van Méry-sur-Seine naar Troyes
De Nederlander heeft een heel slechte nacht
gehad en niet geslapen. Hij blijft in bed liggen. Ik ga samen met zijn echtgenote naar het
huis van de broeders, een 30-tal meter van de parochiezaal. Ze zijn net
begonnen met hun gebeden, de vier broeders en een kloosterzuster die 10 km
verderop woont. Prêtre Philippe draagt de mis op.
Na de mis is er
onmiddellijk ontbijt. De vier broeders zijn er. Prêtre
Philippe gaat eerst naar de
bakkerij en komt met twee 'pains' terug. Dat is hun dagelijks brood. Oploskoffie
of thee, confituur gekregen van een goede ziel, kaas, en natuurlijk de pot
choco. Imelde maakt zich verdienstelijk door af te ruimen.
Op aandringen van de
broeders haalt de Nederlandse vrouw haar echtgenoot uit zijn bed, want hij moet
eten wil hij stevig op zijn benen staan om verder te stappen. Hij blijkt geen
hoogvlieger te zijn wat het Frans betreft; en blijft steevast Nederlands praten
met af en toe een hapering in het Frans.
Vandaag heb ik met
Rita en Karel afgesproken. Het is nogal moeilijk om juist af te spreken en
daarom komen ze naar Méry-sur-Seine. Ik pak eerst mijn kar in, en als ze er
zijn lopen we nog even naar het huis van de broeders om de sleutels af te geven.
We rijden met de
mobilhome naar Troyes. Ik ben blij dat ik een dagje kan rusten. Mijn
rechtervoet doet het nu goed, maar mijn linkervoet doet nu pijn, ook een
ontsteking.
We rijden naar de
camping municipale in Troyes en blijven daar de rest van de dag.
|