Alweer een Zomer haast voorbij De tijd die vliegt zo lijkt het wel Aan het water zwemmen eendjes in een rij de libellen doen hun best met sport en spel ze vliegen van bloem naar bloem tussen het riet daar zit op een tak zelfs een kierekiet Het is stil aan de schelde op wat kabbelen na van de golven de muggen vliegen heen en weer Ik zit wat op een sprietje te sabbelen Dan plots zie ik een grote boot een dekknecht roept mij, kan niet horen wat hij zegt, de afstand is te groot hij zwaait met beide armen besluit maar terug te zwaaien kijk nog eensgoed en zie dan wat het is er suist een zeilboot op hem af dat word een botsing vast en gewis maar dan keert hij plots net op tijden en betuigd de dekknecht zijn spijt voor alle consternatie en schrik Alles loopt gelukkig goed af kan ik weer doorgaan met mijn gemijmer Groetjes Jane