Inhoud blog
  • Luz de Maria 10/7
  • Boodschappen aan Gisella Cardia tot 6/7
  • Boodschap van OLVrouw aan Br Elias van het H. Hart van Jezus
  • 5/7 Boodschap van de H. Jozef aan Zr Lucia van Jezus
  • 3-5/7 Boodschappen van Jezus aan Br Elias - 2
  • 3-5/7 Boodschappen van Jezus aan Br Elias
  • Het maakt niet uit voor wie je kiest
  • Omvolking
  • Weersmanipulatie
  • 8/7 God vertelde mij dat dit spoedig komt
  • 8/7 Wat ik zag zal de wereld ten gronde richten
  • Omvolking
  • Het Chinese banksysteem stort voor onze ogen in elkaar
  • Nog steeds kunnen we zelf onze toekomst bepalen, maar niet lang meer
  • Boodschap aan Louisa Piccarreta 18/11/1904
  • 24/6 Boodschap aan Lorena
  • 27/4 Boodschap aan Eduardo Ferreira
  • Boodschap van de H. Michael op 18/6 te Sievernich
  • Boodschap aan Ned Dougherty 4/7/2024
  • Boodschappen aan Valentina
  • Het H. Hoofd van Jezus
  • Vigano maakt korte metten met de paus
  • Luz de Maria 4/7
  • Voortzetting van interview met Kol Douglas McGregor
  • Boodschappen aan Anna Shelley
  • Waanzinnigen dingen die mensen moeten doen om CO2 uitstoot terug te dringen
  • Wanhopige maatregelen om ons voor altijd onwetend te houden
  • Verwarde mensen
  • Boodschappen aan John Leary - 18
  • 1/7 Dit kan niet ongedaan worden gemaakt: 666
  • Let op Frankrijk
  • Schade door mobiele telefoons - Niburu
  • 26/6 Er is niet veel tijd meer voordat er een escalatie plaatsvindt - Melanie
  • 21/6 Vluchtige indrukken van nucleaire straling - Melanie
  • 13/6 Leven op de Nieuwe Aarde - Toegang en eenheid - Melanie
  • 22/6 Boodschap aan Priesters van OLVrouw van Guadalupe - Lorena
  • Boodschappen aan Pedro Regis
  • Boodschappen van H. Jozef aan Zr Lucia 21/6 en 19/6
  • 14/6 De Heilige Oproep - Boodschap aan Br Elias
  • Luz de Maria 28/6
  • 1/7 Is dit de reden van een mogelijke hernieuwde Amerikaanse dienstplicht?
  • Toevluchtsoorden van God - John Martinez - 2
  • Eerherstel aan OLVrouw gevraagd
  • Toevluchtsoorden van God - John Martinez
  • Boodschappen aan Valentina Papagna
  • 6/6 Boodschap aan Mexico gegeven aan Lorena
  • Boodschappen aan Pedro Regis
  • Dit komt in juli
  • De volgende geplande stap naar de afbraak van de Katholieke Kerk
  • 25/6 Amerika moet zich voorbereiden
  • Rusland en China staan op het punt landen te vernietigen!
  • 27/6 Pr Michel Rodrigue's laatste nieuwe boodschap
  • De creatieve verwoesting - 2
  • Vigano wordt terechtgesteld wegens schisma
  • Om je grond te beschermen
  • DRINGENDE BOODSCHAPPEN VAN ANNA MARIE (Groene scapulier apostolaat)
  • Zonde van abortus
  • Noord-Korea gaat troepen sturen naar Oekraine
  • 11/6 Boodschap aan Marcos Tadeu Teixeira
  • 18/6 Een grote vuurstorm zal de aarde treffen
  • 24/6 Bereid je voor op de komende strijd - John Martinez - 2
  • 12/6 Elke Christen straalt een licht uit dat het Christelijke licht in anderen kan ontsteken - Melanie
  • 9/6 ItaliĆ«, Frankrijk en Duitsland zullen bloeden als ze zich niet bekeren - Melanie
  • 8/6 Het menselijk bewustzijn veranderde met de positie van de planeten - boodschap aan Melanie
  • 24/6 Bereid je voor op de komende strijd - John Martinez
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta 9/9/1904
  • De creatieve verwoesting
  • De derde Wereldoorlog - Luz de Maria
  • De baas van de Nieuwe Wereldorde
  • 25/6 Boodschap aan Marija te Medjugorje
    Zoeken in blog

    GOD IS LIEFDE!
    Archief
  • Alle berichten
    Mijn favorieten
  • Mijn Bibliotheek
  • Oude Blogsite
  • Levend_geloof

    29-03-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De H. Kruisweg volgens A. K. Emmerick

    DE H. KRUISWEG ( volgens Anna Katarina Emmerick) 

    1e statie: Jezus wordt ter dood veroordeeld 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    Nu voerden zij Jezus met de doornenkroon op het hoofd, naar het paleis van Pilatus. Het bloed dat Zijn ogen vulde en tot in Zijn mond en baard vloeide, maakte Hem onherkenbaar. Hij ging gebogen en wankelde. Toen Jezus beneden aan de trap stond vóór Pilatus, voelde hij zelfs medelijden en walging. Hij riep: Als de duivel van de Joden zo wreed is, kan men onmogelijk in de hel bij hem wonen. De beulen leidden de Heer naar de voorkant van het terras, naast Pilatus, zodat iedereen op het forum Hem kon zien. Het was een vreselijk, hartverscheurend tafereel. De Zoon van God werd getoond in alle afzichtelijkheid.

    Zijn ogen vol bloed op de massa gericht, van onder de doornenkroon. Intussen zond Claudia Procla, zijn vrouw, nogmaals een bode naar het paleis omdat ze ongerust was geworden door het aarzelen van haar man, Pilatus. Hij was besluiteloos. Zijn oordeel was onstandvastig. Hij weigerde de waarheid te erkennen van Jezus, die vóór hem stond. Het geschreeuw: Aan het kruis met Hem! Weg met Hem! klonk van alle kanten. De volksmenigte vóór het paleis stond op het punt los te barsten van geweld. Toen liet de landvoogd water brengen, en een dienaar goot het over zijn handen in een schaal zodat iedereen het zag. Hij riep uit: Ik ben onschuldig aan het bloed van deze rechtvaardige.

    Nauwelijks had hij dit gezegd, of de hele massa, bestaande uit mensen van alle steden en dorpen van het land, schreeuwden: Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen! De uitwerking van deze zelfvervloeking was ontzettend en trof zelfs kinderen in de moederschoot. Na Zijn foltering, werd de Heer overladen met spot van trotsen en lafhartigen, en overrompeld door haat, woede en bloeddorstigheid van Zijn vijanden, terwijl velen van Zijn volgelingen Hem ondankbaar waren en Hem ontkenden. Hij onderging Zijn lijden in voortdurend gebed, met een nooit aflatende liefde voor Zijn vijanden, en steeds smekend om hun bekering. Wanneer zij verder op de dag het paaslam zullen slachten, begrijpen zij niet dat zij het Lam, dat de zonden der wereld wegneemt, ter dood brengen.

    Bazuingeschal weerklonk en in de stilte die volgde, sprak Pilatus het doodvonnis uit. Wij hadden Jezus’ vonnis verdient en hadden in de plaats van onze Verlosser moeten staan. Bij de laatste woorden van Pilatus, zonk Maria, Jezus‘ Moeder, bewusteloos neer, alsof Zij ging sterven. Er viel aan de smadelijke dood van haar allerliefste Zoon niet meer te twijfelen. Terwijl Pilatus het onrechtvaardig vonnis uitsprak, zond Claudia, zijn vrouw, het pand, dat hij haar had gegeven, terug en verbrak de verbintenis met hem.

    ‘s Avonds vluchtte zij in het geheim uit het paleis. Het opschrift voor het Kruis werd door Pilatus geschreven: “Jezus van Nazareth, koning der Joden”. Hier namen de Hogepriesters afscheid van het ware Paaslam. Ze spoedden zich naar de tempel om het zinnebeeldige lam te slachten en lieten het echte Lam Gods door beulen naar het altaar van het Kruis voeren. Onze Vader... Weesgegroet… Glorie zij...

    Ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig. 

    2e statie: De Heer Jezus neemt het Kruis op Zijn schouders 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    Gewapende Farizeeën, onder wie de zes grimmigste vijanden van Jezus, kwamen naar het forum, om de stoet te vergezellen. De beulen leidden Jezus tot in het midden van de markt. Slaven wierpen het Kruishout met veel gedruis vóór Zijn voeten neer. De twee dunne Kruisarmen waren voorlopig aan de brede zware stam vastgebonden. Toen het Kruis daar vóór Jezus lag, viel Hij op Zijn knieën, sloeg Zijn armen om het martelhout heen en kuste het driemaal, terwijl Hij stil, een ontroerend gebed sprak. Hij dankte Zijn Hemelse Vader voor de aanvang van de Verlossing van de mensen.

    Net zoals een priester het altaar kust vóór de H. Mis, zo omhelsde de Heer Zijn Kruis, het eeuwig altaar van het verzoenende, bloedige offer. Geknield tilde Hij de zware balk op Zijn rechterschouder, en omarmde de balk met Zijn rechterhand. De Heer werd onzichtbaar geholpen door engelen. Zonder deze Hemelse hulp kon Hij het Kruis niet op Zijn schouder nemen, en ook nu boog Hij nog onder de last. Bazuingeschal van Pilatus’ ruiterij weerklonk en ze spraken: Het is uit en gedaan met alle mooie woorden, zorg dat wij van Hem af geraken; voorwaarts, voorwaarts! De hele last van hetKruis, die wij, naar Zijn eeuwige woorden met Hem ter navolging moeten dragen, rustte op Zijn schouder. De voor de wereld zo schandelijke, maar in de Hemel zo zalig geroemde triomftocht van de Koning der Koningen nam een aanvang.

    Onderaan de Kruisstam had men twee touwen geknoopt en twee beulsknechten hielden daarmee het Kruis zwevend. Ver genoeg van Jezus af stonden vier kornuiten, die de touwen strak hielden, welke waren vastgemaakt aan Zijn middel. De Heer herinnerde aan Isaak, toen deze het hout voor zijn eigen offer naar de bergtop droeg. Vóór de Kruisstoet ging een bazuinblazer, die aan iedere straathoek de terechtstelling moest bekend maken. Achter hem volgden jonge beulsknechten en gespuis, met werktuigen voor de Kruisiging. Verder waren enkele Farizeeën te paard en dan de knaap, die het opschrift van Pilatus droeg, en aan een stok de doornenkroon, die men Jezus had afgenomen.

    Nu kwam Onze Heer en Verlosser onder de zware last van het Kruishout. Hij was naar de grond gebogen en wankelde. Sinds het laatste avondmaal had Hij niet geslapen en niet gegeten of gedronken. Hij had aanhoudend de ergste mishandelingen moeten verduren. Door bloedverlies, wondkoorts, dorst, onuitsprekelijke zielesmart en angsten uitgeput, strompelde Hij voort op zijn blote, gekwetste voeten. De vier kornuiten trokken Hem met koorden vooruit, om Hem tot spoed aan te manen, zodat de Heer geen enkele stap kon zetten. Rondom Hem klonk spot en boosheid.

    Hijzelf was van martelingen verzadigd, maar tegelijk van onverwoestbare liefde vervuld. Zijn mond bad, Zijn smartelijke blik smeekte en vergaf. Kinderen, die daartoe werden aangespoord, verzamelden stenen en wierpen die vóór de voeten van Jezus, onder geschimp en spot. Jezus die kinderen zozeer had bemind, hen had gezegend en zalig geprezen. Onze Vader... Weesgegroet… Glorie zij... Ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig. 

    3e statie: De Heer Jezus valt voor de eerste keer onder het Kruis 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    De straat waar Jezus liep, was nauwelijks een paar stappen breed. Ze liep tussen achtergevels en er lag veel vuilnis. De Heer kreeg het hier zwaar te verduren, want beulsknechten gingen dichter naast hem. Uit vensters en deuren riep allerlei volk Hem achterna en wierpen keukenafval en stinkende aal op Hem. Waar de weg breder werd en begon te stijgen, lag een diepe plaats, die dikwijls vol water en modder stond. Hier lag een grote steen om deze plaats te overschrijden. Waar Jezus met Zijn zware last bij deze plaats kwam, kon Hij niet meer verder. Beulsknechten trokken en duwden Hem zonder medelijden voort, en Jezus viel tegen de steen met zijn volle lengte op de grond. Het Kruis plofte naast Hem op de grond.

    De kornuiten vloekten, rukten aan de touwen en schopten naar Jezus. Er ontstond oponthoud in de stoet en drukte rond Onze Heer. Tevergeefs stak Hij Zijn hand uit, opdat men Hem zou helpen. Ach, het zal spoedig gedaan zijn, sprak Hij en bad. De Farizeeën schreeuwden: Op! Trek Hem van de grond en vooruit met Hem, anders sterft Hij nog te vroeg! Hier en daar, aan de zijkant van de weg, stonden vrouwen te wenen, en de kinderen die ze bij zich hadden, weenden van angst. Dankzij bovennatuurlijke hulp, hief Jezus Zijn hoofd weer omhoog en de jonge beulsknechten namen de doornenkroon en drukten die op wrede wijze op Zijn slapen. Toen zij de Heer onder allerlei mishandelingen hadden doen opstaan, werd het Kruis weer op Zijn schouder gelegd.

    Om de zware last te kunnen dragen, zonder door de brede kroon te worden gehinderd, moest Hij zijn gemarteld hoofd helemaal naar één kant houden. Wat Hem schrikkelijk pijn deed. Zo ging Hij wankelend de brede weg naar boven op en de pijn die Hij leed, was dubbel zo groot als voordien. Onze Vader... Weesgegroet… Glorie zij... Ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig. 

    4e statie: Jezus ontmoet zijn lieve Moeder 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    Nadat het onrechtvaardig vonnis over haar Kind was uitgesproken, verliet Jezus’ Moeder, van smart gebroken, het forum. Met Johannes en enkele vrouwen, bezocht Zij de plaatsen van de heilige lijdensweg, die reeds door Jezus waren afgelegd, om deze op aandoenlijke wijze te vereren. Toen de stoet vertrokken was, verlangde Maria vurig haar Goddelijke Zoon weer te zien en vroeg Johannes, Haar op een plaats te brengen, waar Jezus zou voorbijtrekken. Jezus‘ Moeder was bleek en haar ogen waren rood van tranen. Ze sidderde en beefde en was in een blauwgrijze mantel gehuld. Het lawaai kwam dichterbij.

    Men vernam het bazuingeschal en de roep aan de straathoeken, dat er iemand ter kruisiging werd weggevoerd. Maria vroeg Johannes klagend: Moet ik het zien, zal ik het kunnen verdragen? Hoe sneed het bazuingeschal door haar Hart! Jonge beulsknechten gingen vooraan met het gereedschap voor de Kruisiging en één van hen hield de nagels spottend onder de ogen van de H. Maagd. Zij echter keek alleen naar Jezus. Eerst kwamen de Farizeeën te paard, dan de knaap met het opschrift en dan haar Zoon, de Verlosser. De beulen trokken Jezus aan de touwen vooruit.

    Zijn Gezicht was met bloed bedekt, geschonden door slagen en Zijn baard stond stijf van geronnen bloed. Met zijn rood doorlopen, diepliggende ogen staarde Hij vanonder de doornenkroon, vol ernst naar zijn jammerende Moeder. Hij struikelde en viel op Zijn handen en knieën op de grond. Zijn Moede zag, in de hevigheid van haar smart, geen soldaten en geen beulsknechten. Zij zag enkel haar ellendig mishandeld Kind. In twee stappen was Zij bij Jezus, knielde naast Hem neer en omarmde Hem: Mijn Zoon! Mijn Moeder! Er ontstond gedrang, de beulsknechten scholden. Eén van hen sprak: Vrouw, wat zoekt U hier? Had U Hem beter opgevoed, dan was Hij niet in onze handen terechtgekomen!

    Verschillende soldaten waren enigszins ontroerd, maar toch dreven zij de Heilige Maagd achteruit. Geen van de beulsknechten raakte Haar aan. Johannes en de vrouwen leidden Maria naar de kant van de weg en tegen de hoeksteen van een poort zonk Zij als dood van smarten op de knieën. De handen en voeten van Jezus’ Moeder prentten zich in die steen af. Onder het volk, dat meestal spottend en jouwend de stoet vergezelde, waren ook enkele gesluierde, wenende vrouwen. Onze Vader... Weesgegroet… Glorie zij... Ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig. 

    5e statie: Simon van Cyrene helpt Jezus het Kruis dragen 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    De stoet volgde de brede straat en trok door de gewelfde binnenpoort van een binnenmuur van Jeruzalem. Aan de ene kant van die poort was een plein waarop drie straten uitkwamen. Jezus moest hier terug over een grote steen stappen, wankelde, zonk ineen en het Kruis viel naast Hem neer. Hij viel tegen de steen op de grond en kon zich niet meer oprichten. Er kwamen groepjes welgeklede mensen langs, die zich naar de tempel begaven en zij riepen vol medelijden: O wee, de arme mens sterft! Er ontstond opnieuw gedrang, zij konden Jezus niet van de grond heffen en de Farizeeën, die met de stoet meereden, zeiden tot de soldaten: Wij krijgen Hem niet levend ginder; jullie moeten iemand zoeken, die Hem helpt zijn kruis te dragen.

    Toen kwam daar juist, uit de middelste van de drie straten, Simon van Cyrene aangestapt, een heidens man, vergezeld van zijn drie zoontjes. Hij droeg een bundel rijshout onder de arm. Hij was tuinier en kwam van zijn werk in de tuinen, die bij de oostelijke stadsmuur liggen. Ieder jaar, op de feestdagent, kwam hij met vrouw en kinderen naar Jeruzalem om er, zoals vele andere mannen van zijn vak, de hagen te snoeien. Simon was een kloeke veertiger; hij ging blootshoofds, droeg een kort spannend bovenkleed en zijn lenden waren met lappen omwonden. Zijn sandalen waren voorzien van riemen, die om zijn benen waren vastgemaakt.

    Zijn sandalen hadden spitse punten. Zijn zoontjes droegen bontgestreepte rokken. Zij heetten Rufus en Alexander en werden later onder de leerlingen opgenomen. De derde was een kleine dreumes. Hij kwam later als knaap bij Stefanus. Het gedrang verhinderde Simon uit te wijken en de soldaten, die hem aan zijn kleding herkenden als een heiden en een handwerker, pakten hem beet. Hij moest de Galileeër zijn Kruis helpen dragen. Simon weerde zich en stribbelde hevig tegen, maar zij dwongen hen met geweld. Zijn zoontjes weenden en riepen; enige vrouwen, die de man kenden, namen de kinderen onder hun hoede. Simon voelde grote walging en tegenzin. De arme Jezus zag er zo vreselijk ellendig uit en gehavend.

    Zijn kleren waren vol modder en vuil van de straat, maar Hij weende en keek Simon zo smekend aan. Hij moest eerst Onze Heer helpen opstaan. Toen bonden de beulsknechten een dwarsbalk meer naar achter van de kruisstam en schoven het touw met een strop over de schouder van de Cyreneër. Simon stond dicht achter Jezus, die nu een minder zware last te dragen kreeg. Nadat zij Onze Heer de doornenkroon anders op het hoofd hadden gezet, vervolgde de stoet eindelijk zijn weg. Toen Simon een korte tijd de Heer zijn Kruis had helpen dragen, was hij diep ontroerd. Onze Vader... Weesgegroet… Glorie zij... Ontferm U over ons; Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig. 

    6e statie: Veronica droogt het Gezicht van Jezus af 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    Ongeveer tweehonderd stappen ver had Simon de Heer zijn Kruis helpen dragen, toen uit een mooi woonhuis, een grote, mooie vrouw met een meisje aan de hand, op de stoet kwam toesnellen. De vrouw, die het huis verliet, was Serafia, de echtgenote van Sirach, een lid van de tempelraad. Door de daad, die zij volbracht kreeg zij de naam Veronica. (Vera Icon = ware afbeelding.) Serafia had een kostbare kruidenwijn bereid en haar vroom verlangen was, de Heer daarmee op Zijn bittere lijdensweg te verkwikken. Met het hoofd gesluierd, kwam ze de straat opgelopen; een doek hing over haar schouder en het meisje aan haar zijde, dat zowat negen jaar oud was, droeg de kruik met wijn, verborgen onder een doek.

    Tevergeefs poogden zij, die vóór de stoet liepen, haar terug te drijven. Zij was van liefde en medelijden buiten zichzelf. Met het kind, dat zich aan haar kleed vasthield, drong zij door het volk, de rij soldaten en de groep beulsknechten heen, en knielde bij Jezus. Ze tilde het doek, dat aan één kant was opengevouwen, naar Hem op, terwijl zij smeekte: Laat mij toe, Heer, dat ik Uw gezicht afveeg! Jezus nam het doek met de linkerhand en drukte het tegen Zijn bebloed gezich. Dan schoof Hij het doek naar de rechterhand die van onder de dwarsbalk van het Kruis uitstak, plooide het met beide handen tezamen en gaf het dankend terug. Serafia kuste het doek, verborg het onder haar mantel tegen haar hart, en stond op.

    Toen tilde het meisje schuchter de wijnkruik omhoog, maar de schimpende kornuiten en soldaten lieten niet toe, dat Serafia Jezus ook nog iets te drinken gaf. Door de snelheid en de moed van haar optreden, dat een gedrang van nieuwsgierigen teweegbracht, had zij de stoet dan toch een paar minuten opgehouden. Dat was voldoende om het zweetdoek aan te reiken. De Farizeeën en beulsknechten ontstaken in woede over deze nieuwe vertraging en nog meer over het feit, dat Jezus hier zo openlijk werd vereerd. Zij begonnen de Verlosser te slaan en Hem over en weer te rukken. Serafia vluchtte met het kind haar woning binnen. Nauwelijks was zij haar kamer binnengekomen en had het zweetdoek vóór zich op de tafel gelegd, of zij zonk in bezwijming neer. Het meisje knielde jammerend met de wijnkruik naast haar. Later vond men haar zo bij het opengespreide doek liggen, waarop het bloedig gezicht van Jezus wonderbaar duidelijk was afgedrukt. Uit haar bewusteloosheid gewekt, knielde zij voor het doek, weeklagend, maar ook vol vertroosting en riep uit: Nu wil ik alles verlaten, de Heer heeft mij een aandenken geschonken!

    Het wonderbaar zweetdoek hing bij Serafia altijd aan het hoofdeinde van haar bed. Na haar dood hebben de heilige vrouwen het doek aan de Moeder Gods gegeven en door de apostelen is het in het bezit gekomen van de Heilige Kerk. Zij was verwant van de oude priester Simeon en bleef na zijn overlijden met diens zonen contact houden. Lange tijd bleven vele goede mensen door dezelfde heilsverwachting met elkaar verbonden als door een stille liefde, waarvan de anderen niets afwisten. Toen de twaalfjarige knaap Jezus te Jeruzalem was achtergebleven, bezorgde zij Hem zijn eten. Onze Vader... Weesgegroet... Glorie zij... Ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig. 

    7e statie: Jezus valt voor de tweede keer onder het Kruis 

    Wij aanbidden en loven U, Christus, omdat U door Uw H. Kruis de wereld hebt verlost. 

    De stoet ging in de richting van de stadspoort en de weg begon af te hellen. De stadspoort was lang en versterkt; eerst stapte men onder een gewelf, vervolgens over een brug en dan weer onder een gewelf. Toen de stoet de poort naderde, drongen de beulsknechten heviger tot spoed aan. Enkele stappen vóór de poort, te midden van de oneffen stukgereden weg, lag een grote plas. De kornuiten trokken Jezus voort en men liep dicht opeen. Simon van Cyrene probeerde opzij te stappen en de Kruislast verschoof. Jezus stortte vóórover in de modderige plas, zodat Simon ternauwerdood het Kruis nog kon vasthouden.

    Met hoge, weliswaar gebroken, maar toch luide stem, jammerde de Heer: Wee, wee Jeruzalem! Heb Ik u daarom bemind zoals de klokhen, die haar kuikentjes verzamelt onder haar vleugels, dat U Mij zo gruwzaam uitstoot en buiten Uw poort wil werpen! De Heer was bedroefd, maar de Farizeeën kwamen op Hem af en scholden: De rustverstoorder gaat dóór met Zijn spel, Hij heeft weer wat te kletsen, en meer dergelijke uitlatingen. Zij sloegen en stompten Jezus, sleurden Hem overeind uit de plas. Toen ontstak Simon in woede over de wreedheid van de beulsknechten en riep uit: Indien U niet ophoudt met Uw schurkenstreken, gooi ik het Kruis neer, dat het dan mijn leven kost! Onze Vader... Weesgegroet… Glorie zij... Ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons. God, wees ons, zondaars, genadig.



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!