Oktober 2007: Zoon Cedric heeft het soms wel moeilijk
Cédric (inmiddels alweer 10 jaar) heeft het
soms een beetje moeilijk. Het is voor hem zo anders in Frankrijk, dan in
Nederland en daar kan hij af en toe last van hebben. Hij is van de zomer twee
weken op vakantie geweest in Nederland. Dat was één groot feest. Daarna heeft
hij het toch wel even moeilijk gehad. Hij miste Nederland. Het is heel moeilijk
te omschrijven wat het verschil is. Het is vooral op school anders. Er wordt
meer gestraft dan gemotiveerd, alhoewel ik eerlijk moet zeggen dat de jongere
onderwijzeressen wel al meer proberen te motiveren. Maar ja nu is dit jaar
toevallig de directrice zijn juf. Ze zit al ruim 30 jaar in het vak en is er
één van de oude stempel. Er is ook een behoorlijke competitie. Hoe dat precies
komt weet ik niet, dus als iemand het mij kan verklaren dan hou ik me
aanbevolen. Onderling zijn ze ook best hard. Ze kunnen elkaar flink dwars
zitten. Toen Cédric in het eerste jaar in Frankrijk, halverwege het jaar een
groep hoger werd geplaatst, is hij een week lang door een aantal jongens uit de
groep gepest en door één zelfs tot het einde van het schooljaar. In Nederland
is meer aandacht voor samen werken en samen leven, dat is hier veel minder.
Cédric speelt dan ook nog steeds het liefst met zn Nederlandse vriendjes. Het
is algemeen bekend dat het competitiever is in Frankrijk dan in Nederland, maar
ik kijk er toch met verbazing naar. Ook op de voetbal is dat te merken. De
trainer is behoorlijk fanatiek en één op de 20 keer geeft hij eens een
compliment. Ach Cédric die overleeft het wel. Hij is assertief genoeg, kan voor
zichzelf opkomen en wij houden de vinger aan de pols. Hij heeft zo zijn eigen
oplossingen. Op het moment speelt hij op school meer met de meisjes. Zonder
overigens dat hij daarvoor gepest wordt door de jongens. Dat kan dan weer wel.
Toen ze laatste een klassenvertegenwoordiger moesten kiezen, werd hij gekozen.
Mam, zei hij,dat komt omdat ik ook met de meisjes speel, die hebben namelijk
allemaal op mij gestemd.
Het
Franse kaasplateau is vaak een moment van verwarring tijdens het diner. Onze
gasten krijgen een typisch Frans diner voorgeschoteld en daar hoort
vanzelfsprekend het kaasplateau bij. Het is vaak onduidelijk wat nu de
etiquette is van zon kaasplateau tijdens het diner. In Nederland kennen we
natuurlijk onze borrel met stokbrood en Franse kaasjes, waarbij iedereen in
willekeurige volgorde meerdere malen een stukje kaas met brood of toast neemt.
Maar dat vinden de Fransen heel vreemd. Wij leggen dan ook vaak aan tafel uit
wat de etiquette is. Om u nu tijdens een eventueel bezoek aan Frankrijk te
behoeden voor een ongemakkelijk gevoel, of erger, een moeilijk kijkende
Fransman die u ziet ploeteren met het kaasplateau, volgen hier de regels van
kaas eten tijdens een diner in Frankrijk. Het kaasplateau wordt geserveerd na
het hoofdgerecht en voor het nagerecht. Op een kaasplateau liggen meerdere
soorten kaas. Het kaasplateau gaat de tafel rond en als het uw beurt is, kunt u
een keuze maken uit de kazen met behulp van het mesje dat op het kaasplateau
ligt. Meest gangbaar is om een paar kazen (en dus niet alle!) te kiezen en daar
dan een stukje (geen grote hompen!) van af te snijden. Over hompen gesproken,
men snijdt een kaas vanuit het midden, dus bij een ronde kaas snij je puntjes,
net als bij een taart. Indien het een vierkant stuk kaas is, dan zorg je ervoor
dat de korstjes nooit (!) over blijven en snij je dus altijd een stukje korst
mee. Dit is uit beleefdheid voor de andere gasten. Zo blijft het kaasplateau er
presentabel uitzien. Vergelijk dat maar eens met uw kaasplateau na een feestje
in Nederland! De kaas eet je trouwens met een klein stukje stokbrood, je maakt
geen boterhammen. Indien u een kaas erg lekker vindt of graag nog een stukje
kaas wilt, dan kunt u dat gerust op een vriendelijke manier aangeven en dan
komt het kaasplateau weer uw kant op. Voor Fransen is de kaas een tussengerecht,
een extraatje voor de smaakpapillen, vandaar dat ze ook kleine stukjes nemen.
Aan u om hun voorbeeld te volgen.
Op een mooie zomeravond werden we zomaar
getrakteerd op een idyllisch Frans tafereeltje. We zaten met gasten aan het
aperitief op onze al zo sfeervolle binnenplaats en verwachtten nog een Frans
echtpaar, dat ons even tevoren had gebeld met de mededeling dat ze ietwat
vertraagd waren. Ineens hoorde we het ronkende geluid van een auto en daar
kwamen ze aangetuft in mijn droomauto. Een prachtige roomwitte uitvoering met
open dak. Brommend kwamen ze tot stilstand voor het hek van de binnenplaats.
Geheel in stijl droeg mijnheer een mooi klassiek wit overhemd en een strooien
hoed en mevrouw was gekleed in een prachtige elegante jurk met bolero. Wat een
klasse! Een tafel vol Nederlandse en Belgische gasten werd helemaal enthousiast
bij het aanzien van zon geit, zoals de Belgen zeggen. Het was die avond het
onderwerp van gesprek en er zijn vele vragen op het Franse echtpaar afgevuurd.
De Fransen noemen de auto liefkozend Dodoche ofook wel deux pattes wat tweepoot betekent en staat voor de twee
cilinders die de auto heeft. De Dodoche had het gered omhoog over de 1100m hoge
berg die hierachter de boerderij ligt, maar naar beneden was mijnheer toch wel
bang geweest dat de remmen zouden doorbranden. Vandaar de vertraging die ze
hadden opgelopen. Maar alles was goed gegaan en nu stond hij te pronken voor
het hek. Bij het parkeren was er eencale tevoorschijn gekomen, een schuin
aflopend blokje wat voor het achterwiel wordt gelegd en zodoende dient als
handrem. De cale werd er altijd door de fabriek bij geleverd zo vertelde
mijnheer. Dat is nog eens service! De auto is in 1990 helaas uit de productie
genomen. Oh wat zou ik graag zon auto willen hebben. Ik zie me al helemaal
toeren in mijn Dodoche, dakje open, door de Franse velden naar de markt mijn
boodschapjes doen. Maar helaas het zit er nog even financieel niet in. De
volgende dag, nadat de Dodoche weer vertrokken was, las ik in het gastenboek:
. En de volgende keer neem ik je mee voor een ritje in de Eend. Yes!!!
juli 2007: Chambres d'hotes romantisch? Hard werken!
Het klinkt
natuurlijk allemaal erg romantisch: een chambre dhôtes beginnen in Frankrijk.
En misschien leest u wel een tikje jaloers mijn stukjes. Maar weet u, het is in
het seizoen echt keihard werken. Al is het dan in een mooie natuurlijke
omgeving met veel zon en een prachtige boerderij, maar toch. Vanaf begin april
tot half november zijn we zeven dagen per week in de weer. Altijd is er wel wat
te doen. De dag begint met het ontbijt. De gasten mogen zelf bepalen wanneer ze
ontbijten, het is tenslotte vakantie. Dus kan het zijn dat de laatsten rond
11.00 uur pas weg zijn. In de tussentijd hangen we de was op, maken de keuken
schoon en verzorgen de dieren. Daarna maken we de kamers schoon en de eetzaal.
's Middags houden we een uurtje siësta en daarna is het strijken, de was verder
doen, de moestuin en tuin onderhouden en het eten voorbereiden voor 's avonds.
Tussendoor beantwoorden we de email en doen we de administratie. één keer per
week doet Thierry de boodschappen en in het hoogseizoen twee keer per week.
Omdat we minimaal een half uur moeten rijden voor een goede supermarkt, is het
belangrijk om niks te vergeten. Vanaf 18.00 uur staat Thierryin de keuken en om 19.30 uur schuiven de
gasten aan tafel. Naar gelang het seizoen hebben we tussen de twee en 20 gasten
aan tafel. We eten met de gasten mee, dus is het belangrijk dat we goed georganiseerd
zijn. Ook de afwas moet gedaan worden. Tegen 23.30 uur sluiten we onze dag af
en de volgende dag gaat rond 8.00 uur de wekker weer. Dit is een normale
werkdag voor ons en dan dus zeven dagen in de week. Daarnaast is er onze zoon,
die naar school gaat en proberen we af en toe een paar uur te nemen om een
evenement te bezoeken of tijd voor Cédric te nemen. Dit betekent echter meestal
dat we die tijd achteraf in moeten halen, het strijkgoed blijft tenslotte
gewoon liggen nietwaar. Maar het is waar we voor hebben gekozen en we doen het
met plezier. Maar ik vraag me wel af .. bent u nog steeds jaloers op ons?
Juni 2007, Gek wordt je van die Franse bureaucratie, toch?
Oh je wordt gek van die Franse bureaucratie.
Ja toch? Op 6 juni kwam ik er achter dat mijn rijbewijs tot 5 juni geldig was.
Ik bel met de sous-prefecture hier in Frankrijk. Mevrouw ik wil graag een
nieuw rijbewijs. Dat kan, daar heeft u alleen een geldig rijbewijs voor
nodig. Maar mijn rijbewijs was geldig tot gisteren!. Helaas dan kan ik u
niet helpen dan moet u in Nederland zijn.Ik bel met de RDW en die antwoordt:Dat kan mevrouw, dan heeft u alleen
een geldig rijbewijs nodig. Ik herhaal: Mijn rijbewijs was geldig tot
gisteren. Dan kan ik u niet helpen. Als u in Nederland woont dan kunt u ten
alle tijden een verlopen rijbewijs verlengen, maar als u in het buitenland
woont dan moet hij geldig zijn om hem te kunnen verlengen. Ik vraag: Wat moet
ik nu doen? Mijnheer van de RDW:Ik kan u alleen een rijbewijs verstrekken als
u een geldig rijbewijs heeft. Ja dat had hij al gezegd. Nu kreeg ik het
benauwd, want ik zag me al opnieuw rijexamen moeten afleggen. En probeer het
nog een keer:Wat moet ik nu doen?. Nu wordt hij boos en herhaalt
geïrriteerd:Mevrouw ik kan u alleen een rijbewijs verstrekken als u een geldig
rijbewijs heeft. Nou die denkt dus echt met mij mee, van hem hoefde ik geen
medewerking te verwachten. Nederlandse bureaucratie misschien? Dus belde ik
maar weer met de sous-prefecture hier in Frankrijk en vertelde dat ik echt een
heel groot probleem had, omdat men mij in Nederland niet zou kunnen helpen. En
wat zegt ze: Als u er voor zorgt dat u vandaag nog langs komt, dan wil ik u
voor deze ene keer wel helpen. Onderweg er naar toe haalde ik me van alles in
mijn hoofd, waardoor ik het rijbewijs alsnog niet zou krijgen. Bij de
sous-prefecture aangekomen, was er geen wachtrij, ik werd direct
geholpen. Alles was in orde en het nieuwe rijbewijs zou ik toegestuurd krijgen.
Er waren geen kosten (!) verbonden aan mijn nieuwe rijbewijs en twee dagen
later lag het in de bus. Lang leve de Franse bureaucratie!
Het wordt toch weer een man. Ik had het wel
leuk gevonden een vrouw. Ze is bovendien ook nog eens op en top vrouw;
charmant en goed gekleed en dat zou Frankrijk een andere uitstraling hebben
gegeven. Nicolas Sarkozy heeft Segolene Royal verslagen en dus krijgt Frankrijk
toch weer een mannelijke president. Wederom van rechts, maar wel een stuk
jonger, 53 jaar. Alle verkiezingen vinden op een zondag plaats. Eigenlijk een
ramp voor het toerisme want bijna iedereen blijft dan thuis. Dus ook bij ons
was het rustiger dan normaal. We hebben er van geprofiteerd door deel te nemen
aan de gezamenlijke maaltijd in Mornans, die steevast bij elke verkiezing wordt
georganiseerd. Iedereen neemt een gerecht mee en zo delen we samen de maaltijd.
Erg gezellig, lekker weer en heerlijk in de schaduw onder de platanen op de
binnenplaats van de Mairie. Tussendoor gaan de mensen stemmen. Nederlanders mogen
in Frankrijk stemmen bij de gemeentelijke en Europese verkiezingen, maar niet
de presidentiele. Dus helaas ik mocht niet stemmen. Voor de presidentiele
verkiezingen zijn er twee rondes. In de eerste ronde waren er twaalf
kandidaten. Indien een kandidaat 50% van de stemmen haalt wordt hij president.
Is dit niet het geval dan gaan de twee met het hoogste percentage door naar de
tweede ronde. In de eerste ronde zat Sarkozy met 29% net een paar procent voor
Royal en in de tweede ronde won Sarkozy met 53% van de stemmen. Mornans telde
dit keer 66 stemgerechtigden. Heel weinig natuurlijk, maar ze komen wel
allemaal stemmen. Om 18.00 uur komen geïnteresseerden weer bij elkaar voor de
telling van de stemmen onder genot van een Pastis. Alles gaat hier handmatig.
Onze zoon Cédric van negen mocht ook mee tellen. Iemand opende de bus en riep
de namen af. Cédric, samen met twee andere mannen, zetten streepjes achter de
naam die afgeroepen werd. Zowel in de eerste als de tweede ronde kwam Segolene
Royal als ruime winnaar uit de bus. Maar het heeft niet mogen baten. De Fransen
moeten het weer vijf jaar met een man doen.
Pépé Martin is
niet meer. Nooit meer zal de oude man op zijn fiets door het dorp slingeren op
weg naar de Boulangerie voor zn dagelijkse baguette. Nooit meer zijn fiets pal
voor de deur parkeren om na zn bezoek aan madame la Boulangere zijn pain
onder zijn snelbinders te binden. Onlangs hoorde ik bij de kapper in Bourdeaux
dat hij is overleden. Hij is 97 jaar geworden en was een van de vertrouwde
gezichten van het dorp. Met zn altijd blauwe werkbroek en grijze alpinopet zat
hij vaak voor zijn huisje naast de plaatselijke autogarage. Als je Bourdeaux
binnen reed, kon je hem niet missen, zijn huis ligt aan de hoofdweg en iedereen
wist dan ook wie Pépé Martin was. Het was een echte buitenman en toen hij in
het ziekenhuis terechtkwam met zn 97 jaar, moesten ze hem aan zijn bed
vastbinden. Niks voor hem.Hij heeft
dan ook niet lang in het ziekenhuis gelegen. Maar Mamie Miraculée (madame
Gresse) is er nog. Zij woonde in onze boerderij tot begin 2000. Toen werd ze
door de dokter haar huis uitgehaald, omdat ze in die oude koude boerderij
teveel gezondheidsklachten kreeg. Iedereen dacht dat ze snel zou overlijden,
maar ze is vandaag de dag geweldig in vorm en heeft bij ons in december haar 95e
verjaardag kunnen vieren. In haar oude vertrouwde omgeving vertelt ze ons
verhalen over vroeger en hoe het toch mogelijk is dat Monsieur Liotard toch nog
aan de vrouw is gekomen. Maar hij moest haar dan ook wel helemaal in Lyon gaan
zoeken! Vertrouwd ze ons dan toe. Hopelijk mogen we nog lang van haar genieten
al die andere markante gezichten in ons dorp. sabine@pauroux.com
We zijn flink aan
het klussen in de tweede gîte. Die willen we nu echt af hebben voor de zomer.
Niet vanwege reserveringen, zoals je bij de programmas over het roer om altijd
ziet, maar gewoon omdat hij maar eens klaar moet zijn. Er liggen nog zoveel
andere klussen te wachten. Tot nu toe loopt de verbouwing van de gîte vrij
goed. Dat is op zich best verbazend, want wij zijn helemaal geen klussers.
Thierry had nog nooit elektriciteit en water aangelegd of muurtjes gebouwd.
Maar daar draait hij nu zijn hand niet meer voor om. En ik vul de voegen in de
oude stenen muren (een klusje van 150m2!) en ben aan het stuken geslagen. We
hebben ook onze inzinkingen hoor, want als stel samen klussen is toch heel iets
anders dan samen wonen! Vlogen we elkaar in het begin bij het maken van een
groot houten planken plafond telkens in de haren, we wisten het natuurlijk
allebei beter, nu het plafond bijna af is, gaat het al beter. Alles gaat
natuurlijk wel langzaam, want elke keer moet we alles zelf uitvinden. Maar het
voordeel is ook weer, dat je niet op bedrijfjes zit te wachten, die vervolgens
niet of veel later komen. En die zijn er volop! Een jonge Fransman Laurent, wil
hier vlak boven een kaasmakerij starten. Van de zomer hebben onze gasten al
kennis gemaakt met zijn geiten en ze zelfs gemolken. Deze winter is hij
begonnen met de bouw van zijn kaasmakerij met volop het-roer-om-momenten.
Eerst kreeg hij geen vergunning om te bouwen, toen kreeg hij geen lening,
vervolgens komen allerlei bedrijven hun afspraken niet na. De vloertegels
werden schots en scheef gelegd. (Hygiëne is heel belangrijk in een kaasmakerij)
Zei de tegelzetter gewoon: nou dan is er iemand over heen gelopen en toen hij
dan zelf maar de muurtegels ging doen, moest hij twee keer naar het ziekenhuis
worden gebracht omdat er een stukje tegel in zn oog was gesprongen. Momenteel
ligt hij in de clinch met de gemeente omdat er geen septic tank in de grond mag
worden geplaatst op het terrein. Maar het is een doorzetter en ik garandeer u
komende zomer organiseren we leuke rondleidingen bij hem, met zelf geiten melken
en een heerlijke proeverij van kaas en lekker knapperig stokbrood met een
wijntje erbij!
Sommige gasten zijn ezels; dom dus! En wij
vinden het niet erg dat we met ze opgescheept zullen zitten. We verzorgen ze en
ze krijgen allemaal een plekje om de nacht door te brengen. Bij ons is iedereen
welkom, dus ook ezels. Ik hoor sommigen onder u denken Maar wees gerust, hier
gaat het om echte ezels. Cédric vindt ze geweldig en ook Thierry en ik
hebben een zwak plekje voor ze in ons hart. Het is namelijk tijdens een
wandelvakantie met een ezel dat we de Drôme hebben ontdekt. Tijdens die
vakantie zei Thierry: Als we ooit naar Frankrijk zouden verhuizen, dan wil ik
hier wel wonen. Wij hadden toen totaal geen plannen in die richting en nu
wonen we vlak bij de route die we met de ezel hebben gelopen. Grappig hoe de
dingen kunnen lopen. Soms is het net of het lot je ergens heen duwt. Collegas,
een Frans echtpaar, waar we toen overnachtten, zijn nu onze vrienden! En nu
heeft een bedrijfje hier in de buurt een wandelvakantie uitgezet die langs onze
boerderij komt. Ze hebben ons gevraagd of we als overnachtingsplek willen
dienen voor de families met een ezel. De ezel komt hier achter de boerderij in
ons weilandje te staan. Voor Cédric is het extra leuk omdat we hem beloofd
hadden dat we zelf een ezel zouden nemen. Echter ezels hebben graag gezelschap
om zich heen en er wordt geadviseerd ze bij andere dieren in de wei te zetten,
dus zien we er nog even van af. Het zou toch wat zijn als hij dag en nacht
staat te balken om aandacht. Dat is lekker slapen voor de gasten. Het wandelen
met een ezel is trouwens echt heel leuk. Vooral met kinderen. Het houdt ze
bezig tijdens het wandelen en ze kunnen bovendien lekker op de rug van ezel
uitrusten als ze moe zijn. Daarnaast draagt de ezel je bagage en je bent de
hele dag lekker buiten. En je maakt leuke dingen mee. Wij hebben ooit
meegemaakt dat we een verkeerde weg insloegen en dat de ezel midden op de weg
ging liggen. Hij dacht: Dit klopt niet, bekijken jullie het maar. Hoezo ezels
zijn dom????
We zijn net terug uit Nederland en ik zit achter mijn laptop in het zonnetje deze column te schrijven. vijftien dagen van veel bezoekjes en heel veel lekkers (boterkoek, oude kaas, appeltaart, drop ). Het is alle dagen grijs en regenachtig geweest. Gelukkig hadden we het te druk om het vervelend te vinden, maar opvallend was het wel. Hier schijnt het twee weken stralend weer te zijn geweest en net als in Nederland is het zacht weer. Gisteren kwamen we op La Ferme aan met zon en vijftien graden. We konden nog net een kopje thee drinken in het zonnetje voordat de zon om 16.00 uur achter de berg verdween. Het was leuk om weer in Nederland te zijn. We hebben oud en nieuw in Velsen-Zuid gevierd met door mams gebakken oliebollen en appelflappen en aardig wat vuurwerk. Dank jullie wel mensen uit Velsen-Zuid (bij de brandweerkazerne), vooral namens onze zoon Cédric. In Frankrijk kennen ze geen oliebollen en vuurwerk. Hier vier je oud en nieuw met een groep mensen thuis of buitenshuis, met natuurlijk een uitgebreide maaltijd en om 24.00 uur champagne. En ze hebben confetti, feesttoetertjes, hoedjes en serpentines om het nieuwe jaar mee in te luiden. Gelukkig nieuwjaar wensen doen ze de hele maand januari en het is heel gewoon dat iemand je een nieuwjaarskaart stuurt eind januari. Ze kijken dan ook vaak raar op als ze van ons al voor de kerst een kerstkaart ontvangen inclusief de beste wensen voor het nieuwe jaar.Bij thuiskomst lag er een uitnodiging in de bus van de gemeente Mornans om een Galette de Roi te komen eten.Dat is een traditie die ontstaan is met Drie Koningen waarbij iedereen een stukje krijgt van de Galette, een koek van bladerdeeg en frangipane (een soort van amandelspijs). In één van de stukjes zit een klein beeldje verstopt de fève(betekent: boon, die werd er vroeger altijd in gestopt). Wie het beeldje vindt is de Roi, koning en krijgt de kroon op. Het is op deze manier heel leuk thuiskomen. We kunnen nu in een keer alle dorpsgenoten gelukkig nieuwjaar wensen en de kerstman schijnt ook nog bij een dorpsgenoot cadeautjes te hebben achtergelaten voor de negen kinderen die in Mornans wonen. Ach ja, eigen haard blijft goud waard. sabine@pauroux.com
Dit jaar heb ik meegeholpen met de kerstbomenverkoop op de markt in Bourdeaux. Elk jaar levert een boer gratis kerstbomen aan de school en die worden dan verkocht door vrijwilligers. De boer kapt de bomen uit eigen bos. Verser kan dus niet. Erg handig want je hebt dan geen uitvallende naalden. Het nadeel is wel dat je allerlei vormen en maten tegenkomt. Maar de dorpsbewoners hebben dat best over voor de school en een boom met een platte kant is erg handig tegen de muur. Het was heerlijk weer en we stonden lekker in het zonnetje. Kopje koffie erbij; wij kwamen de ochtend wel door. We verkochten goed. Ook aan de directeur van het bejaardentehuis, de bakker, de garagehouder en de apotheker. Bij ons kwam niemand weg zonder een boom. En zeg nou zelf voor zes, acht of tien euro hoef je het toch niet te laten. Tegen twaalven kwam het oude rode Renaultje 4 aantuffen van de familie Riaille. Pa van in de 80, met alpinopet, achter het stuur. Ma, zelfde leeftijd, achterin en hun zwakzinnige zoon (van 50) naast pa voorin. Ze reden de kerstbomen bijna omver, hetgeen ons deed twijfelen over het feit of ze langs wilden rijden en de kerstbomen over het hoofd zagen of dat ze een kerstboom wilden kopen. Door de ruit heen zagen we dat Pa met zoon in een heftige discussie was. Even later stapt de zoon, een doodgoeie vent, gedecideerd uit. Ik loop op hem af en hij zegt: Ik wil een kerstboom kopen, want het is voor de school, maar Pa zegt dat we er wel één van op ons eigen terrein kunnen kappen. Nou ik koop er toch één!. Ik zeg dat ik dat erg tof vind en we zoeken samen een kleine mooie boom uit. Hij betaalt en ik loop mee naar de auto. Met een grote glimlach zet ik de kerstboom naast Ma en bedank ik ook zijn ouders voor het geweldige idee om de school te steunen. Ma moppert nog wel een beetje na, maar kijkt me toch ook een beetje gevleid aan en glimlacht uiteindelijk zelfs naar me. Gezamenlijk, hopelijk tevreden, tuffen ze weer naar huis. Joyeux Noël!
Het jachtseizoen
is in volle gang. Dat betekent dat we met rode kleding of petjes moeten gaan
wandelen, want je kan zomaar aangezien worden voor een ree of een everzwijn.
Dat overkwam twee weken geleden een mevrouw die paddestoelen aan het zoeken
was. Je hoort op zich snel genoeg waar de jagers zich bevinden door het blaffen
van de honden. Als we op de binnenplaats staan, horen we altijd precies waar de
jagers van Mornans aan het jagen zijn. Onze buurman monsieur Poulet is de
president van de jachtvereniging. Omdat al het gebied privé bezit is, lopen
ze regelmatig door andermans bossen en over andermans velden. Het is mij al
overkomen dat er een jager schoot terwijl ik de was stond op de hangen. Het
leek wel of ik het doelwit was, zo hard en dichtbij. Om de overlast weer goed
te maken, organiseren de jagers elk jaar rond 20 augustus een uitgebreide
zondagse lunch voor de dorpsbewoners met aansluitend een jeu de boules toernooi
met heuse bekers voor de winnaars. Als ik aan jagen denk dan zie ik een jager
urenlang door het bos struinen op zoek naar wild. Maar hier doen ze battues.
Dat betekent dat ze posten hebben. Ze staan of zitten urenlang op dezelfde
(strategische) plek te wachten tot het wild langs komt. Zo steken de reeën hier
achter de boerderij regelmatig het veld over, dus is daar een uitkijkpost. Komt
er wild langs, dan worden de collegas via portofoons ingelicht en komen ze
naar die plek om het betreffende dier in te sluiten. Jagers mogen niet zomaar
jagen. Er zijn afspraken over op welke dagen en op welke dieren ze mogen jagen.
Ook zijn er afspraken over aantallen. Half augustus had men in Bourdeaux een
administratieve jacht uitgeschreven. De overlast van de everzwijnen was voor de boeren
groot, ze woelen de grond helemaal om en dan gaat de oogst verloren. Daarom
werd er een verordening afgegeven om buiten het jachtseizoen éénmalig te jagen. Er zijn die dag negen everzwijnen
geschoten. Onze vriend Didier had er maar liefst zes geschoten. We kregen ook
een groot stuk. Dat heeft Thierry heerlijk klaargemaakt en we hebben er
uiteindelijk met zestien personen van kunnen eten. Dat is nog eens iets anders
dan kipfilet uit de supermarkt. sabine@pauroux.com
Een Franse
vriend vroeg me mee om champignons te gaan zoeken. Drie uur lang hebben we
gezocht om slechts een handjevol te vinden. Mijn Franse vriend was verrukt: Die
gaan we vanavond heerlijk klaarmaken met een omelet. Hij maakte ze met
enthousiasme klaar en zat heerlijk te smullen, een feest vond hij het. Ik keek
het verbaasd aan. OK het smaakte, maar om nu te zeggen dat het zo geweldig was.
We hebben er wel drie uur voor moeten zoeken en uit de supermarkt smaken ze net
zo goed. Dit aldus een Nederlandse gast die onlangs bij ons was. Hoe duidelijk
komt hier het cultuurverschil naar voren tussen Nederlanders en Fransen. Voor
Fransen is het de gewoonste zaak om in september en oktober op zoek te gaan
naar champignons en je koopt ze misschien op de markt, maar zeker niet in de
supermarkt. Op de gekste plekken langs het bos zie je autos geparkeerd staan
en is het ineens voor mannen geoorloofd om met rieten mandjes rond te lopen. De
dagelijkse gesprekjes gaan er over. Je vraagt naar elkaars vangst of het wel
of niet een goed seizoen is en je houdt angstvallig je beste vindplek geheim.
Het heeft wel wat vind ik. Wij leren nu veel over paddestoelen. En ik geef
eerlijk toe dat ik daar in Nederland geen interesse voor had. Ik ben een echte
stadse. Maar hier is alles anders. Nu we op het platteland wonen leren we
meer over het echte leven, zoals ik altijd zeg. Dus zoeken wij ook naar
paddestoelen (is in Nederland trouwens verboden) en leren welke het lekkerst
zijn en ook vooral welke je niet moet eten. Laatst hadden we girolles
gevonden. We hebben vriend Laurent uitgenodigd ze te komen eten, met een omelet
natuurlijk. Eigenlijk een beetje laf, want we dachten als hij het durft, dan
zullen ze wel goed zijn. Maar toch, in een dorpje even verderop wonen Engelsen,
gespecialiseerd in de ecologie (de relatie tussen een organisme en zijn
omgeving). Vorig jaar was er grote hilariteit omdat de hele Engelse familie was
opgenomen in het ziekenhuis na het eten van giftige paddestoelen. Het zal je
maar gebeuren.
Het is een doordeweekse woensdag. Monsieur Leotard van 73, lange baard en
overall, komt ons een door hem zelfgebakken brood brengen. Een echte ronde pain
de campagne van veel graansoortenen
gebakken in een echte stenen broodoven naast zijn boerderij. Het meel heeft hij
weer gehaald bij mijn andere buurman, Monsieur Hortail die molenaar is.
Geweldig zon onverwacht bezoek! Hij is niet de enige. De burgemeester van dit
wel 60 inwoners tellende dorp, komt regelmatig vragen hoe het gaat. Mijn
buurvrouw van de overkant komt vaak met een plant of bloem uit de natuur met de
uitleg erbij hoe we die kunnen gebruiken als kruiden of voor een thee. Weer een
ander komt fruit brengen waarvan hij weet dat wij het niet hebben in de tuin.
En dan moet je weten dat de dichtstbijzijnde buur op 1,5 km woont. Bijna alle
huizen en boerderijen in Mornans liggen erg verspreid, maar je bent daardoor
nog zeker niet eenzaam en alleen. De mensen hier bewonderen ons omdat we zo
ontzettend snel geïntegreerd zijn, maar dat komt niet op de laatste plaats door
deze mensen zelf. De historie van deze omgeving gaat ver terug en laat zien dat
hier veel oorlogen woedden zoals de godsdienstoorlog en de eerste wereldoorlog.
Die hebben hier beiden erg veel leed veroorzaakt. Het heeft de mensen sociaal
gemaakt in de zin van: dat willen we nooit meer. Vroeger zijn in deze
omgeving veel mensen en ook kinderen opgevangen. Ze kwamen naar het platteland
om onder te duiken ofaan te sterken.
Vandaag de dag is die sociale inslag dus nog steeds goed te merken. Er is hier
een kindertehuis in Bourdeaux (een dorpje van 500 inwoners) en een opvanghuis
waar gescheiden ouders uit de hele Rhone-Alpes hun kinderen kunnen ontmoeten.
Verder zijn er veel pleeggezinnen en ook lopen er aardig wat geadopteerde
kinderen rond. Wie had dat gedacht op dit rustige stukje platteland. Je
begrijpt dat het er op een school met 110 kinderen dan toch net even anders aan
toe gaat dan elders. En Cedric, die is zich er heel goed van bewust, hoe
gelukkig hij is dat hij een vader èn een moeder heeft.
Hoe idyllisch is
het landschap maar wat verraderlijk zijn die bochten. Ik kreeg vanochtend het
bericht dat mijn buurvrouw van 67 jaar met haar auto in een weiland is beland
en nu met een gebroken schouder, bekken en enkel in het ziekenhuis ligt. Ze had
nog geluk, want ze is op 10cm na rakelings langs een betonnen paal geschoten.
Het is een Française die hier is geboren en getogen, dus dan verwacht je niet
dat ze zich zo laat verrassen door de bochten. Dat het mij overkomt, zon
Nederlandse die alleen maar rechte wegen gewend is. Het gebeurde toen ik met
Cédric uit Montelimar kwam. Het was invallende nacht. De weg van Dieulefit naar
Bourdeaux zit vol met bochten. Op een bepaald moment zag ik een lichtje branden
op het dashboard. Ik zat in een bocht dus kon niet kijken. Toen ik uit die
bocht was, dacht ik; zo nu kan ik kijken. Ik kijk op het dashboard en toen ik
weer terugkeek, zat ik plotseling in een bocht. Ik had direct door dat het mis
was. Ik haalde de bocht niet en kwam parallel aan de weg in de greppel terecht.
Cedric natuurlijk erg geschrokken Gelukkig reden we de berg op, want ik moet er
niet aan denken, wat er gebeurt zou zijn bergafwaarts. Afijn we hadden niks,
alleen de auto zat rechtsvoor in elkaar. Kosten 1000 Euro! Dat hakt er in.
Zeker als je bedenkt dat ik 22 jaar all-risk verzekerd was en nooit een
aanrijding heb gehad. Nu ben ik sinds 6 maanden WA verzekerd. Tjakka!
Andere Nederlanders
die hier net een camping begonnen zijn, overkwam hetzelfde. Ze hadden voor het
eerst van hun leven een nieuwe auto, zon stoere terreinwagen. Op een keer
namen ze een bocht op een landweggetje te snel, probeerden te corrigeren en
gleden daardoor nog meer weg en gingen drie keer over de kop de berg af.. Mooie
nieuwe auto total-loss. Gelukkig hadden ze zelf slechts een beetje spierpijn.
Dat is dan weer het voordeel van een terreinwagen. Moraal van dit verhaal:
geniet van het mooie Frankrijk, maar let extra goed op de bochten!
Juli 2006 Onze zoon heeft de Tour de France gefietst
Onze zoon van
acht heeft de Tour de France gefietst! Althans de inspanning was er gelijk aan.
Hij is met school van het noorden van de Drôme naar het zuiden gefietst en
heeft in vijf dagen 213 km afgelegd. Heuveltje op en heuveltje af (in Nederland
zouden we zeggen berg op en berg af, want de hoogste berg was wel 700 m hoog).
Hij heeft een prachtige prachtige en vooral dure Loekifiets met wel drie
versnellingen waar zijn vriendjes in Nederland vol bewondering naar keken. Nou
volgens Franse begrippen was die prachtige Loekifiets maar niks, want hij moest
toch echt 21 versnellingen hebben op zijn fiets. Niet dat die kinderen weten
hoe ze er mee om moeten gaan, maar dat is een andere zaak. Nou hij heeft het
toch maar mooi gedaan op zijn Loekifiets. Tussen maart en juni hebben ze
getraind. Een aantal kinderen had eerst helemaal geen fiets en sommigen konden
zelfs niet eens fietsen! Dat is een geweldig verschil met Nederland. Thierry en
ik hebben de trainingen begeleid. Ik weet niet of jullie wel eens geprobeerd
hebben een kind een weg omhoog te laten fietsen van enkele kilometers, maar ik
kan je verzekeren dat het een enorme creativiteit vergt. Toch was het mooi om
te zien hoe ze gedurende het voorjaar met sprongen vooruit gingen. Cédric was
uiteindelijk zeer gemotiveerd om La Traversée de la Drôme à Velo te gaan doen.
Er deden 750 kinderen mee en om het verkeer niet te ontregelen had elke klas
een eigen route. De klassen werden begeleid door hun leerkrachten en ouders.
Thierry heeft één dag meegefietst en vond het een geweldige ervaring. De
laatste dag hebben we ze toegejuicht toen ze over de finish kwamen in
Buis-les-Baronnies. Onderweg naar de finish kwamen we ze tegen, zwoegend en
zwetend bij 28 graden een berg op van 700 m hoog. We zijn toen gestopt om ze
aan te moedigen en stonden met tranen in onze ogen, zo geweldig was het om te
zien hoe die kleine mensjes hun best deden en vooral niet in de bezemwagen
wilden. Die reed namelijk achter elke klas met de bagage en met eten en
drinken. Konden de kinderen echt niet meer dan mochten ze in de bezemwagen mee.
Maar daar is niet vaak gebruik van gemaakt. Daar waren ze te stoer voor.
Sinds april 2005 woon ik met mijn Franse man Thierry en onze zoon Cedric van 8 in de Drome in Frankrijk. We maken het een en ander mee en vinden het leuk om dat met anderen te delen. Vanaf nu treffen jullie elke vierde week van de maand een column aan met wat we zoal dagelijks mee maken. Veel leesplezier!
De moestuin staat er mooi bij. De eerste sla en aardbeien hebben we in mei al gegeten. Verder staat er tomaat, paprika, courgette, artisjok, aubergine, komkommer, meloen, boontjes, doperwten, aardbeien en frambozen in. Thierry z'n ultieme wens is dat alles wat hij op tafel zet van de eigen boerderij afkomt, maar zo ver zijn we nog lang niet. Verder hebben we in de tuin vijgen, druiven en kersen, kersen en nog eens kersen. We hebben een grote boom en we blijven plukken op het moment. We werden er overigens vorig jaar door een oudere boer fijntjes op gewezen dat we de kersen zonder de takjes (niet te verwarren met de steeltjes) moesten plukken, want anders zouden we dit jaar geen kersen hebben. Later in het seizoen zou hij meerdere gasten vertellen over onze domme actie. Ach ja, je leeft in een dorp niewaar. Vorig jaar hadden we een bord langs de weg gezet met 'kersen de koop'. Daar kwamen aardig wat mensen op af. Allerlei toeristen stopten en ook de plaatselijke bevolking wist ons te vinden. Opa en oma van boven uit het dorp, de juf van Cedric en de vrouw van de plaatselijke politieagent. Geweldig leuk was dat. Dit jaar gaan we niet meer verkopen, maar verwerken we alles zelf. Vorig jaar hebbeb we zeker 80 kilo geplukt. Ongeveer 50 daarvan hadden we verkocht. Met de rest heeft Thierry jan gemaakt o.a. appel/kersen jam, die ontzettend lekker is. En dat zeg ik terwijl ik nooit jam eet! Het is wel een hele klus hoor al dat ontpitten. En ja, dat mag ik doen. Een gedeelte van de kersen gebruiken we voor toetjes als graton aux cerises, creme brulee aux cerises, profiterolles met kersenijs en vanillesaus en grand dessert aux cerises. Het is ontzettend leuk om te zien hoeveel lol Thierry in het koken heeft en hoe creatief hij is om met producten uit de streek iets op tafel te zetten. Het is nu al een paar keer dat de gasten gevraagd hebben waarom hij niet zijn eigen restaurant heeft. En eigenlijk is dat een nog veel groter compliment dan iemand die zegt dat het lekker was.