Vervolg deel 2 xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Tussen de ahzaab van toen en nu
Tijdens het graven van deze gracht maakte de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] een aantal voorspellingen aangaande overwinningen die de Moslims zouden bereiken, welke ook allen uit zijn gekomen. Er stond een enorme rots in de weg die de Moslims maar niet kapot kregen. Ze riepen de Profeet erbij om hem hierover te informeren. De Profeet pakte een spade, en terwijl hij deze enorme rots aan het treffen was met deze simpele spade, waarmee het onmogelijk was om zo een rots kapot te krijgen, zei hij: Bismillah, Allahu Akbar de sleutels van Ash-Shaam (Groot-Syrië, de Levant) zijn van mij. Bij de tweede slag zei hij: Allahu Akbar, Perzië is van mij, ik zweer bij Allah ik kan het witte paleis van Madian nu al zien. Bij de derde slag, verkruimelde deze rots in kleine steentje, en zei: Allahu Akbar, ik ben de sleutels van Yemen geschonken, ik zweer bij Allah ik kan de poorten van Sanaa vanaf hier zien. De metgezellen waren overtuigd van deze profetieën, ondersteunt met de Goddelijke wonderen die ze aanschouwden. Maar, het grote verschil tussen hun overtuiging en die van ons is dat dit hen aanzette tot handelen! Deze profetieën motiveerden hen om hunzelf nog harder in te spannen om dit doel te bereiken. Zij wisten dat inspanningen en opofferingen de wegen zijn tot deze overwinningen. En zagen dit niet als excuus om te relaxen en het af te wachten, want ach die beloofde overwinning komt toch wel. Zoals wij dat vandaag doen.
En zo zien we dat de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] met meer wonderen werd bijgestaan in deze moeilijke tijden, om het geloof van de Moslims te versterken en om hun hoop en motivatie hoog te houden. Tijdens het graven van deze gracht, te midden van deze productiviteit, nobele samenwerking, zware inspanning en opofferingen probeerde de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] de Moslims ook op te vrolijken en te troosten met lof- en strijdliederen. Hierin is een prachtig voorbeeld voor ons. Wij daarentegen amuseren ons met zulke liederen, terwijl die samenwerking, productiviteit, inspanning en opoffering die hiermee gepaard hoort te gaan ontbreekt! Laten we ze dus in hun juiste context plaatsen. Een mooie qaseeda die de Profeet toen opdroeg:
والله لولا الله ما اهتدينا ولا صمنا ولا صلينا فأنزلن سكينة علينا
وثبت الأقدام إن لاقينا والمشركون قد بغوا علينا
إذا أرادوا فتنة أبينا
Bij Allah, indien het niet voor Allah was zouden we niet geleidt zijn. Noch zouden wij vasten of bidden. Dus doe rust en vrede over ons neerdalen. En maak ons standvastig wanneer we tegenover onze vijanden staan. Want de ongelovigen zijn in overtreding tegen ons. En als zij ons onheil wensen dan weigeren wij.
De ontmaskering
Deze periode wordt ook gekenmerkt als een periode van verheldering. In dit stadium werden de gelovigen en huichelaars duidelijk van elkaar gescheiden; het was nu duidelijk waar de hypocriet en de gelovige stond, en wat hun posities waren. Terwijl de gelovige op dit moment standvastig bleef, werd de valsheid van de hypocrieten en hun groeiende aantal duidelijk. In Surah Al-Ahzaab zal je de verzen vinden die dit onderscheidt tussen de gelovigen en hypocrieten benadrukt. Dit hoofdstuk in de Quran behandelt dit belangrijke moment. Het groeiende aantal huichelaars bedachten allerlei excuusjes om niet deel te nemen aan de oorlog, zoals ze dit eerder deden bij de slag van Uhud. En ze probeerde andere Moslims ook te demotiveren en te laten twijfelen aan de belofte van Allah en Zijn Boodschapper [SalAllahu alayhi wa selam]. En dit zal altijd hun kenmerk blijven.
En Allah maakte ook aan hen (en ons) duidelijk: Allah zal de gelovigen niet in de toestand laten waarin zij nu verkeren totdat Hij de slechte van de goede scheidt. [Surah Ali-Imraan, aya 179]
Dit soort beproevingen die zich in de Ummah blijven herhalen onderscheiden de oprechte gelovigen dus van de huichelaar. Zo stapelde de beproevingen zich destijds ook op tot het stadium welke gekenmerkt wordt Mar7alat Az-Zilzaal, het stadium van hevig geschokt worden middels zware beproevingen. Het stadium welke de gelovigen en Boodschappers moeten doorstaan. Besef je dit wanneer we naar onze huidige situatie kijken, en de beproevingen waarmee de Ummah nu te kampen heeft, weet dat deze beproevingen noodzakelijk zijn zoals ze destijds ook noodzakelijk waren.
Zoals geopenbaard in de Quran: Denken jullie dat jullie het Paradijs zullen binnengaan, terwijl de toestand van degene die voor jullie zijn geweest nog niet over jullie heen is gekomen? Rampen en tegenspoed troffen hen en zij werden zo hevig geschokt dat de Boodschapper en de gelovigen met hem zeiden: Wanneer komt de hulp van Allah? Weet; voorwaar, de hulp van Allah is nabij. [Surah Al-Baqarah, aya 214]
De sfeer werd grimmig en de Moslims in Medina werden steeds zwaarder beproefd en hadden steeds meer te verduren. Naast de erbarmen strenge omstandigheden werden de vijanden steeds sterker, de moslims werden van voren aangevallen en omsingeld door de Mushrikeen, daarnaast van binnenuit tegengewerkt door de hypocrieten, en ook nog eens van achter aangevallen door de Joden; die het verdrag tussen hen en de Moslims verbraken en de inwoners van Medina hiermee verraden. Vergelijkbaar met hoe de Moslims tegenwoordig vanuit alle hoeken op de wereld worden aangevallen, de fysieke aanval van Europa en Rusland vanuit het noorden, Amerika vanuit het Westen, en de resterende knechten die achter hun aanhuppelen in de VN. Naast het gezwel van hypocrisie dat ons van binnenuit wegvreet, en de ideologische oorlog die tegen ons gelanceerd word in het politieke arena, in de media en zelfs het educatieve systeem. We worden werkelijk van alle kanten aangevallen. De geschiedenis herhaalt zich.
Allah openbaarde over de Ahzaab die zich tegen de Moslims in Medina samen spanden: Toen zij tot jullie kwamen, van boven jullie en van onder jullie en toen de ogen zich (uit angst voor de vijand) afwendden en de harten in de kelen schoten, en jullie (het slechte) over Allah veronderstelden. Toen werden de gelovigen beproefd en hevig geschokt. [Surah Al-Ahzaab, aya 10 & 11]
Over de standvastige gelovigen lezen we: En (gedenk) toen de gelovigen de bondgenoten (ahzaab) zagen, zeiden zij: Dit is wat Allah en Zijn Boodschapper ons hebben beloofd, en Allah en Zijn Boodschapper hebben gelijk. En het doet hun slechts toenemen in geloof en onderwerping. [Surah Al-Ahzaab, aya 22]
Terwijl we echter over de huichelaars lezen: En (gedenk) toen de huichelaars en degene in wier harten een ziekte is zeiden: Allah en Zijn Boodschapper hebben ons slechts een misleidende belofte gedaan. [Surah Al-Ahzaab, aya 12]
De hypocrieten die ook zouden worden aangevallen in Medina bij de slag van Al-Ahzaab, weigerde mee te participeren in de strijd. Het minst wat je van een mens kunt verwachten is dat hij zichzelf en zijn gezinsleden zou verdedigen in zo een situatie, waarbij er geen uitweg lijkt te zijn en je als een kat in het nauw word gedreven. Er was geen enkel Goddelijk gebod waarbij de maskers van de huichelaars zo hard viel als bij de Jihaad. Dit is het kenmerk van de huichelaars waar veel nadruk op word gelegd in de Quran. Bij alle andere geboden konden ze nog enigszins de schijn hoog houden, maar wanneer hun eigen leven op het spel gezet moest worden in een strijd, kwam hun ware aard duidelijk naar boven. Met allerlei smoesjes proberen zij er dan onderuit te wurmen. Toen de Moslims erachter waren gekomen dat de Joden van achteren zouden aanvallen, en dit nieuws de inwoners van Medina bereikten, gebruikten de huichelaars dit als excuus om thuis te blijven, om hun bezittingen te beschermen tegen de Joden die uit het zuiden zouden aanvallen. Terwijl de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] al plannen had gemaakt voor de bescherming van de Moslims en hun bezittingen in het centrum van Medina.
Zo is er geopenbaard: ..En een groep onder hun vroeg de Profeet om vrijstelling, zeggende: Voorwaar, onze huizen staan onbeschermd bloot. Terwijl deze niet onbeschermd waren, zij wensen slechts te vluchten. En als (Medina) langs alle kanten binnengevallen zou worden, en zij (door de vijand) gevraagd zouden worden onrust te veroorzaken, dan zouden zij zeker ingestemd hebben, en zij zouden slechts even hebben geaarzeld. En voorzeker, zij hadden Allah daarvoor een belofte gedaan; dat zij de rug niet zouden toekeren. En het verbond met Allah zal ondervraagd worden. Zeg: Vluchten zal jullie niet baten. Als jullie zouden vluchten voor de dood of het doden (in strijd), dan zouden jullie slechts voor een korte tijd (van jullie leven kunnen) genieten. Zeg: (Bovendien) wie is het die jullie tegen Allah kan beschermen als Hij de vernietiging voor jullie wenst? En zij (de huichelaars) zullen voor henzelf buiten Allah geen beschermer noch helper vinden. Waarlijk, Allah kent degene onder jullie die de mensen belemmeren, en die tot hun broeders zeggen: Kom naar ons toe. En zij nemen geen deel aan de strijd, behalve even. [Surah Al-Ahzaab, 13 t/m 18]
En dit is hun verraderlijke standpunt altijd geweest, dit zal ook zo blijven, en hieraan kunnen zij te allen tijde herkend worden. Zo lezen we bijvoorbeeld weer in de Quran over hun verraderlijke standpunt, in de slag bij Tabuk welke drie jaar na de slag van Al-Ahzaab plaatsvond, het volgende: Voorwaar, degenen die niet in de Allah en de Laatste Dag geloven vragen jou (Muhammad) om vrijstelling (van oorlog) en diens harten twijfelen waardoor zij in hun twijfel heen en weer geslingerd worden. En als zij (met jou ten strijde) wensten te vertrekken, dan zouden zij daartoe zeker voorbereidingen hebben getroffen. Maar Allah was afkerig van hun vertrek, dus hield Hij hen achter. En er werd gezegd: Blijf thuis met de thuisblijvers. Als zij met jullie (ten strijde) zouden trekken, dan zouden zij jullie niets meer dan wanorde hebben toegevoegd. En zij zouden zeker heen en weer tussen jullie in rennen om onrust tussen jullie te zaaien, en onder jullie zijn er die naar hen luisteren. En Allah kent de onrechtplegers. Voorzeker, voorheen (zoals bij Uhud en in Al-Ahzaab) probeerden zij ook al onrust te zaaien en zij smeden complotten tegen u, totdat de Waarheid kwam (de overwinning) en het bevel van Allah zegevierde, terwijl zij er afkeer van hadden. [Surah At-Tawbah, aya 45 t/m 48]
We zien vandaag dat het ene Islamitische land na het andere word bezet en geplunderd, en toch blijven we helaas dezelfde smoesjes van deze huichelaars in onze gemeenschap na horen galmen. Maar er is een ander punt welke nog veel kwalijker is wanneer we naar onze situatie kijken. De hypocrieten destijds konden de schijn van alle andere geboden namelijk nog hoog houden. Dit hield in dat zij dagelijks te vinden waren in de Moskee, en zelfs het Fadjr gebed met de Moslims meebaden. Terwijl een groot deel van de Moslims vandaag helemaal niet bidt! Laat staan op de vastgestelde tijdstippen en in de Moskee. Dus hoe kan het zijn dat de hypocrieten van destijds dit wel verrichte en wij Moslims niet? Dit is een zeer kwalijke zaak waarvoor we ons diep en diep zouden moeten schamen.
Hassan Al-Basri, Rahimahu Allah, maakte de volgende uitspraak over hypocrisie: Niemand behalve de gelovige is er bang voor, terwijl slechts de hypocriet zich er veilig voor voelt. En Hij zei: Er is geen enkele gelovige uit het verleden of heden behalve dat hij bang is voor hypocrisie. En er is geen enkele hypocriet uit het verleden of heden behalve dat hij zich veilig voelt voor hypocrisie. Als wij de kenmerken van hypocrieten dus nagaan dan zouden we het niet moeten houden bij het gevoel van afkeer en haat, maar we zouden ook angst moeten voelen, want wie weet behoor jij wel tot deze groep en heb je het zelf niet door. Het streven naar oprechtheid en zuiverheid van hart is een strijd, waan jezelf dus niet als zijnde een oprechte gelovige, maar wees bang voor het tegenovergestelde. Wanneer Allah spreekt over de kenmerken van hypocrisie dan waarschuwt Hij ons hiermee, zodat wij onze oprechtheid ondervragen en proberen te streven naar oprechtheid en zuiverheid van hart.
De bijdrage van één man
Laten we kijken naar een belangrijke les die de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] ons heeft geleerd. Toen Sad ibn Muadh, Khawwat ibn Jubair en andere metgezellen het verraad herbevestigde van Banu Quraydha, bedroefde dit de Profeet zo erg dat hij zijn hoofd bedekte. Want mede hun forten zouden de vrouwen en kinderen verdedigen voor aanvallen vanuit het zuiden in Medina. En nu bleek dus dat zij zelf de vrouwen en kinderen in een verassingsaanval wilden belegeren. De situatie was nog erger dan de Moslims dachten en de Profeet werd gedwongen zijn plannen aan te passen, hij stuurde legereenheden en ruiters naar het centrum van medina, ter versteviging voor deze zuidelijke dreiging. En dus werd hun getal tegenover de tienduizend die vanuit het noorden zou aanvallen nog kleiner dan deze al was, en groeide het aantal vijanden met dit verraad nu ook nog eens met een aantal honderd man. Maar ondanks dit verzocht de Profeet de verkenningstroepen dit slechte nieuws niet te verspreiden, zodat hier geen wanhoop in de harten van de moslims mee werd gezaaid en veroorzaakt. En dit is een belangrijke les voor ons. We moeten leren elkaar niet te demotiveren met allerlei negatief nieuws, en elkaar juist moed en hoop in spreken. Hoe vaak zien wij dit terug in onze gemeenschap? We bereiken er niets mee als we anderen in wanhoop en zelfbeklag laten wegzinken door hen alsmaar te ontmoedigen. Dit zal niet leiden tot opleving, hervorming en beweging.
Met dat gezegd te hebben is het wel belangrijk om op de hoogte te blijven van actuele gevaren, zoals de politieke en ideologische oorlog die tegen de Ummah worden beraamd en gelanceerd. Als wij kijken naar de veldslag van Al-Ahzaab dan zien we dat inlichtingen van levensbelang zijn. Indien de verkenningstroepen niet met het nieuws waren gekomen dat een bondgenootschap van plan was de Moslims in Medina te aanvallen, dan hadden zij hier geen maatregelen tegen kunnen treffen, en waren zij een makkelijke prooi geweest. En indien de verkenningstroepen niet met het nieuws waren gekomen van de verrassingsaanval die de Joden van Banu Quraydha hadden gepland, dan hadden zij hier ook geen maatregelen op hebben kunnen voorbereiden. En we zien dat de Moslims zich niet lieten ontmoedigen, en bij het nieuws van het bondgenootschap tegen Medina direct met een onderscheppende reactie kwamen. En we zien ook dat er direct een reactie werd voorbereid op het verraad van de Joden in zuiden. Het is belangrijk dat we hier stil bij staan, want deze Ummah word vandaag zowel fysiek als ideologisch belaagd, maar een tegenreactie die deze aanvallen onderscheppen laat op zich wachten. Als wij niet proactief zijn, laten we dan op zijn minst reactief zijn.
Toen dit nieuws over het Joodse verraad alsnog uitlekte, en de kansen tegen de Moslims alsmaar groter leken te worden, kwam de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] met een voorstel. Ghatafaan was een stam dat zich slechts bij deze bondgenootschap had gevoegd vanwege financiële belangen. Zij hadden niets persoonlijks tegen de Moslims. De Joden hadden hen omgekocht, door hen een deel van hun oogst te beloven. Ze werden hiermee ingehuurd. Vergelijkbaar met de corrupte bandieten en schooiers die de vijanden vandaag omkopen met smeergeld, bandieten en schooiers die alles doen voor geld, zelfs het verraden van hun eigen volk. Uit zorg voor zijn Ummah stelde de Profeet dus voor om deze stam ook een deel van hun oogst aan te bieden, in de hoop dat zij hiermee af zullen zien van het bondgenootschap. Dit zou betekenen dat het bondgenootschap vierduizend man kleiner zou worden. Dit zou het bondgenootschap enigszins neutraliseren. En hieruit kunnen we leren dat het niet verplicht is om de samenspannende vijand als één geheel te confronteren, men kan zich ook slechts op een deel ervan concentreren. En dit behoort tot militaire wijsheid en leiderschapsinzicht. Maar toen de Profeet dit voorstel overlegde met de Moslims, vroegen zij hem: Is dit slechts een plan of is het een Goddelijk bevel? De Profeet antwoordde: Het is mijn plan om jullie te beschermen tegen de geallieerde troepen. Toen zij begrepen dat dit slechts een plan was van de Profeet uit zorgzaam, gaven zij aan liever tegen hen te willen strijden dan hun oogst aan hen te geven, welke Ghatafaan niet verdiende. Zie wat de heldhaftigheid van deze Ummah was! Zelfs op dit extreme moment van zwakte, en ondanks al deze zware tegenslagen en beproevingen wilde ze geen concessies en compromissen sluiten. En dit is een hele belangrijke les voor ons. Zij waren in een enorme minderheid en alle kansen leken tegen hen te zijn, maar zij kozen niet voor de makkelijke weg, en hielden voet bij stuk. Vergelijk dit eens met de vele concessies en compromissen die wij tegenwoordig sluiten? En wat hebben deze toegevingen ons opgeleverd? We moeten leren niet alsmaar voor die makkelijke weg te kiezen.
Het was op dit moment dat Allah het hart van Nuaim ibn Masud verzachte, en hij bekeerde zich tot de Islam. Nuaim ibn Masud was één van de stamleiders van Ghatafaan. Hij verliet de sterkere groep, die op dat moment leek te winnen, en sloot zich aan bij de zwakkere groep, die op dat moment in het nauw werd gedreven en leek te verliezen! Toen hij bij de Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] aankwam, stelde hij zichzelf gelijk ten dienste van de Islam. Hij bleef niet stil zitten! Hij bedacht een plan om het bondgenootschap uiteen te breken. Door wantrouwen onder hen te zaaien. Nuaim ibn Masud hield zijn bekering tot de Islam geheim, en gebruikte zijn vroegere goede banden met de Joden en Quraiysh, en het vertrouwen dat hij bij hen genoot. Hij ging naar de Joden van Medina en zei tegen hen, dat hij hen wilde adviseren. De Joden vertrouwden hem en ze waren bereid naar dit advies te luisteren. Hij zei tegen hen dat indien de Arabische stammen zouden falen in hun aanval tegen de Moslims, de Joden als eerst ten prooi zullen vallen in de wraakactie van de Moslims, aangezien zij het meest dichtbij de Moslims wonen. En zij alleen zonder de Arabische stammen niets konden beginnen tegen de Moslims in Medina. De Joden zagen dit ook in en gaven hem gelijk. Als de Arabische stammen zouden falen of afzien, dan stonden de Joden er alleen voor. Nuaim adviseerde hen toen om op zijn minst een aantal gijzelaars als onderpand te vragen van de Arabische stammen, mocht hun aanval falen. En hun onvoorwaardelijke steun tegen Moslims hiermee gegarandeerd werd. En hiermee gegarandeerd werd dat zij tot het bittere einde aan hun zijde mee bleven vechten. Dit vonden de Joden een goed plan.
Toen ging Nuaim ibn Masud naar de Arabische stammen en zei tegen hen dat hij met belangrijk en discreet nieuws kwam. De Arabische stammen van Quraiysh en Ghatafaan die hem in aanzien hadden en vertrouwden leenden hem hun aandacht. Hij zei tegen hen, dat er nieuws tot hem gekomen was over de Joden. Namelijk dat zij van hun bondgenootschap en verraad af wilde zien, en spijt hebben gekregen van het verbreken van het verdrag. En zei tegen hen dat zij hun goede wil zouden laten blijken aan de Moslims door gijzelaars aan hen te overhandigen. En adviseerde de Arabische stammen om hier op hun hoede voor te wezen. Zo plantte hij het zaad van argwaan en wantrouwen onder de vijanden. Hij wist goed dat verdeeldheid één van de grootste verzwakkingen is dat een leger kon treffen. Zoals onze vijanden heel goed weten dat onderlinge verdeeldheid ons alleen zal verzwakken. En wij zien ook dat deze verdeeldheid onder ons wordt verspreid. Als verdeeldheid de oorzaak is van verzwakking, dan is eenheid een bron van kracht. Laten we dus streven naar deze eenheid.
Zoals Allah heeft geopenbaard: En gehoorzaamt Allah en Zijn Boodschapper en twist niet onderling (wees niet verdeeld), waardoor jullie ontmoedigd raken en jullie kracht verdwijnt. En weest geduldig: voorwaar, Allah is met de geduldigen. [Surah Al-Anfaal, aya 46]
Dus toen het eindelijk zover kwam en de Arabische stammen Medina wilde aanvallen kwamen ze voor een onaangename verassing te staan, een ingenieus plan die het hen onmogelijk maakte om Medina binnen te dringen. Dit frustreerde hen enorm, zij konden maar geen weg vinden om Medina binnen te dringen. Ze stonden oog in oog tegenover de Moslims, maar een fysieke strijd was onmogelijk. Het conflict beperkte zich voornamelijk tot een pijlen regen die heen en weer werd afgevuurd. De Arabische stammen leden hevige verliezen, zo raakten veel van hun rijdieren gewond en stierven. Ze hielden koppig kamp bij deze gracht, met het gebrekkige rantsoen en provisie die ze op dat moment hadden. Want zij rekenden op een snelle beslissende aanval, en hadden zich niet voorbereid op een langdurig kamp. Dit was dus een enorm nadeel voor hen. Toen de wanhoop en frustratie zijn piek bereikte en hun rantsoen en provisie opraakte en de verliezen alsmaar groter werden, gingen zij naar de Joden in Medina en zeiden tegen hen dat het cruciaal was dat zij de Moslims de volgende dag in een verassing van achteren aan moesten vallen. In de hoop om in een laatste poging de Moslims nog enige schade aan proberen te richten. Maar de Joden weigerden dit want de volgende dag was zaterdag, de Sabbath voor hen. Een dag waarop werken en strijden verboden is voor hun. De reeds gegroeide argwaan en wantrouwen werd nu nog groter voor de Arabieren.
Ze gaven de Joden een ultimatum, en dreigden hen zelfs. De Joden bleven bij hun standpunt, en op dit wankelende moment, nu ze in het nauw werden gedreven, eisten ze de gijzelaars als onderpand van de Arabieren. Hiermee werden de vermoedens al helemaal bevestigd voor de Arabieren, en dit was tevens ook het definitieve einde van hun bondgenootschap met de Joden. Quraiysh werd gedwongen krachten te bundelen met Ghatafaan, in een laatste poging deze belegering definitief af ronden, maar Ghatafaan dat in was gehuurd door de Joden begon nu ook af te zien van een oorlog. Zij deden het voor geld, en aangezien de Joden die hen de oogst hadden beloofd nu uit het plaatje waren en de aanval niet zo eenvoudig was als ze hadden verwacht, leek het geen zin meer voor hen te hebben om hiermee verder te gaan. Ze waren uitgeput, en de honger en extreme kou eisten een te hoge tol.
Zie wat Nuaim ibn Masud heeft kunnen doen voor de Ummah, in enkele dagen nadat hij Moslim werd. Hij heeft de Ummah weten te beschermen tegen tienduizend man! Hoeveel jaren zijn wij al Moslim, en hoeveel hebben wij weten te betekenen voor de Ummah? Hij heeft een bondgenootschap van tienduizend man uit elkaar weten te scheuren en te verzwakken. Hij had hier geen grote mankracht noch krachtige wapens voor nodig, zonder geweld noch slachtoffers. Nee, hij gebruikt slechts zijn verstand en kunde. Dit bewijst wat voor een grote bijdrage jij alleen als Moslim kunt leveren, hoe klein en zwak je ook mag zijn. Kijk je dus niet uit op materiaal en mankracht. Wij zien hier hoe één enkele man het voor elkaar kreeg om een bondgenootschap van tienduizend man uit elkaar te drijven, maar dit is helaas wat de vijanden nu met ons doen. Wij zijn een gemeenschap van twee miljard, maar eenheid is nergens te bespeuren. Onze vijanden hebben ons succesvol weten te verdelen, en wij lijken niet naar eenheid toe te werken.
En er is nog een situatie waarvan we wat kunnen leren. Tijdens de slag van Al-Ahzaab verschuilden enkele vrouwen en kinderen zich in het fort van Hassan ibn Thabbit. De Joden wilden dit fort binnen dringen en de vrouwen verkrachten en de kinderen als slaven nemen. Dus omringde de Joden het fort. Maar vanwege hun lafheid durfden ze niet gelijk naar binnen te dringen, want ze waren bang dat er binnen wellicht Mujahideen op hen stonden te wachten. Ze wilde eerst iemand naar binnen laten gaan om de boel te verkennen. En als de kust veilig was, zouden zij naar binnen dringen. Dus een Jood drong het fort binnen, terwijl de Moslims op dit moment nog bij de gracht waren. Hij ging stiekem naar binnen en verkende al sluipend de boel om zich heen. Safiyah bint Abdul Mutalib, de tante van de Profeet en de zus van Hamza, stond toevallig op het balkon en zag hem terwijl hij op de binnenplaats aan het rondsluipen was, en dat de rest van de laffe Joden buiten het fort op hem aan het wachten waren. Ze begreep dat als zij dit uitschreeuwde er paniek ontstond onder de vrouwen en kinderen. Maar als zij stil bleef en deze Jood erachter kwam dat de kust veilig was, dan zouden de Joden de vrouwen en kinderen in een aanval verrassen en ze kwaad aandoen. Ze kwam met een idee. Ze pakte een balk en verraste deze Jood met een vernietigende klap langs de oren. Toen hij bewusteloos op de grond viel, pakte ze een mes en sneed zijn hoofd eraf. Ze pakte het hoofd en gooide het over het fort heen, als waarschuwing voor de Joden buiten die nu elk moment binnen zouden kunnen dringen. En toen zij dit hoofd naar hun toe zagen vliegen dachten zij dat een leger van Mujahideen binnen op hen aan het wachten was, dus namen gauw de staart tussen de benen! Want dit kon alleen het werk zijn van een Mujahid dachten ze. Ze heeft in haar eentje een heel leger laten vluchten met haar heldhaftige daad.
Kijk naar de wijsheid en onbevreesde moed van deze vrouw. Terwijl de zusters tegenwoordig niet eens de moed hebben om henzelf te bedekken. Sterker nog, zij was zelfs moediger en heldhaftiger dan de meeste mannen tegenwoordig zijn. Namen slechts onze mannen maar een voorbeeld aan haar, laat staan onze vrouwen. En dit was niet zomaar een vrouw. Zij was op dit moment een oude vrouw van drieënzestig jaar! De leeftijd van onze omas. Dus niet slechts een vrouw is heldhaftiger dan de meeste mannen tegenwoordig, een bejaarde vrouw nog wel die onze oma had kunnen zijn! Maar het zijn niet de spieren en botten die kracht geven aan een persoon, het is de kracht van Imaan. Wanneer iemand op Allah vertrouwt en op Hem rekent, dan schenkt Hij hem kracht die zelfs een jeugdige sterke man niet heeft. Dus nogmaals, laten we niet uitkijken op materiaal en mankracht.
De Profeet [SalAllahu alayhi wa selam] smeekte Allah het volgende: Oh Allah de Openbaarder van Het Boek, degene die snel is in het verrekenen, vernietig de bondgenoten. Oh Allah vernietig hen en schud hen uitelkaar (Allahuma munzil al-kitaab, saree al-hisaab, ahzim al-ahzaab. Allahuma ahzimhum wa zalzilhum).
En aangezien we ons in een soortgelijke situatie bevinden vandaag de dag, en omringd en aangevallen worden door een bondgenootschap dat zich tegen ons heeft gekeerd. Is het passend om deze dua te maken. En dit is het minste wat we kunnen doen voor deze gemeenschap. In de hoop dat Allah deze beantwoord, zoals Hij deze toen der tijd heeft beantwoord. De nacht van vrijdag op zaterdag toen Quraiysh de volgende dag in een laatste wanhoopspoging van plan was aan te vallen, stuurde Allah een koude verwoestende wind dat hun kamp geheel verwoestte. Hun tenten vlogen in de lucht en al hun provisie waaide in een vlaag weg. Hierop zat er niets anders in dan vernederd terug te trekken.
Allah openbaarde hierover: Oh jullie die geloven, gedenk de genade van Allah aan jullie, toen een leger tot jullie was gekomen. Wij zonden toen een (verwoestende) wind tegen hen en een leger (van Engelen) dat jullie niet zagen. En Allah is Alziende over wat jullie doen. [Surah Al-Ahzaab, aya 9]
Het evenwicht van macht en kracht verandert, en de overwinning van een volk kan onverwachts komen. Alle kansen wezen erop dat de Moslims zouden verliezen. Maar Allah wilde hiermee duidelijk maken dat Hij met de gelovigen is. We moeten wel inzien dat Allah al deze naties tegenwoordig tegen de Moslims laat keren, zodat wij er uiteindelijk als winnaars uitkomen, nadat de verhoudingen en zwakke toestand het tegendeel bewezen. Zoals dit het geval was bij de slag van Al-Ahzaab. Nadat de vijanden zo sterk en groot in getal zijn, en de gelovigen er ontzettend zwak uitziet, en het onmogelijk lijkt dat zij ooit van hen zouden kunnen winnen, komen de gelovigen er uiteindelijk toch als winnaars uit. En word het voor iedereen duidelijk dat zij onder de hoede van Allah leven. Want niets of niemand zou het hebben kunnen toestaan voor hun om uit zo een situatie te komen, behalve de Hulp van Allah.
|