WERVIK
Op Wervik, dat tijdens de Gallo-Romeinse tijd al een vrij belangrijke nederzetting was, lagen er verscheidene heerlijkheden. De belangrijkste waren Oosthove en Wervik, waarvan het kasteel op de zuidelijke ( thans Franse) oever van de Leie lag. Wervik was bekend om zijn lakennijverheid, die haar grootste bloei kende in de 14de eeuw. Misschien dateren de stadsrechten van Wervik uit dezelfde periode.
Wervik, dat te paard zat op de Leie, kwam door het Verdrag van Nijmegen (1678) in Franse handen. Ingevolge het Verdrag van Utrecht (1713) keerde Wervik-Noord terug naar de Oostenrijkse Nederlanden, terwijl Wervicq-sud een Franse gemeente bleef.
Het Wervikse gemeentewapen, dat in 1819 werd erkend en in 1842 bevestigd, gaat terug tot de 13de eeuw. Aan een oorkonde uit 1277 hing het wapenzegel van Walter, heer van Wervik (1277-1285). Uit het bewaarde fragment van dit zegel blijkt dat de heer van Wervik een wapen voerde met een schuinbalk en 6 rozen, zoomsgewijze geplaatst. De schepenbank van Wervik nam het wapen van deze 13de eeuwse heer over.
In goud een schuinbalk van keel, vergezeld van 6 rozen van hetzelfde, zoomsgewijze geplaatsts. Het schild getopt met een stedekroon met 5 torens van goud.
|