9 sept 1904: Terwijl ik in mijn gebruikelijke toestand bleef, voelde ik mij verontrust door de afwezigheid van mijn aanbiddelijke Jezus. Toen, nadat ik heel erg had geworsteld, kwam Hij en zei tegen mij: Mijn dochter, zodra de ziel de diepten van vrede verlaat, verlaat ze de goddelijke sfeer en bevindt ze zich in de duivelse of in de menselijke sfeer. Alleen vrede openbaart of de ziel God zoekt voor God of voor zichzelf, of zij voor God of voor mensen handelt. Als ze het voor God doet, wordt de ziel in feite niet gestoord.
Je kunt zeggen dat de vrede van God en de vrede van de ziel samenkomen, en dat de grenzen van vrede zich rondom de ziel uitbreiden, op zo'n manier dat alles in vrede verandert, zelfs oorlogen zelf. Maar als de ziel verstoord wordt, zelfs als het om de heiligste dingen gaat, toont dat tenslotte aan dat het niet voor God was, maar voor haarzelf of voor een of ander menselijk doel. Daarom, als je je niet kalm voelt, kijk dan in jezelf om te zien wat je verontrust; vernietig het, en je zult vrede vinden.
|