Een gekend figuur in onze stad in het verleden was zeker Georges Moens. Een eenvoudig mens met een hart van goud! Gedurende ettelijke jaren zag men Georges in het stadsbeeld met zijn paard en kar. Hij stamde af van één der oudste Dendermondse vrachtvoerdersfamilies. Georges hield van zijn paarden, zij waren zijn grootste bekommernis. Eender onder welke omstandigheden hij thuis arriveerde, het eerste wat diende te gebeuren was de paarden "hun bestel" geven. Georges was als het ware met een paardencomplex geboren. Dag en nacht werkte hij voor heel wat firma's uit de streek. Toen men hem ooit vroeg waarom hij zich geen kamion aanschafte kwam er prompt een steevaste 'neen' als antwoord, omdat hij niet buiten de paarden kon.

Goerges was om geen frats verlegen en de verhalen die hij vertelde waren steeds met humor doorspekt. Hij had een massa vrienden, 'makkers' zoals hij ze noemde. Velen zullen zich samen met mij nog zijn typisch gebaar herinneren... Georges knelde de neus tussen wijs- en middenvinger van de rechterhand en vroeg toen: "Ejje mè ni-j-ewwâ vier?". Ook typisch voor hem was dat hij iedere man 'meester' noemde. Of hij de mannen die hem goeiedag zegden kende of niet, op het 'Dag Georges' volgde steeds een 'Dag miëster'... In het straatbeeld zag je hem op zijn kar zitten in amazonehouding, steeds links en rechts alles gadeslaand. In zowat alle Dendermondse stoeten, groot en klein zag je Georges Moens een wagen, getrokken door zijn paard(en), begeleiden. Jarenlang was hij ook voerder en begeleider van de 'corbeillard' (lijkkoets). Georges liet zich dan soms ontvallen dat 'hij weer iemand naar Appels moest voeren'...
Je zag hem meestal met een 'klak', maar als het nodig was droeg hij zijn hoed. Soms was hij verplicht met of tegen de zin een 'historisch' hoofddeksel te dragen voor bepaalde "kwesties" in één of andere stoet, en dat moest dan ook maar!

Er zijn heel wat anecdoten omtrent deze persoon, waarvan wij er één u niet willen onthouden: op zeker ogenblik vertoefde Georges aan het Stationsplein in café Regent, toendertijd gehouden door de gezusters De Cock. Het paard 'Juul' stond buiten in het gespan geduldig op zijn baasje te wachten. 'Juul' had om de één of andere reden "iets voor"... Het paard vertoonde een erectie... Toen Georges dit vanaan de toog opmerkte richtte hij zich tot enkele klanten die juist het café binnenkwamen en zei: "Mènsje, den dië die dâ d'r ouitgetrokken éit, kan mor zien datten dâ d'r vedrom instèkt uëk!"...
Georges Moens overleed in 1969. Dat hij geliefd was in zijn stad kon men duidelijk merken op zijn uitvaart. Een massa 'vrienden' en 'makkers' betuigden hun rouw bij het heengaan van deze volksfiguur.
 Georges Moens (centraal beneden op de foto) als begeleider van de Stedelijke Prinsenwagen in de carnavalstoet van 1955.
|