Ik ben De Saeger Jos, en gebruik soms ook wel de schuilnaam babou.
Ik ben een man en woon in 1750 lennik (belgie) en mijn beroep is gep..
Ik ben geboren op 11/04/1948 en ben nu dus 76 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: reizen-wandelen-groentetuin.
Senegal is mijn 2de thuis
Anna onze huishoudster
onze vriend Omar
onze vriend Babou
jos28
dagelijks leven
23-05-2010
senegal
Senegal : dagelijks leven, de familie's, de markt, vismarkt enz.
Anna onze huishoudster . Op bezoek bij een marabout, geestelijke leider, van de Mouriden moslimgemeenschap in Tivouane. Eerste foto met de marabout, mijn vriend Omar. Peulnomaden en vissers.
Vandaag verlaten we, met mijn vriend Babou, Dakar. We bezoeken L'Ile de Goreé, of slaveneiland, van hier vertrokken vele zwarte slaven naar het westen.Terug in Dakar zien we het station van Dakar en de ziekenwagen geschonken door onze hulpdiensten.
Bezoek aan het geboorte dorp van Omar. Keur Ousmane is gelegen op de grens met Gambia. In de dorpen is er geen stroom , noch watervoorziening. De enigste bron van inkomsten is de teelt van aardnoten (arachidenoten), gierst en maïs.
Naar jaarlijkse gewoonte brengen we een grote hoeveelheid hulpgoederen, kinderkleding, t-shirts enz...mee. Wij verdelen deze in verschillende dorpen. Foto van mijn gehandicapte vriend Ibrahim. Dan nog een bezoek aan een plaatselijke markt.
Veel mensen verlaten hun dorpen in de hoop in de steden,zoals Dakar, Mbour, enz.. een beter leven te vinden. Wij verblijven in Mbour, met zijn vissershaven en toerisme dichtbij. In de buitenwijken zijn meer dan de helft van de mensen niet ingeschreven. Volgend beelden geeft een beeld van de massa kinderen die er rondhangen. Er is schoolplicht maar wordt weinig nageleefd.
Bezoek aan een koranschooltje. Van zeer jong leert men er de koranteksten.Nadien de inhoud en de betekenis van elke soera.Het is zowel godsdienst als levensbeschouwingen dat men aanleert. In het dorp de verkoop van het aanbod voedsel en water.
Bezoek aan het natuurreservaat van de Somone. De delta toont ons een enorm aantal vogels, wilde en geteelde oesters, mangrove en vele pelikanen.Plaatselijke strandvissers.
Tocht naar het oosten van het land.Van Mbour trekken we 400 km over pistes, slechte en nieuwe wegen , via Kaolack, Tambabacouta, naar het oosten. We verblijven aan de oevers van de Gambiarivier.We bezoeken er het nationaal natuurpark Niokolo Koba, het grootste beschermd natuurgebied van West-Afrika.
We trekken verder naar het oosten tot Kedougou, het laatste stadje voor Guinea Conakry. De bevolking bestaat uit Peul-nomaden, en de enkel hier voorkomende Bassari, met gezichts-tatoeages.Er is ook een enkel dorp Bedik. We gaan op bezoek naar Iwol, waar de Bedik samenwonen boven op een heuvel. Geen enkele baan leidt naar boven, alles gebeurd langs een rotsachtig pad ( oa veetransport, oogst, bevoorrading, alles voor het dagelijks leven ). Op de heuvel vindt men enkel het dorp, een basis schooltje, "poste de sante" en een kerkje, want de Bedik zijn katoliek. Het dorpshoofd heeft vroeg het dorp verlaten om te studeren, hij is verpleger, leraar en leidt de kerkdienst. Door zijn inzet en de hulp van toeristen en organisaties kunnen de jongeren nu verder studeren in de stad. We hebben deze tocht gemaakt bij meer dan 40 graden, ons drinkwater kookte bijna bij de terugtocht. Volgende dag trekken we de grens met Guinea over om de watervallen van Diféllo te zoeken, een tocht in een subtropisch, maar koelere omgeving. In het regenseizoen zijn deze watervallen enorm.