10 kilometer langs de provinciale weg. Da’s niet erg leuk. Na Real de la Jara ging het via landweggetjes, door beekjes waaden en langs castilio’s. Op 10 kilometer voor Monasterio ging het weer langs de N630, niet echt een lolletje bij zo tegen de 30 C°. Maar we zijn gezond en wel over de eindstreep gekomen. Inchecken, douchen en het wasje gedaan, dan een welverdiend pilsje. Joop en ik zijn samen het stadje doorgelopen en hebben bij een zeer vriendelijke policia local een stempel gehaald voor ons pelgrimspaspoort. Daarna hebben we gegeten in de commodor van het hotel. Het was niet bijster lekker maar wel relatief goedkoop zo’n €7,50. Omdat we toch wel steeds behoorlijk vroeg vertrekken gaan we dus ook op tijd onder de wol, en met een volle maag door het late eten slaap je niet echt lekker. O,ja in de supermarkt  hebben we nog een paar flessen water en een paar sinaasappelen voor onderweg gekocht.

     

    Zondag 15 april 2007 Monasterio – Fuente de Cantos 21 km

     

    22 Kilometer lijkt ons genoeg voor de zondag. En bovendien ligt de daaropvolgende etappeplaats op 26,5 km, dat is dus wel een beetje erg veel van het goede met dit warme weer. Het verblijf in ons hotel was inclusief ontbijt en het eten van gisterenavond €31,=pp, dus hebben we koffie en aantal magdalena’s achter de kiezen. Als we Monasterio uit lopen loopt er voor ons een echtpaar uit Goes. Na een kilometer of drie passeren we hen. De route is zeer landelijk, glooiend en er bloeien de mooiste planten onderweg. Joop en ik genieten echt van deze prachtige dag. Ook passeren we de Spanjaarden die met hun auto worden geassisteerd. We besluiten om ze voortaan de signorita’s te noemen, als we ze daarmee aanspreken lachen ze als een boer met kiespijn. Ze snappen wel wat we bedoelen. Het leek er trouwens op alsof Fuente niet dichterbij leek te komen toen we op zo’n 10 kilometer afstand genaderd waren. Om 12.10 uur zijn we als eerste bij de auberge van het klooster in Fuente de Cantos.  Een zeer hulpvaardige dame wijst ons een plek in een driepersoons kamertje dat uitziet op een binnenplaatsje. We douchen ons en doen snel ons wasje. Als dat hangt genieten van een heerlijk koel drankje van Freddy H. in de refter van het klooster. Daarna verkennen Joop en ik het dorpje en kijken alvast waar de weg loopt die we morgen moeten gaan. En we hebben het idee dat we nu wel de grootste horde pelgrims achter ons te hebben gelaten.

    Zolang er voldoende slaapplaatsen voorhanden kunnen we het wel rustig aan doen. In de auberge van Fuente is er ook een mogelijkheid om van het internet gebruik te maken. Altijd aardig voor de thuisblijvers. Vanavond kruip ik nog maar vroeger onder de wol want het lijkt erop dat ik een griepje onder de leden begin te krijgen. Morgen maar snel op zoek naar een apotheek voor aspirine of antigripine of iets dergelijks.

     

    16 april 2007 Fuente de Cantos – Zafra 26 km

     

    Als we nog in het tweeduister het dorpje uitlopen gaat dat gemakkelijk omdat we de route gisteren goed hebben verkend. Eerst was er in de recreatieruimte van het klooster even gegeten en koffie gedronken, zodat we er direct goed tegen aan konden gaan. Tussen de heuvels lopend genieten we van de opkomende zon. In de

    verte zien we de ‘signorita’s’ lopen. De mannen van de assitentia par cotcha. Toen we voorbij Calzadilla de los Barros (waar we brood hadden gekocht) waren zagen we de “heren” koffie drinken bij hun helpers. Zielige pelgrims. Na enkele kilometers hebben we heerlijk in het zonnetje een broodje gegeten en een watertje gedronken.

    Wat kan geluk toch simpel zijn. Nadat we halverwege Zafra zijn, kruist een vervaarlijke uitziende slang ons pad. Joop houdt hem met zijn stok in bedwang terwijl ik mijn camera in de aanslag breng en enkele foto’s maak. In het plaatsje Pueblo de Sancho Perez lopen veel mensen in mooie kleren. Er is een begrafenis

    aanstaande zo blijkt als we voorbij de eclesia komen. In een kroegje aan de rand van het dorpje drinken we in een bar een kopje cafe amerikano en nemen er een cognacje bij. Daarna door richting Zafra.

    Toch gevaarlijker dan aanvankelijk gedacht

    Via een moeilijke route over een spoorwegemplacement en het park in het centrum van de stad komen we aan bij het bureau Turistico. De mooie juffrouw achter de balie verwijst ons naar een gebouwtje om de hoek. Als Joop terugkomt van de ayuntamiente heeft hij te horen gekregen dat men de refugio aan het verbouwen is en dat we maar 5 kilometer verder moeten lopen naar Los Santos de Maimona. Via de buitenwijken van Zafra en een dennenbos boven aan de rand van Los Santos komen we bij de refugio. De signorita’s zijn er al en ik had sterk de indruk dat men wel wist van de verbouwing van de refugio in Zafra, maar dat men dat lekker voor zichzelf gehouden hebben. Dat heb ik ze natuurlijk wel even fijntjes gevraagd. Met een rood hoofd deden ze net of ze niet snapten waar Joop en ik het overhadden. De sissies.  In het stadje hebben we vervolgens inkopen gedaan en we hebben heerlijke macaroni Bolognese gemaakt. In een barretje bij het benzinestation hebben we nog heerlijk even een pilsje gedronken en met onze echtgenotes gebeld. Samen met Gerald en Grethe, een Oostenrijks echtpaar dat al bijna vanaf het begin van onze tocht in ons gezelschap verkeerd hebben we gezellig een flesje Rioja soldaat gemaakt. Ons wasje dat aan het hek van een naastgelegen tuintje hing is inmiddels droog en weer ingepakt.

     

    17 april 2007 Los Santos de Maimona  - Almendralejo 33 km

     

    Om 07.30 uur dalen Joop en ik af naar Maimona om onze route vervolgen nadat we eerst in het keukentje van een bakkie koffie, een stukje stokbrood en een yogurtje hebben genoten. We kunnen er weer even tegen. Al snel pikten we de fleche’s amarilla weer op om tussen de heuvels bedekt met olijfbomen richting Villafranca de los Barros te lopen. Hoewel de route op den duur eentonig begon te worden, olijfbomen, wijnranken, olijfbomen enz. schoten we toch lekker op. Er stond wel een vrij stevige wind zo’n windkracht 6

    á 7. Misschien was het daardoor toch nog redelijk te harden want het zonnetje was er de hele dag wel, en dat betekent normaal gesproken toch gauw een C° of 27 – 28. Nu viel het mee. In Villafranca hebben we maar eens eerst een lekker bakkie koffie gedronken. Daarna nog maar een cognacje genomen om de komende resterende 17 kilometer beter te kunnen verwerken. Dat moet kunnen want het is nog maar 11.30 uur. Na 12.00 uur begint de warmte toch wel te tellen en tussen de kale wijnvelden is er geen schaduwplekje te vinden. Wel eten we even een stukje stokbrood aan een leuk riviertje. Op het heuveltje tegenover ons staan een paar olijfbomen omringd door rode klaprozen, een prachtig gezicht. Om 15.35 uur zijn we in Almendralejo. De knollen waren behoorlijk op. Joop heeft een blaartje aan zijn voorvoet opgelopen. Valt mee volgens hem. We logeren in een hostal Joop al eens eerder zijn intrek in had genomen tijdens een vorige expeditie richting Santiago de Compostela.  Nadat we maar eerst eens even in een nabijgelegen barretje een pilsje en nog een hebben verorbert gaan we ons douchen, wassen de kleertjes en hangen deze op het balkon te drogen. Dat vond de hostalbaas achteraf niet zo erg leuk. Bij de policia local halen we een stempel voor ons pelgrimspaspoort. Daarna gaan we maar eens eerst een uurtje plat. In hetzelfde kroegje waar we s’middags waren eten we ensalada mixta compleet met alles erop en eraan en werken onze dagrapportjes bij. In onze hostal komen ook Gerald en Grethe bivakeren, we kunnen goed met ze opschieten en ze willen graag in ons spoor blijven omdat wij bijna dezelfde afreisdatum hebben in Santiago. Grethe heeft meer vertrouwen in onze reisplanning dan in die van haar man. Na de avondmaaltijd zijn we weer behoorlijk hersteld van de ontberingen van die dag en vol goede moed voor de dag van morgen.

     

     

    18 april 2007 Almendralejo – Merida 28 km

     

    Een onrustige nacht want het putdeksel van het riool voor onze hostal ligt los en kleppert bij elke auto die er over heen rijdt. Desondanks rust ik voldoende uit om s’morgens weer fit aan de etappe te beginnen. Om 06.15 uur ben ik klaarwakker en om 06.30 uur staan we op. Wassen, plassen etc. we eten ons yogurtje uit de supermercado en stappen om 7.00 uur de straat op in een nog rustig Almendralejo.

     

                              

     

     

     

    Joop vraagt iemand de weg die ons prompt niet de goede route opstuurt. We worden er niet al te zenuwachtig van en na nog een paar keer gevraagd te hebben belanden we weer op het juiste pad en we wandelen via een niet al te interessante Calzada Romana richting Torremegia. Wel hadden we even een probleem om aan de andere kant van het spoorwegtalud te komen omdat de onderdoorgang vol met water en modder stond. Dus maar over het hoge talud geklommen (goed uitgekeken) en komen via een drassig weilandje weer op de goede route. In Torremegia na 2 ½ uur lopen genieten we maar eerst eens van koffie en een bocadillo fritas huevo con jamon. (gebakken ei met ham)  We nemen een goede rust een om ongeveer 11.00 uur vervolgens we onze tocht richting Merida. We lopen veel direct langs de carraterra (grote weg) maar schieten wel lekker op. Vlak voor Merida op zo’n 7 á 8 km, als we juist een sinaasappeltje zitten te eten, wordt er een bus met toeristen losgelaten voor hun dagelijkse portie Ruta de la Plata.

       Buspelgrims

    Joop lacht zich een ongeluk, dat had hij nog niet eerder meegemaakt. Ik had het op de camino Frances al eens meegemaakt in de buurt van El Ganso toen er hele bus met Canaries (Canarische eiland bewoners) werd losgelaten. Een vreemd gezicht zo’n heel peloton met zeer fitte mensen met kleine rugzakjes op die in een hoog tempo richting Merida snellen. Bij een tussenstop van de buspelgrims halen we het hele peloton in, het blijken Duitsers te zijn die in een week tijd van Sevilla naar Santiago de Compostela ‘lopen”.

     

    Om 14.00 uur lopen we zo fris als een hoentje Merida binnen via de Puente Romana. Omdat we nogal vroeg zijn brengen we in een cafetaria die we passeren ons vochtgehalte weer op een aanvaardbaar niveau. Ook zitten we eigenlijk een beetje op de uitkijk om uit zien naar het Oosterijkse echtpaar waar we inmiddels aardig “dik” mee zijn.

    Ze komen niet, geheel tegen onze verwachting in. We gaan naar de refugio naast de rivier de rio Guadiana. We verfrissen ons en doen maar eerst een kort middagdutje. Ik wordt wakker van het praten door Grethe. Ze zijn totaal uitgeput en hebben tot drie kilometer voorbij Merida doorgelopen op zoek naar de refugio. Niets gevonden en toen maar weer terug gelopen. We hebben ze maar snel onder de douche gestuurd en Joop heeft hun wasje gedaan. Daarna zijn we met hun maar eerst een naar de ons bekende cafetaria gegaan om het echtpaar weer een beetje op te

    peppen met een pilsje en een Pacharan. Grethe vond het een heerlijk drankje  en ze knapte er behoorlijk van op. Pacharan is een soort kruidenlikeur dat eigenlijk afkomstig is uit het gebied tussen de Pyreneën en Logroñes. Samen zijn we daarna de stad ingegaan om te zien of er ergens een goedkoop en niet te laat diner op de kop kon worden getikt, en dat lukt. Grethe en Gerald hebben iets kleins gegeten en wilden snel terug naar de refugio om uit te rusten. Joop en ik hebben patat met kip gegeten en een puddinkje na. Om 09.15 zijn ook wij teruggegaan naar de refugio. Er volgt een rommelige nacht met veel mensen, deuren open en dicht, toiletten die doorspoelen enz. Dat heb je dan zo in een refugio. Onder mij ligt een Spanjool heftig te ronken.

     

    19 april 2007 Merida – Alcuescar 38 km

     

    Om 06.15 uur wordt het licht in de refugio ontstoken en half uurtje later zijn we weg. Het is zelfs nog donker als we het mooie Romeinse aquaduct passeren. Jammer want ik had er graag een fotootje van gemaakt. Dan vind ik er wel ergens een op internet. De tocht is zeer afwisselend, en zeer heuvelachtig met een prachtig meer in het ochtendgloren, dit meer is aangelegd door de Romeinen destijds om voldoende water te hebben in Merida. Langs het meer zijn de oude Romeinse putten nog vrijwel geheel intact, waarlangs het water werd geleid naar de diverse kanalen. Grote percelen met steeneiken waar zwarte varkens rondsnuffelen, die de leverancier zijn van de beroemde jamon negro. De donkere kleur van het vlees wordt veroorzaakt door de zwarte eikels die ze vreten van de steeneiken. De varkens zien er ook anders uit als bij ons, spitse snuiten en iets ranker. Ook passeren we veel kurkeiken die er vreemd uitzien als ze van hun bast zijn ontdaan. In Aljucén eten we in een barretje een heerlijke bocadillo met een omelet ham en kaas en uiteraard een heerlijk bakkie koffie. Opgemonterd beginnen we aan onze laatste 24 kilometer.

    De zwarte varkens

    Het valt niet echt mee want de zon schijnt onbarmhartig op onze koppies en het meegenomen water is eigenlijk niet toereikend. De natuur onderweg is evenwel prachtig en eigenlijk niet te beschrijven, dan is de keuze voor het voorjaar toch wel een goede geweest. Behoorlijk uitgeput bereiken we Alcuéscar. Snel even wassen douchen. De Oostenrijkers komen een half uur na ons binnen. In een barretje tegenover het klooster waar we slapen, wisselen we onze verhalen uit onder het genot van pilsje. Grethe neemt een pacharan dat is haar gisteren goed bevallen. Het klooster waar we slapen is van de congregatie van de slaven van Maria, en zijn zeer gastvrij voor de pelgrims. Joop en ik doen daarna nog snel even de noodzakelijkste boodschappen voor de lange etappe van morgen. In de kapel van het klooster is een zangkoortje van 5 dames aan het oefenen onder leiding van een geestelijke. Als ze uitgezongen zijn zing ik het Ave Maria. Als ik de kapel verlaat geeft de Pater me een complimentje.  Om 08.30 uur is er een gezamenlijke maaltijd in de refter van het klooster. Vooraf linzensoep daarna een maaltijdsalade met tortilla ringen met als toetje eerst yogurt en daarna nog een sinaasappel.  Deze laatste bewaar ik voor de dag van morgen. Ze zijn telkens weer zeer sappig en heerlijk van smaak. Joop en ik drinken nog een blikje bier voordat we om 22.00 uur onder de wol gaan. Joop slaapt in een bed en ik lig als jongste op de vloer.

    02-03-2009 om 16:03 geschreven door harriebrok

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ruta de la Plata 2007

     Zilver en stof

     

    Na de twee voorgaande tochten, in 1999 van huis naar Santiago de Compostela en in 2002 vanuit Le Puy en Valey  naar Santiago zou deze derde tocht een afsluiting worden van mijn pelgrimsaspiraties. De eerste tocht was zwaar door de eenzaamheid, het terugvallen op je eigen ik en de ontzettend vele regenbuien die ik tijdens deze tocht over me heen heb gehad. Maar wel een pelgrimage waar ik met zeer veel genoegen op terugkijk. Veel fijne contacten met wildvreemde vriendelijke en gastvrije mensen. Het samenlopen tijdens het Spaanse deel met wandelmaatje Paul le Boucq, en de geweldig mooie natuur in het voorjaar. Het heimwee naar een tweede tocht was daarom niet zo vreemd. In het najaar van 2002 vertrok ik daarom opnieuw naar Santiago de Compostela met als startplaats Le Puy en Valey. Deze oude Franse pelgrimsplaats had ik al eens bezocht met mijn gezinnetje tijdens een vakantie in het zuiden van Frankrijk. Het plaatsje ligt overigens aan de rivier de Borne, laat ik nou in het Twentse plaatsje Borne geboren zijn. Le Puy is beroemd om zijn ontzettend grote roze/rode Mariabeeld dat boven de stad uittorend en gemaakt is van 213 kanonnen die zijn buitgemaakt op het Russische leger tijdens de Krimoorlog. En ook om zijn zwarte madonna die in 1254 aan de stad werd geschonken door Lodewijk de vrome. Een stad die met name door veel Fransen wordt gekozen als startpunt voor de route naar Santiago. Een geweldige mooie tocht via de Gr65, langs veel mooie plaatsen in Frankrijk zoals Estaing, Conques, Figeac Espalion, Cahors en Moissac. Het najaar is een zeer goede periode om te wandelen want het weer is dan vaak stabiel mooi en de natuur levert veel heerlijke vruchten. Dus werd mede doordat mijn dochter haar eerste kindje verwachtte, destijds gekozen voor het najaar.  Wat tegenviel was het niet meer avontuurlijke, je had het allemaal al een keer meegemaakt, en ik miste een wandelmaatje om tegenaan te kunnen kletsen in tijden dat het nodig was. Achteraf toch een niet terechte conclusie omdat de tocht op zich geweldig mooi was. Maar je gaat vergelijken met je eerste pelgrimstocht en dat is niet fair want een eerste pelgrimstocht is uniek in alle opzichten.

     

    Maar ja, de Via de la Plata, die moest nog aan mijn ervaringen worden toegevoegd.  En wat is de Via de la Plata?  De weg van het zilver dat door de Romeinen werd gedolven in de Cantabrica en dat via een landelijk zware route naar de havenstad Cadiz in het zuiden of Gyon in het noorden moest worden vervoerd. Lijkt een goede verklaring maar dat blijkt toch niet de goede te zijn.  Volgens een Arabische versie zou de oorspronkelijke naam de Via de la Plaia moeten en dat betekend de weg der wegen. Hoe het ook zij het is een van de eerste verbindingsroutes in Spanje van Noord naar Zuid. En dat de Romeinen er een belangrijk aandeel in hebben gehad valt af te leiden aan de bouwwerken, het plaveisel en de miliario’s die je onderweg tegenkomt. Een prachtige route vol historie.

     

     

    Nadat ik mijn plannen voor de tocht bij Josien mijn echtgenote had aangekondigd was ze onmiddellijk bezorgd over mijn veiligheid op deze eenzame wandelweg tevens zei ze dat het na deze derde keer dan ook maar welletjes moest zijn. Zo van driemaal is scheepsrecht, en daar heeft ze ook wel een beetje gelijk aan. Het is natuurlijk niet leuk om weer eens twee maanden alleen te zijn. Vooral nu de kinderen de deur uit zijn en het laatste aanspreekpunt, de hond Toto voor drie jaar geleden zijn laatste adem heeft uitgeblazen. Okay dan maar eens op zoek naar een wandelmaatje en een zoekertje geplaatst op de site van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Al vrij snel reageerde Joop Kortekaas, hij was al drie keer onderweg geweest en slechts één maal het einddoel Santiago de Compostela bereikt. Na een tweetal persoonlijke contacten leek het goed van beide zijden. Joop was weliswaar een dag ouder als ik maar verder hadden we opmerkelijk veel overeenkomsten. Zoals milieuachtergrond voor wat het werk betreft, kontakten richting de brandweer, hobby’s en onze Bourgondische inslag. Dat moest wel goed komen met ons. Na de aanschaf van diverse boekwerkjes waar we ons beiden wegwijs in hebben gemaakt en vele telefonische kontakten werd er een datum geprikt voor vertrek en door mij werden de tickets vastgelegd via Cheaptickets.nl.

     

    Kathedraal met de Giralda

    Op maandag 9 april 2e Paasdag stond schoonzoon Michiel om 04.10uur voor de deur om mij naar Schiphol te brengen. Als we om 05.45uur op Schiphol arriveren is Joop en echtgenote Joke er ook als. Na een korte begroeting nemen we afscheid van onze respectievelijke begeleider(ster)s en checken in. Als we door de douane zijn is er tijd voor een bakkie koffie alvorens we aan boord gaan. We hebben goede plaatsen in het vliegtuig omdat ik deze al twee weken voor vertrek heb uitgekozen via het internet. Op het vliegveld van Madrid Barajas moesten we overstappen (als dat maar goed gaat met onze rugzakken) en om 13.00uur staan we op het vliegveld van Sevilla. Ja hoor, onze rugzakken zijn ook goed aangekomen en met de bus zijn we richting het centrum van de stad gereden quanta costa, €2,= pp. Joop had via een kennisje een hostal in het centrum van de stad besproken, het was wel vrij primitief maar als pelgrim moet je met weinig tevreden zijn en we zaten tegen het centrum dus wat wil je nog meer. Ook de kosten waren dienovereenkomstig, €15,=pp. per nacht.

    Direct die middag al de stad een beetje verkend, de kathedraal bezocht en het stadsdeel aan de andere zijde van de Guadalquivir. Enkele grote processie plateau’s, uit de goede week waren er in een kerkje te bezichtigen. Ook het kantoortje van de Amigo’s de Santiago van de Ruta de la Plata hebben we even bezocht en er een credential van de Ruta opgehaald voor onze verzameling.  En op een pleintje dicht bij onze hostal hebben we heerlijk genoten van goed glas bier en een lekker diner. Het pelgrimsgevoel begint weer terug te komen. Nadat we nog een ommetje langs enkele voor Joop bekende punten hebben gemaakt doken we 22.15 uur de koffer in. De knollen waren op.

     

    10 april 2007 Sevilla

     

    Arena del torros

    Om half acht opgestaan, geschoren en in de naast de hostal aanwezige bakkerij een paar belegde broodjes gekocht en daarmee richting de kathedraal gewandeld. Hoewel deze al open was (gratis voor gelovigen die een dienst wilden volgen) was het helaas nog niet mogelijk om een stempel te bemachtigen voor ons pelgrimspaspoort. Dan maar eerst op een bankje naast de kathedraal ons ontbijt opgepeuzeld. Zodra de duiven van kathedraal ons in de smiezen kregen was het met de rust gedaan. Als afleidingsmanoeuvre gooiden we regelmatig een stukje brood van ons af, dat gaf enige verlichting. Daarna nog maar eens de kerk van binnen bekeken nu het nog gratis was. Om 11.00uur gaan de deuren dicht en is het alleen nog mogelijk via de toeristische ingang tegen betaling naar binnen te gaan. In een kleine bar hebben we een heerlijk bakkie koffie gedronken. Daarna zijn we naar de Arena del torros gegaan. Een toegangsbewijs gekocht met pensionado korting. Er was een spaanse schone die ons in vloeiend Engels allerlei zaken vertelde over de toreadores de stieren en de historie van de arena. Gedurende het bestaan van de arena in 1800 zijn er drie toreadores door de stier gedood. Per stierengevecht worden er zes stieren gedood gedurende veertien dagen achter elkaar. Dit is dan de periode van de Feria, een soort Sevilliaanse feestweken. Tot 1920 werden er onbeschermde paarden ingezet met picadores, er werden dan ongeveer 12 paarden

    per dag gedood door de stier. Na een stierengevecht bepaald de arena voorzitter of de toreador een trofee van de stier mag afsnijden. Het moet wel een stierwaardig gevecht zijn geweest. Als de toreador die dag geen drie trofeeën heeft gekregen moet hij via een aparte uitgang de arena verlaten. Een vernedering dus. Er is in de arena een aparte poort voor de paarden met picadores, een aparte ingang voor de ambulancia en een poort voor de gedode stier.  Ook zijn de paarden van de picadores nu helemaal beschermd met dikke matten om zich heen. Al met al zeer interessant. Na even een internetcafé bezocht te hebben voor het regelen van onze contacten met het thuisfront hebben we maar eerst eens een koel cervesa tot ons genomen.

    Na een korte siësta hebben we het Plaza d’España bezocht. Dit is een gebouw waar diverse departementen van provincie en rijk zijn gehuisvest. Het gebouw is omgeven door prachtige tegelmozaïken, een gracht met bruggen die doen denken aan Venetië. Ook hebben we de universiteit van Sevilla bezocht die in een oude tabaksfabriek is gehuisvest. In deze tabaksfabriek speelde zich ook het verhaal af uit de opera Carmen. Haar standbeeld staat nog voor de universiteit. We wandelen nog even heerlijk door de strad bij temperatuurtje van 25C°. In een prachtig park met flanerende jonge dames en jonge moeders met hun kroost, hebben we even uitgerust. Josien belde of we goed aangekomen waren en of we goede huisvesting hadden gevonden. In het restaurantje waar we gaan eten schrijf ik dit verslag tewijl we wachten op onze steak met blauwschimmelkaas,  patatas fritas en groente. €18,=, moet kunnen als aanloop naar de etappe van morgen. Om 10.30uur liggen we in ons mandje, en op de gang is het de hele nacht onrustig waardoor we maar weinig slaap krijgen.

     

    Plaza d’Espana

    11 april Sevilla – Guillena 23 km.

     

    Het is 7.00 uur als mijn GSM verteld dat we op moeten staan. Dat vertellen is ook letterlijk zo waardoor Joop meteen al een hekel aan dat stemmetje krijgt. “Its seven o clock time to wake up” enz. enz. Snel hebben we ons verfrist en om 07.15 uur liepen we richting de bakker voor en vers stokbroodje en om 7.30 uur liepen we langs de kathedraal. Via de Puenta Issabel II, vetrokken we richting Italica, dit is een opgraving uit de Romeinse tijd. Dit was een plaats waar gepensioneerde legioneers gingen wonen om in alle rust van de oude dag te kunnen genieten. Wel onder het genot van een grote arena en diverse badhuisen. Pelgrims mogen overigens het complex uit 200 jr. voor Chr. gratis bezoeken.  Met een warm zonnetje naast ons liepen we naar Guillena waar we bij de Policia local te horen kregen dat we konden slapen in de kleedkamer van het sportcomplex. Snel de noodzakelijke kleding gewassen en te drogen gehangen. In de kantine van het complex hebben we maar even een pilsje gedronken om de stof uit onze kelen te spoelen. Toen we zagen dat het mogelijk was om iets warms te eten hebben we daar dankbaar gebruik van gemaakt. Normaal is het etenstijd tot maximaal 14.00 uur. Het was inmiddels 03.00 uur geweest. De Plata del dia zag er als volgt uit; gebakken aardappeltjes, 3 lapjes gebraden casselerrib en gebakken ei. Heerlijk..! Inclusief de drankjes koffie en een toetje na betaalden we €10,= pp. Toen de volgende pelgrims arriveerden ging de tent dicht, zij balen.

    Na deze verwennerij waren we toe aan een welverdiende siësta. Plotseling werd ik wakker van een stemmetje in mijn binnenste (Jacobus) dat zei dat begon te regenen. Ja hoor precies net de eerste druppels. Snel alles droog binnengehaald, Joop slaapt lekker door. Intussen houdt het op met zachtjes regenen en viel het met bakken uit de lucht. Midden in deze bui komen er nog 7 pelgrims binnen terwijl er onze kleedkamer amper plaats is voor drie of vier personen. Consternatie alom. Uiteindelijk komt er iemand van de politie een tweede kleedkamer openen, dit betekend dat er voor iedereen plek is, iedereen kan slapen. Ja wel op de grond, op een zitbankje of op een tassenrek in de andere kleedkamer. Wel zijn er inmiddels een tiental pelgrims naar een hostal gegaan en twee mensen hebben de bus genomen naar de volgende etappeplaats.

    In de plaatselijke supermarkt doen we snel een paar boodschapjes. Het is 20.25uur als we ons ter ruste leggen. Het zal mij benieuwen hoe het morgen is in de volgende refugio want het is erg druk op de Ruta dat is wel duidelijk.

     

    12 april 2007 Guillena Castilblanco de los Arroyos 20 km.

     

    Om 07.00 uur begint mijn wekkertje te roepen dat ik op moet staan. Zeer slecht geslapen want een van onze medepelgrims, een Deen van 79 jr. snurkt zo onwijs dat het gesnurk van Joop er fluisterwerk bij is. Bovendien ligt deze meneer uit gewichtbesparing onder zilverfolie te slapen, en elke beweging kraakt het dat een lieve lust is. Ik lag te slapen op een latten bankje dat toch wel erg hard aanvoelde zo tegen de ochtend. Snel hebben we onze zaakjes bij elkaar gepakt en hebben de Deen ontredderd achtergelaten, het leek ons niet toe dat hij Santiago zou halen. Een Fransoos die gelijktijdig met ons op pad ging vertelde dat hij na de regenbui van gisteren toch maar de verharde weg ging lopen. Achteraf had hij groot gelijk. Wij en vele pelgrims met ons liepen de reguliere route, van glibberen en glijden door de modder en springen van het ene droge stukje pad naar het andere. Wel liepen we door grote sinaasappel plantages en wijngebieden, dus wat dat betreft geen klagen. Halverwege het traject was het pad iets beter begaanbaar of halfverhard, dat maakt het toch iets gemakkelijker. Door veel via de bermen te lopen proberen we onze schoenen weer iets toonbaarder te krijgen. Vlak voor Castiblanca de los Arroyos is een ernstig ongeluk gebeurd. De policia en de ambulancia zijn aanwezig en manen ons door te lopen. Het zal er wel niet uitgezien hebben. Een Fransoos was met zijn auto met waarschijnlijk te hoge snelheid uit de bocht gevlogen en tegen een boom tot stilstand gekomen. Er was niet veel meer over van het karretje. Om ongeveer 12.00 uur waren we in Castilblanco de los Arroyos. Er was een mooie refugio met voldoende bedden en een goede mogelijkheid om te douchen en onze kleren te  wassen. De afritspijpen van mijn broek zaten echt onder de modder. Om van de schoenen nog maar niet te spreken. In een heerlijk zonnetje en een zacht briesje onze spullen te drogen gehangen op het grote balkon voor onze slaapzaal. Joop is het stadje in geweest om boodschappen te doen uit onze gezamenlijke pot. Hij heeft eveneens ontdekt dat we na 18.00 uur kunnen internetten in het schooltje onder de refugio.

    refugio in Castilblanco de los Arroyos

    Castilblanco de los Arroyos is het stadje van de palmbladplukkers. Op een klein pleintje staat een standbeeld van een jongeman met ezel die beladen is met palmbladeren. Voor we gaan eten gaan we even een half uurtje achter de computer bij een lieve zeer gedienstige schooljuf die ons helpt met het opstarten van de apparatuur. Ze vindt het erg leuk dat ook pelgrims gebruik maken van het P.C.klasje dat eigenlijk voor de bevolking bedoeld is. Weinig bevolking gezien in de klas, joop en ik waren bijna de enige bezoekers. We eten in een bar tegenover de refugio, en als afsluiten nemen we een copa brandy. We zijn ruim op tijd terug in de refugio om onze spullen reisvaardig te maken voor de andere dag. De route hebben we al even voor het eerste deel verkend.

     

    13 april 2007 Castilblanco de los Arroyos – Almaden de la Plata 29,5 km

     

    Almaden de la Plata

    Joop was om 06.15 uur wakker om te gaan plassen, het had geen zin meer om nog opnieuw te gaan slapen. Snel geluidloos ons aangekleed, ingepakt op de trap buiten een yogurtje gegeten en wegwezen. (we vergeten een donativo achter te laten als dank voor de overnachting ( Jacobus hij vergeve het ons) Als boetedoening moeten we zo’n 18 km langs de carretera lopen. Het is een vrij rustige provinciale weg. Na deze 18 kilometer komen we bij het Parc National El Berrocal. Gedurende 12 kilometer lopen we over prachtige halfverharde weg door een heuvelachtig landschap met kurkeiken, riviertjes en weilanden. Het laatste deel van de route is evenwel erg bergop. Na een vrij zware klim ( Joop legt het bijna af) kijken we uit over het nationale park, een prachtig uitzicht. Na dit uitzichtpunt gaat het zeer steil via een geitenpaadje bergafwaarts. Dat vinden mijn knietjes niet fijn. In Almaden de la Plata is een mooie refugio met 70 slaapplaatsen, plek zat dus. In de loop van de middag komen er ook 5 Spanjaarden binnen die geassisteerd worden door een auto. Deze auto neemt hun rugzakken mee en de heren lopen met kleine dagrugzakjes met alleen drinken, eten en regenkleding. In Spanje noemt men dit “assistentia par cotcha”, en wordt als zeer verwerpelijk ervaren. Deze heren trekken er zich niets van aan. Vanmiddag eerst mijn wasje gedaan en via een zeer aardige barmevrouw hebben we een hotelkamer gereserveerd in Monasterio. Er is in Monasterio een refugio met 10 slaapplaatsen en met het grote aantal pelgrims op de route lijkt ons dit een goede oplossing. Een half uurtje later waren ook de hotelkamers  in Monasterio “complet”. Ook de 5 Spanjaarden hebben in het hotel gereserveerd. In een klein restaurantje in het dorp hebben we gegeten en alvast de eerste meters van de route voor morgenvroeg nagelopen. Het is altijd handig om te weten hoe in het halfdonker op de goede route te geraken.

     

    14 april 2007 Almaden de la Plata – Monasterio 35 km

     

    Castilio net buiten Real de la Jara

    Vandaag een dubbele etappe, want het stukje van 14 kilometer naar Real de la Jara vonden we wel heel erg weinig. Bovendien wilden we het drukke peloton enigszins uit elkaar trekken. In Monasterio hebben we dus al een slaapplaatsje laten reserveren waardoor we het relatief rustig aan kunnen doen. We begonnen niet echt lekker omdat we iets verder buiten Almaden de la Plata de weg niet goed konden volgen, dat werd dus even zoeken. Toen we eenmaal voorbij het plaza del torres waren ging het als vanzelf goed. Het eerste deel van de route voerden door heuvelachtig terrein en langs boeren hoeve’s. En daarna zo’n 10 kilometer langs de provinciale weg. Da’s niet erg leuk. Na Real de la Jara ging het via landweggetjes, door beekjes waaden en langs castilio’s. Op 10 kilometer voor Monasterio ging het weer langs de N630, niet echt een lolletje bij zo tegen de 30 C°. Maar we zijn gezond en wel over de eindstreep gekomen. Inchecken, douchen en het wasje gedaan, dan een welverdiend pilsje. Joop en ik zijn samen het stadje doorgelopen en hebben bij een zeer vriendelijke policia local een stempel gehaald voor ons pelgrimspaspoort. Daarna hebben we gegeten in de commodor van het hotel. Het was niet bijster lekker maar wel relatief goedkoop zo’n €7,50. Omdat we toch wel steeds behoorlijk vroeg vertrekken gaan we dus ook op tijd onder de wol, en met een volle maag door het late eten slaap je niet echt lekker. O,ja in de supermarkt  hebben we nog een paar flessen water en een paar sinaasappelen voor onderweg gekocht.

     

    Zondag 15 april 2007 Monasterio – Fuente de Cantos 21 km

     

    22 Kilometer lijkt ons genoeg voor de zondag. En bovendien ligt de daaropvolgende etappeplaats op 26,5 km, dat is dus wel een beetje erg veel van het goede met dit warme weer. Het verblijf in ons hotel was inclusief ontbijt en het eten van gisterenavond €31,=pp, dus hebben we koffie en aantal magdalena’s achter de kiezen. Als we Monasterio uit lopen loopt er voor ons een echtpaar uit Goes. Na een kilometer of drie passeren we hen. De route is zeer landelijk, glooiend en er bloeien de mooiste planten onderweg. Joop en ik genieten echt van deze prachtige dag. Ook passeren we de Spanjaarden die met hun auto worden geassisteerd. We besluiten om ze voortaan de signorita’s te noemen, als we ze daarmee aanspreken lachen ze als een boer met kiespijn. Ze snappen wel wat we bedoelen. Het leek er trouwens op alsof Fuente niet dichterbij leek te komen toen we op zo’n 10 kilometer afstand genaderd waren. Om 12.10 uur zijn we als eerste bij de auberge van het klooster in Fuente de Cantos.  Een zeer hulpvaardige dame wijst ons een plek in een driepersoons kamertje dat uitziet op een binnenplaatsje. We douchen ons en doen snel ons wasje. Als dat hangt genieten van een heerlijk koel drankje van Freddy H. in de refter van het klooster. Daarna verkennen Joop en ik het dorpje en kijken alvast waar de weg loopt die we morgen moeten gaan. En we hebben het idee dat we nu wel de grootste horde pelgrims achter ons te hebben gelaten.

    Zolang er voldoende slaapplaatsen voorhanden kunnen we het wel rustig aan doen. In de auberge van Fuente is er ook een mogelijkheid om van het internet gebruik te maken. Altijd aardig voor de thuisblijvers. Vanavond kruip ik nog maar vroeger onder de wol want het lijkt erop dat ik een griepje onder de leden begin te krijgen. Morgen maar snel op zoek naar een apotheek voor aspirine of antigripine of iets dergelijks.

     

    16 april 2007 Fuente de Cantos – Zafra 26 km

     

    Als we nog in het tweeduister het dorpje uitlopen gaat dat gemakkelijk omdat we de route gisteren goed hebben verkend. Eerst was er in de recreatieruimte van het klooster even gegeten en koffie gedronken, zodat we er direct goed tegen aan konden gaan. Tussen de heuvels lopend genieten we van de opkomende zon. In de

    verte zien we de ‘signorita’s’ lopen. De mannen van de assitentia par cotcha. Toen we voorbij Calzadilla de los Barros (waar we brood hadden gekocht) waren zagen we de “heren” koffie drinken bij hun helpers. Zielige pelgrims. Na enkele kilometers hebben we heerlijk in het zonnetje een broodje gegeten en een watertje gedronken.

    Wat kan geluk toch simpel zijn. Nadat we halverwege Zafra zijn, kruist een vervaarlijke uitziende slang ons pad. Joop houdt hem met zijn stok in bedwang terwijl ik mijn camera in de aanslag breng en enkele foto’s maak. In het plaatsje Pueblo de Sancho Perez lopen veel mensen in mooie kleren. Er is een begrafenis

    aanstaande zo blijkt als we voorbij de eclesia komen. In een kroegje aan de rand van het dorpje drinken we in een bar een kopje cafe amerikano en nemen er een cognacje bij. Daarna door richting Zafra.

    Toch gevaarlijker dan aanvankelijk gedacht

    Via een moeilijke route over een spoorwegemplacement en het park in het centrum van de stad komen we aan bij het bureau Turistico. De mooie juffrouw achter de balie verwijst ons naar een gebouwtje om de hoek. Als Joop terugkomt van de ayuntamiente heeft hij te horen gekregen dat men de refugio aan het verbouwen is en dat we maar 5 kilometer verder moeten lopen naar Los Santos de Maimona. Via de buitenwijken van Zafra en een dennenbos boven aan de rand van Los Santos komen we bij de refugio. De signorita’s zijn er al en ik had sterk de indruk dat men wel wist van de verbouwing van de refugio in Zafra, maar dat men dat lekker voor zichzelf gehouden hebben. Dat heb ik ze natuurlijk wel even fijntjes gevraagd. Met een rood hoofd deden ze net of ze niet snapten waar Joop en ik het overhadden. De sissies.  In het stadje hebben we vervolgens inkopen gedaan en we hebben heerlijke macaroni Bolognese gemaakt. In een barretje bij het benzinestation hebben we nog heerlijk even een pilsje gedronken en met onze echtgenotes gebeld. Samen met Gerald en Grethe, een Oostenrijks echtpaar dat al bijna vanaf het begin van onze tocht in ons gezelschap verkeerd hebben we gezellig een flesje Rioja soldaat gemaakt. Ons wasje dat aan het hek van een naastgelegen tuintje hing is inmiddels droog en weer ingepakt.

     

    17 april 2007 Los Santos de Maimona  - Almendralejo 33 km

     

    Om 07.30 uur dalen Joop en ik af naar Maimona om onze route vervolgen nadat we eerst in het keukentje van een bakkie koffie, een stukje stokbrood en een yogurtje hebben genoten. We kunnen er weer even tegen. Al snel pikten we de fleche’s amarilla weer op om tussen de heuvels bedekt met olijfbomen richting Villafranca de los Barros te lopen. Hoewel de route op den duur eentonig begon te worden, olijfbomen, wijnranken, olijfbomen enz. schoten we toch lekker op. Er stond wel een vrij stevige wind zo’n windkracht 6

    á 7. Misschien was het daardoor toch nog redelijk te harden want het zonnetje was er de hele dag wel, en dat betekent normaal gesproken toch gauw een C° of 27 – 28. Nu viel het mee. In Villafranca hebben we maar eens eerst een lekker bakkie koffie gedronken. Daarna nog maar een cognacje genomen om de komende resterende 17 kilometer beter te kunnen verwerken. Dat moet kunnen want het is nog maar 11.30 uur. Na 12.00 uur begint de warmte toch wel te tellen en tussen de kale wijnvelden is er geen schaduwplekje te vinden. Wel eten we even een stukje stokbrood aan een leuk riviertje. Op het heuveltje tegenover ons staan een paar olijfbomen omringd door rode klaprozen, een prachtig gezicht. Om 15.35 uur zijn we in Almendralejo. De knollen waren behoorlijk op. Joop heeft een blaartje aan zijn voorvoet opgelopen. Valt mee volgens hem. We logeren in een hostal Joop al eens eerder zijn intrek in had genomen tijdens een vorige expeditie richting Santiago de Compostela.  Nadat we maar eerst eens even in een nabijgelegen barretje een pilsje en nog een hebben verorbert gaan we ons douchen, wassen de kleertjes en hangen deze op het balkon te drogen. Dat vond de hostalbaas achteraf niet zo erg leuk. Bij de policia local halen we een stempel voor ons pelgrimspaspoort. Daarna gaan we maar eens eerst een uurtje plat. In hetzelfde kroegje waar we s’middags waren eten we ensalada mixta compleet met alles erop en eraan en werken onze dagrapportjes bij. In onze hostal komen ook Gerald en Grethe bivakeren, we kunnen goed met ze opschieten en ze willen graag in ons spoor blijven omdat wij bijna dezelfde afreisdatum hebben in Santiago. Grethe heeft meer vertrouwen in onze reisplanning dan in die van haar man. Na de avondmaaltijd zijn we weer behoorlijk hersteld van de ontberingen van die dag en vol goede moed voor de dag van morgen.

     

     

    18 april 2007 Almendralejo – Merida 28 km

     

    Een onrustige nacht want het putdeksel van het riool voor onze hostal ligt los en kleppert bij elke auto die er over heen rijdt. Desondanks rust ik voldoende uit om s’morgens weer fit aan de etappe te beginnen. Om 06.15 uur ben ik klaarwakker en om 06.30 uur staan we op. Wassen, plassen etc. we eten ons yogurtje uit de supermercado en stappen om 7.00 uur de straat op in een nog rustig Almendralejo.

     

                              

     

     

     

    Joop vraagt iemand de weg die ons prompt niet de goede route opstuurt. We worden er niet al te zenuwachtig van en na nog een paar keer gevraagd te hebben belanden we weer op het juiste pad en we wandelen via een niet al te interessante Calzada Romana richting Torremegia. Wel hadden we even een probleem om aan de andere kant van het spoorwegtalud te komen omdat de onderdoorgang vol met water en modder stond. Dus maar over het hoge talud geklommen (goed uitgekeken) en komen via een drassig weilandje weer op de goede route. In Torremegia na 2 ½ uur lopen genieten we maar eerst eens van koffie en een bocadillo fritas huevo con jamon. (gebakken ei met ham)  We nemen een goede rust een om ongeveer 11.00 uur vervolgens we onze tocht richting Merida. We lopen veel direct langs de carraterra (grote weg) maar schieten wel lekker op. Vlak voor Merida op zo’n 7 á 8 km, als we juist een sinaasappeltje zitten te eten, wordt er een bus met toeristen losgelaten voor hun dagelijkse portie Ruta de la Plata.

       Buspelgrims

    Joop lacht zich een ongeluk, dat had hij nog niet eerder meegemaakt. Ik had het op de camino Frances al eens meegemaakt in de buurt van El Ganso toen er hele bus met Canaries (Canarische eiland bewoners) werd losgelaten. Een vreemd gezicht zo’n heel peloton met zeer fitte mensen met kleine rugzakjes op die in een hoog tempo richting Merida snellen. Bij een tussenstop van de buspelgrims halen we het hele peloton in, het blijken Duitsers te zijn die in een week tijd van Sevilla naar Santiago de Compostela ‘lopen”.

     

    Om 14.00 uur lopen we zo fris als een hoentje Merida binnen via de Puente Romana. Omdat we nogal vroeg zijn brengen we in een cafetaria die we passeren ons vochtgehalte weer op een aanvaardbaar niveau. Ook zitten we eigenlijk een beetje op de uitkijk om uit zien naar het Oosterijkse echtpaar waar we inmiddels aardig “dik” mee zijn.

    Ze komen niet, geheel tegen onze verwachting in. We gaan naar de refugio naast de rivier de rio Guadiana. We verfrissen ons en doen maar eerst een kort middagdutje. Ik wordt wakker van het praten door Grethe. Ze zijn totaal uitgeput en hebben tot drie kilometer voorbij Merida doorgelopen op zoek naar de refugio. Niets gevonden en toen maar weer terug gelopen. We hebben ze maar snel onder de douche gestuurd en Joop heeft hun wasje gedaan. Daarna zijn we met hun maar eerst een naar de ons bekende cafetaria gegaan om het echtpaar weer een beetje op te

    peppen met een pilsje en een Pacharan. Grethe vond het een heerlijk drankje  en ze knapte er behoorlijk van op. Pacharan is een soort kruidenlikeur dat eigenlijk afkomstig is uit het gebied tussen de Pyreneën en Logroñes. Samen zijn we daarna de stad ingegaan om te zien of er ergens een goedkoop en niet te laat diner op de kop kon worden getikt, en dat lukt. Grethe en Gerald hebben iets kleins gegeten en wilden snel terug naar de refugio om uit te rusten. Joop en ik hebben patat met kip gegeten en een puddinkje na. Om 09.15 zijn ook wij teruggegaan naar de refugio. Er volgt een rommelige nacht met veel mensen, deuren open en dicht, toiletten die doorspoelen enz. Dat heb je dan zo in een refugio. Onder mij ligt een Spanjool heftig te ronken.

     

    19 april 2007 Merida – Alcuescar 38 km

     

    Om 06.15 uur wordt het licht in de refugio ontstoken en half uurtje later zijn we weg. Het is zelfs nog donker als we het mooie Romeinse aquaduct passeren. Jammer want ik had er graag een fotootje van gemaakt. Dan vind ik er wel ergens een op internet. De tocht is zeer afwisselend, en zeer heuvelachtig met een prachtig meer in het ochtendgloren, dit meer is aangelegd door de Romeinen destijds om voldoende water te hebben in Merida. Langs het meer zijn de oude Romeinse putten nog vrijwel geheel intact, waarlangs het water werd geleid naar de diverse kanalen. Grote percelen met steeneiken waar zwarte varkens rondsnuffelen, die de leverancier zijn van de beroemde jamon negro. De donkere kleur van het vlees wordt veroorzaakt door de zwarte eikels die ze vreten van de steeneiken. De varkens zien er ook anders uit als bij ons, spitse snuiten en iets ranker. Ook passeren we veel kurkeiken die er vreemd uitzien als ze van hun bast zijn ontdaan. In Aljucén eten we in een barretje een heerlijke bocadillo met een omelet ham en kaas en uiteraard een heerlijk bakkie koffie. Opgemonterd beginnen we aan onze laatste 24 kilometer.

    De zwarte varkens

    Het valt niet echt mee want de zon schijnt onbarmhartig op onze koppies en het meegenomen water is eigenlijk niet toereikend. De natuur onderweg is evenwel prachtig en eigenlijk niet te beschrijven, dan is de keuze voor het voorjaar toch wel een goede geweest. Behoorlijk uitgeput bereiken we Alcuéscar. Snel even wassen douchen. De Oostenrijkers komen een half uur na ons binnen. In een barretje tegenover het klooster waar we slapen, wisselen we onze verhalen uit onder het genot van pilsje. Grethe neemt een pacharan dat is haar gisteren goed bevallen. Het klooster waar we slapen is van de congregatie van de slaven van Maria, en zijn zeer gastvrij voor de pelgrims. Joop en ik doen daarna nog snel even de noodzakelijkste boodschappen voor de lange etappe van morgen. In de kapel van het klooster is een zangkoortje van 5 dames aan het oefenen onder leiding van een geestelijke. Als ze uitgezongen zijn zing ik het Ave Maria. Als ik de kapel verlaat geeft de Pater me een complimentje.  Om 08.30 uur is er een gezamenlijke maaltijd in de refter van het klooster. Vooraf linzensoep daarna een maaltijdsalade met tortilla ringen met als toetje eerst yogurt en daarna nog een sinaasappel.  Deze laatste bewaar ik voor de dag van morgen. Ze zijn telkens weer zeer sappig en heerlijk van smaak. Joop en ik drinken nog een blikje bier voordat we om 22.00 uur onder de wol gaan. Joop slaapt in een bed en ik lig als jongste op de vloer.

    02-03-2009 om 15:53 geschreven door harriebrok

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Proficiat!
    Proficiat!

    Uw blog is correct aangemaakt en u kan nu onmiddellijk starten! 

    U kan uw blog bekijken op http://blog.SeniorenNet.be/harjo

    We hebben om te starten ook al een reeks extra's toegevoegd aan uw blog, zodat u dit zelf niet meer hoeft te doen.  Zo is er een archief, gastenboek, zoekfunctie, enz. toegevoegd geworden. U kan ze nu op uw blog zien langs de linker en rechter kant.

    U kan dit zelf helemaal aanpassen.  Surf naar http://blog.SeniorenNet.be/ en log vervolgens daar in met uw gebruikersnaam en wachtwoord. Klik vervolgens op 'personaliseer'.  Daar kan u zien welke functies reeds toegevoegd zijn, ze van volgorde wijzigen, aanpassen, ze verwijderen en nog een hele reeks andere mogelijkheden toevoegen.

    Om berichten toe te voegen, doet u dit als volgt.  Surf naar http://blog.SeniorenNet.be/  en log vervolgens in met uw gebruikersnaam en wachtwoord.  Druk vervolgens op 'Toevoegen'.  U kan nu de titel en het bericht ingeven.

    Om een bericht te verwijderen, zoals dit bericht (dit bericht hoeft hier niet op te blijven staan), klikt u in plaats van op 'Toevoegen' op 'Wijzigen'.  Vervolgens klikt u op de knop 'Verwijderen' die achter dit bericht staat (achter de titel 'Proficiat!').  Nog even bevestigen dat u dit bericht wenst te verwijderen en het bericht is verwijderd.  U kan dit op dezelfde manier in de toekomst berichten wijzigen of verwijderen.

    Er zijn nog een hele reeks extra mogelijkheden en functionaliteiten die u kan gebruiken voor uw blog. Log in op http://blog.SeniorenNet.be/ en geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op.  Klik vervolgens op 'Instellingen'.  Daar kan u een hele reeks zaken aanpassen, extra functies toevoegen, enz.

    WAT IS CONCREET DE BEDOELING??
    De bedoeling is dat u op regelmatige basis een bericht toevoegt op uw blog. U kan hierin zetten wat u zelf wenst.
    - Bijvoorbeeld: u heeft een blog gemaakt voor gedichten. Dan kan u bvb. elke dag een gedicht toevoegen op uw blog. U geeft de titel in van het gedicht en daaronder in het bericht het gedicht zelf. Zo kunnen uw bezoekers dagelijks terugkomen om uw laatste nieuw gedicht te lezen. Indien u meerdere gedichten wenst toe te voegen op eenzelfde dag, voegt u deze toe als afzonderlijke berichten, dus niet in één bericht.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken over de actualiteit. Dan kan u bvb. dagelijks een bericht plaatsen met uw mening over iets uit de actualiteit. Bvb. over een bepaalde ramp, ongeval, uitspraak, voorval,... U geeft bvb. in de titel het onderwerp waarover u het gaat hebben en in het bericht plaatst u uw mening over dat onderwerp. Zo kan u bvb. meedelen dat de media voor de zoveelste keer het fout heeft, of waarom ze nu dat weer in de actualiteit brengen,... Of u kan ook meer diepgaande artikels plaatsen en meer informatie over een bepaald onderwerp opzoeken en dit op uw blog plaatsen. Indien u over meerdere zaken iets wil zeggen op die dag, plaatst u deze als afzonderlijke berichten, zo is dit het meest duidelijk voor uw bezoekers.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken als dagboek. Dagelijks maakt u een bericht aan met wat u er wenst in te plaatsen, zoals u anders in een dagboek zou plaatsen. Dit kan zijn over wat u vandaag hebt gedaan, wat u vandaag heeft gehoord, wat u van plan bent, enz. Maak een titel en typ het bericht. Zo kunnen bezoekers dagelijks naar uw blog komen om uw laatste nieuwe bericht te lezen en mee uw dagboek te lezen.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken met plaatselijk nieuws. Met uw eigen blog kan u zo zelfs journalist zijn. U kan op uw blog het plaatselijk nieuws vertellen. Telkens u iets nieuw hebt, plaats u een bericht: u geeft een titel op en typt wat u weet over het nieuws. Dit kan zijn over een feest in de buurt, een verkeersongeval in de streek, een nieuwe baan die men gaat aanleggen, een nieuwe regeling, verkiezingen, een staking, een nieuwe winkel, enz. Afhankelijk van het nieuws plaatst u iedere keer een nieuw bericht. Indien u veel nieuws heeft, kan u zo dagelijks vele berichten plaatsen met wat u te weten bent gekomen over uw regio. Zorg ervoor dat u telkens een nieuw bericht ingeeft per onderwerp, en niet zaken samen plaatst. Indien u wat minder nieuws kan bijeen sprokkelen is uiteraard 1 bericht per dag of 2 berichten per week ook goed. Probeer op een regelmatige basis een berichtje te plaatsen, zo komen uw bezoekers telkens terug.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken met een reisverslag. U kan een bericht aanmaken per dag van uw reis. Zo kan u in de titel opgeven over welke dag u het gaat hebben, en in het bericht plaatst u dan het verslag van die dag. Zo komen alle berichten onder elkaar te staan, netjes gescheiden per dag. U kan dus op éénzelfde dag meerdere berichten ingeven van uw reisverslag.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken met tips op. Dan maakt u telkens u een tip heeft een nieuw bericht aan. In de titel zet u waarover uw tip zal gaan. In het bericht geeft u dan de hele tip in. Probeer zo op regelmatige basis nieuwe tips toe te voegen, zodat bezoekers telkens terug komen naar uw blog. Probeer bvb. 1 keer per dag, of 2 keer per week een nieuwe tip zo toe te voegen. Indien u heel enthousiast bent, kan u natuurlijk ook meerdere tips op een dag ingeven. Let er dan op dat het meest duidelijk is indien u pér tip een nieuw bericht aanmaakt. Zo kan u dus bvb. wel 20 berichten aanmaken op een dag indien u 20 tips heeft voor uw bezoekers.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken dat uw activiteiten weerspiegelt. U bent bvb. actief in een bedrijf, vereniging of organisatie en maakt elke dag wel eens iets mee. Dan kan je al deze belevenissen op uw blog plaatsen. Het komt dan neer op een soort van dagboek. Dan kan u dagelijks, of eventueel meerdere keren per dag, een bericht plaatsen op uw blog om uw belevenissen te vertellen. Geef een titel op dat zeer kort uw belevenis beschrijft en typ daarna alles in wat u maar wenst in het bericht. Zo kunnen bezoekers dagelijks of meermaals per dag terugkomen naar uw blog om uw laatste belevenissen te lezen.
    - Bijvoorbeeld: u wil een blog maken uw hobby. U kan dan op regelmatige basis, bvb. dagelijks, een bericht toevoegen op uw blog over uw hobby. Dit kan gaan dat u vandaag een nieuwe postzegel bij uw verzameling heeft, een nieuwe bierkaart, een grote vis heeft gevangen, enz. Vertel erover en misschien kan je er zelfs een foto bij plaatsen. Zo kunnen anderen die ook dezelfde hobby hebben dagelijks mee lezen. Als u bvb. zeer actief bent in uw hobby, kan u dagelijks uiteraard meerdere berichtjes plaatsen, met bvb. de laatste nieuwtjes. Zo trek je veel bezoekers aan.

    WAT ZIJN DIE "REACTIES"?
    Een bezoeker kan op een bericht van u een reactie plaatsen. Een bezoeker kan dus zelf géén bericht plaatsen op uw blog zelf, wel een reactie. Het verschil is dat de reactie niet komt op de beginpagina, maar enkel bij een bericht hoort. Het is dus zo dat een reactie enkel gaat over een reactie bij een bericht. Indien u bvb. een gedicht heeft geschreven, kan een reactie van een bezoeker zijn dat deze het heel mooi vond. Of bvb. indien u plaatselijk nieuws brengt, kan een reactie van een bezoeker zijn dat deze nog iets meer over de feiten weet (bvb. exacte uur van het ongeval, het juiste locatie van het evenement,...). Of bvb. indien uw blog een dagboek is, kan men reageren op het bericht van die dag, zo kan men meeleven met u, u een vraag stellen, enz. Deze functie kan u uitschakelen via "Instellingen" indien u dit niet graag heeft.

    WAT IS DE "WAARDERING"?
    Een bezoeker kan een bepaald bericht een waardering geven. Dit is om aan te geven of men dit bericht goed vindt of niet. Het kan bvb. gaan over een bericht, hoe goed men dat vond. Het kan ook gaan over een ander bericht, bvb. een tip, die men wel of niet bruikbaar vond. Deze functie kan u uitschakelen via "Instellingen" indien u dit niet graag heeft.


    Het SeniorenNet-team wenst u veel succes met uw gloednieuwe blog!

    Met vriendelijke groeten,
    SeniorenNet-team

    02-03-2009 om 15:37 geschreven door

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 02/03-08/03 2009

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!