^a Mattheüs 11:28-30

Als de lasten u drukken en u vermoeid raakt, kom dan bij Mij. Ik zal u rust geven.
Voeg u naar Mij en wees mijn discipel, want Ik ben vriendelijk en nederig van hart. Bij Mij zult u diepe innerlijke rust vinden.
Wat Ik van u vraag is nooit te zwaar en de last die u voor Mij moet dragen, is licht.

 Efeziërs 5:8

Want uw hart, dat eens vol duisternis was, is nu vol van het licht van de Here 

^a Mattheüs 11:28-30

Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven. Neemt Mijn juk op u, en leert van Mij, dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen. Want Mijn juk is zacht, en Mijn last is licht.

 Efeziërs 5:8

Want gij waart eertijds duisternis, maar nu zijt gij licht in den Heere; wandelt als kinderen des lichts.                                                     

^bJohannes 9:41

Als u blind was, antwoordde Jezus, zou u geen schuld hebben. Maar nu u beweert geestelijk inzicht te hebben, blijft u schuldig

Mattheüs 9:12

“Omdat gezonde mensen geen dokter nodig hebben, maar zieke wel!” antwoordde Jezus.

Romeinen 3:10

Het staat zo in de Boeken: "Voor God is niemand rechtvaardig, werkelijk niemand.

1 Johannes 1:9,10 

 Maar als wij onze zonden bekennen, is God zo trouw en rechtvaardig ons die te vergeven. Hij reinigt ons van alle zonde.
Als wij beweren nooit gezondigd te hebben, zeggen wij daarmee dat God een leugenaar is en sluiten wij ons af voor wat Hij zegt.

^b Johannes 9:41

Jezus zeide tot hen: Indien gij blind waart, zo zoudt gij geen zonde hebben; maar nu zegt gij: Wij zien; zo blijft dan uw zonde.

Mattheüs 9:12

Maar Jezus, zulks horende, zeide tot hen: Die gezond zijn hebben den medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn.

Romeinen 3:10

Gelijk geschreven is: Er is niemand rechtvaardig, ook niet een;

1 Johannes 1:9,10

Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid.

Indien wij zeggen, dat wij niet gezondigd hebben, zo maken wij Hem tot een leugenaar, en Zijn woord is niet in ons.

^c Johannes 17:3

Het eeuwige leven is dat zij U kennen als de enig ware God, en Jezus als de Christus Die U naar de aarde hebt gestuurd.

Handelingen 4:12

Er is bij niemand anders redding te vinden; Hij is de Enige, door wie de mensen gered kunnen worden.

 Handelingen 10:43

Alle profeten hebben over Hem gesproken. Zij hebben verklaard dat ieder die in Hem gelooft, door Zijn naam vergeving van zonden krijgt.

^c  Johannes 17:3

En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den enigen waarachtigen God, en Jezus Christus, Dien Gij gezonden hebt.

 Handelingen 4:12

En de zaligheid is in geen Anderen; want er is ook onder den hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welken wij moeten zalig worden.

Handelingen 10:43

Dezen geven getuigenis al de profeten, dat een iegelijk, die in Hem gelooft, vergeving der zonden ontvangen zal door Zijn Naam.

d Efeziërs 5:10

Probeer steeds weer te ontdekken wat het hart van de Here tot vreugde is.

Psalm 50:14

Breng lof en eer aan God: dat is pas een echt offer! Kom uw beloften na, die u aan de Allerhoogste hebt gedaan.

Mattheüs 5:16

Laat daarom ook uw licht voor alle mensen schijnen. Als zij dan de goede dingen zien die u doet, zullen zij uw hemelse Vader eren.

1Petrus 2:12

Laten de ongelovigen niets op uw gedrag kunnen aanmerken. Ook al mogen zij u niet en belasteren zij u, als zij zien hoe voorbeeldig uw leven is, zullen zij God wel moeten eren en prijzen op de dag dat Christus terugkomt.

Romeinen 6:13

Stel geen enkel deel van uw lichaam ter beschikking van de zonde, als iets waarmee slechte dingen worden gedaan. Nee, stel uzelf ter beschikking van God, omdat u met Christus gestorven bent, om nu met Hem te leven. U bent immers dood geweest en weer levend geworden.

2Thimotheüs 2:15

Doe je best; wees een goede werker voor God, die zich niet hoeft te schamen. Geef Gods boodschap onvervalst door.

d Efeziërs 5:10

Beproevende wat den Heere welbehagelijk zij.

Psalm 50:14

Offert Gode dank, en betaalt den Allerhoogste uw geloften.

Mattheüs 5:16

Laat uw licht alzo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken mogen zien, en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.

1Petrus 2:12

En houdt uw wandel eerlijk onder de heidenen; opdat in hetgeen zij kwalijk van u spreken, als van kwaaddoeners, zij uit de goede werken, die zij in u zien, God verheerlijken mogen in den dag der bezoeking.

Romeinen 6:13

En stelt uwe leden niet der zonde tot wapenen der ongerechtigheid; maar stelt uzelven Gode, als uit de doden levende geworden zijnde, en stelt uw leden Gode tot wapenen der gerechtigheid.

2Thimotheüs 2:15

Benaarstig u, om uzelven Gode beproefd voor te stellen, een arbeider, die niet beschaamd wordt, die het Woord der waarheid recht snijdt.