Territoriumgedrag is een van de basisinstincten van veel groepsdieren. Hyena's (Crocuta crocuta), wilde Afrikaanse honden (Lycaon pictus) of wolven (Canis lupus) bakenen hun territoria af met vocht uit klieren, met urine of andere geursporen die worden achtergelaten op bomen of rotsen. Als deze dieren vaststellen dat andere groepen een poging doen om hun territorium in te nemen of te betreden, ontstaan conflicten die soms gewelddadig zijn. - Dit dierlijk gedrag zit nog steeds gedeeltelijk verankerd in de mens, hoewel zijn ontwikkeling hem geleerd heeft dat een vreedzaam gedrag de beste uiting van beschaving betekent. Toch zien we bij de mens, de zogeheten Homo sapiens of 'wijze' mens, dat zijn innerlijke territoriumdrang hem parten speelt: een buurman die zijn haag wat te ver op uw grond plant, mensen uit vreemde streken of met een andere taal die bij ons 'binnen dringen', etc. Zo ontstaan wrijvingen bij hen die te weinig verdraagzaamheid aan de dag leggen. - Het duidelijkste voorbeeld van aggressief territoriumgedrag zien we momenteel bij Poetin, die met extreem geweld zijn grondgebied - dat toch al immens groot is - nog wil uitbreiden. Dit gaat niet alleen gepaard met grootheidswaan maar evenzeer met haantjesgedrag. Het feit dat veel meer empathie ontstaat ten overstaan voor de bedreigde groep, toont aan dat geweld nooit een goed middel kan zijn om uw gelijk te halen. "Het Darwiniaanse principe van 'survival of the fittest' hoeft niet altijd te ontaarden in een woeste concurrentieslag. Kijk maar eens naar de manier waarop dieren vaak voorbeeldig samenwerken", schrijft de Nederlandse wetenschapsfilosoof Chris Buskes.
|