SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE
De 3 plaatsen die de naam van de Woluwerivier en in de vallei ontstonden, zijn sinds de 11de eeuw bekend en onderscheidden zich slechts laat van elkaar door de naam van hun patroonheilige. In 1187 had sint-Lambrechts-Woluwe al een parochiekerk, die later zou afhangen van het kapittel van Sint-Goedele, terwijl de plaatsnamen Sint-Stevens-Woluwe en Sint-Pieters-Woluwe terwijl de plaatsnamen Sint-Stevens-Woluwe en Sint-Pieters-Woluwe slechts vanaf de 13de eeuw vermeld werden.
De abdij van Vorst bezat heel wat goederen in de Woluwevallei maar in de 14de eeuw richtte de hertog van Brabant er een heerlijkheid op ten gunste van een tak uit zijn geslacht. Deze heerlijkheid zou in de loop der eeuwen in andere handen overgaan en de hoge rechtspraak werd herhaaldelijk verpand. Er bestaan verschillende zegels van de schepenbank van Sint-Lambrechts-Woluwe. Dat van 1621 toont de heilige Lambertus die een krijger vertrappelt. Op een zegel uit 1627 toont de heilige de wapen schilden van de door huwelijk verbonden families Armstorff-van der Aa. Een 3de beeldt op het einde van de 17de eeuw het wapen af van de familie van Berchem. Men mag veronderstellen dat er vanaf het 2de kwart van de 18de eeuw ook een schepenzegel bestond met het wapen van de familie Hinnisdael, de laatste heren.
Hoewel er geen, matrijs of afdruk van dit wapen teruggevonden werd, ging de voorkeur van het gemeentebestuur in 1932 uit naar dit schild, gehouden door de heilige die, zoals op het zegel van 1621, een krijger vertrappelt.
Van sabel met het schildhoofd van zilver beladen met 3 naatst elkander geplaatste vogels van sabel, gebekt en gepoot van keel, het schild geplaatst vooren naar de rechterzijde van eenen Heiligen Lambertus houdende in de rechterhand een naar linksch gewenden bisschopsstaf, in de linkerhand een open boek en onder zijn voeten verpletterend en gehelmden krijgsman houdende in de linkerhand een zwaard, dit alles van goud.
« goude » versies
versions « or »
|