|
Pr Thomas Dubay somt de volgende 9 kenmerken op die gemeenschappelijk zijn voor alle doordrenkte contemplatie:
1. Er is een ERVARING van Gods AANWEZIGHEID, hetzij op de manier van een vreedzame, algemene, liefdevolle aandacht of van een droog uitreiken naar Hem.
2. Men ervaart veel FLUCTUATIE in de intensiteit van deze gemeenschap en in de verschillende manieren waarop God Zichzelf laat voelen en bekend maakt.
3. Bij het voortschrijden van contemplatie “VANGT” God geleidelijk en langzaam de innerlijke vermogens. Hij neemt eerst de wil in beslag en vervolgens de verbeelding en het intellect. Dit is de reden waarom in het begin van geïnfundeerd gebed afleidingen gebruikelijk zijn: alleen de wil wordt overgenomen. Later, tijdens diepe absorpties en extatisch gebed, houden deze afleidingen op. Dit vangen wordt door sommige schrijvers de ligatuur genoemd.
4. Doordrenkt gebed wordt VOORTGEBRACHT op goddelijke wijze, terwijl meditatie op menselijke wijze was.
5. De contemplatie zelf is DUISTER, dat wil zeggen, zonder beelden of concepten. God, die eindeloos voorbij alle eindige ideeën en formuleringen is, wordt nu op een superieure manier gekend die al onze redeneringen en gedachten overstijgt. Dit gebed is noch visie, noch spraak, noch gevoel.
6. Het gebed KAN NIET worden "begrepen". Proberen het te ontleden of analyseren door middel van duidelijke, beknopte ideeën of concepten leidt niet alleen tot frustratie, maar duidt ook op een gebrek aan begrip van wat contemplatie is.
7. Er is in Christelijke contemplatie een GELEIDELIJKE VERLENGING van de tijdspanne waarin de infusie duurt. In het begin is het bewustzijn heel kort en wordt het doorbroken door frequente afleidingen, maar naarmate de jaren verstrijken en als iemands leven van het Evangelie gelijke tred houdt, neemt wat God geeft niet alleen toe in INTENSITEIT maar ook in DUUR. Toch is het principe van fluctuatie dat in nummer 2 hierboven is genoemd nog steeds van kracht.
8. Terwijl de beginfase van geïnfuseerd gebed volkomen normaal lijkt en geen angst veroorzaakt, kunnen latere sterke gebedsgaven ANGST als eerste reactie oproepen. Het is niet de schoonheid van de gave die de angst veroorzaakt, maar de onbekendheid ermee. Men vraagt zich af wat het is en waar het vandaan komt. Zodra men ervan overtuigd is dat de oorsprong goddelijk is, verliest de ontvanger zijn aanvankelijke angst.
9. Diepere gemeenschap met de inwonende Drie-eenheid brengt een gestaag progressieve groei in HEILIGHEID met zich mee: nederigheid, liefde, geduld, zuiverheid, standvastigheid en alle deugden. Deze eigenschap is zo noodzakelijk dat een geleidelijke toename in het dagelijkse leven volgens het Evangelie een onmisbaar teken is van de echtheid van elk gebed: “Aan hun vruchten zult u hen kennen.”
|