In dit stuk zal ik vertellen hoe de scheiding van mijn ouders verliep. Dit heeft veel gevolgen voor mij gehad dus een belangrijk onderdeel van mijn leven.Veel is niet verteld maar dat zou een boekwerk worden.
Het begon allemaal toen ik 9 was. We woonden in Colijnsplaat en mijn vader was zeeman en mijn moeder was pedicure aan huis. Daar mijn moeder vaak alleen was ging ze s ’avonds in de horeca werken. Dat vulde haar avonden want ze voelde zich vaak alleen. Ik sliep vaak bij haar in bed. Dat vond ze prettig en ik vond het niet erg. Soms wilde ik wel in mijn eigen kamer maar zij wou dat vaak niet. Soms als ze sliep ging ik stiekem toch naar mijn kamer. Dat vond ze dan ook niet erg. Het gebeurde met enige regelmaat dat mijn moeder begin te huil enen niet meer ophield. Heel hard verscheurend. Ik kon dan niks doen. Meestal riep ik mijn oudere zus en ging dan naar mijn kamer want ik vond het altijd wel eng. Mijn zus belde soms de dokter om haar een kalmeringsmiddel te geven. Als mijn vader thuiskwam met verlof dan moest alles tiptop in orde zijn. Er werden dingen gegeten die hij lekker vond en we mochten geen ruzie maken mijn zus en ik want we moesten een blije familie zijn. Dat lukte natuurlijk niet altijd. Ik was altijd blij als mijn vader kwam want ik adoreerde hem. Hij was stoer, handig, rook heerlijk naar olie, en ik wilde hem leren kennen. Ik stond vaak in de schuur te kijken hoe hij iets maakte. We waren ook altijd aan het verbouwen wat ook weer voor de nodige stress en troep zorgde.
Wat ik nu weet en toen nog niet is, dat de buurvrouw schuin tegenover mijn moeder aan een vriend van hun had voorgesteld. En dat klikte goed. Toen is de verhouding al begonnen. Dit ontdekte ik pas veel later.
Omdat mijn moeder niet tegen het alleen zijn kon hebben mijn ouders het horecabedrijf gekocht waar mijn moeder werkte in de avond. We verhuisde naar Kortgene. Het was een snackbar met bar en restaurant. Er veranderde veel voor mijn zus en mij. Vader was heel dagen thuis en bemoeide zich opeens met ons. En verder waren ze altijd druk. Ik werkte ook in de keuken wat ik erg leuk vond. Inmiddels was ik al 13. Na een poos ging mijn vader veel drinken en er kwam veel ruzie. Conclusie mijn vader wilde weer varen. Hij miste het te erg. De dagen dat het bedrijf dicht was en iedereen boven was (daar woonden we) was eigenlijk niet erg gezellig. Was altijd een geladen sfeer. Ik weet nog wel van die tijd dat ik bijna niet met mijn ouders sprak. Ik ging veel weg en verder was ik op mijn kamer.
Uiteindelijk ging mijn vader weer varen. We verkochten het bedrijf en gingen in Wissenkerke wonen. Daar begon de ellende pas goed. Na een tijdje vond ik dat mijn moeder veel dronk. In de ochtend stond er een klein kratje bier naast de bank en in de midden kwam meneer Sandeman, de sherry, op tafel. De hele kruik ging meestal wel leeg. Ik zei er weleens wat van maar ze wuifde het weg en ik mocht er niks over zeggen. Er werd regelmatig gebeld of ik mijn moeder kwam halen in een kroeg of ergens op straat. Ik had natuurlijk geen vervoer dus zei altijd bel maar een taxi voor haar. Mijn zus was inmiddels al het huis uit en heeft het drinken niet veel meegekregen.
Op een dag kwam weer de beste vriend van mijn vader op visite. Ik hoorde ze beneden praten en waarom weet ik niet maar ben heel zachtjes naar beneden gegaan om te kijken wat ze deden. Er was gelach en gegiechel en dat was vreemd. Toen ik beneden kwam zag ik ze in een innige zoenende omhelsing. Ik schrok heel erg en ging weer stiekem terug naar boven. Mijn moeder en haar lover gingen naar de gang en ik keek van boven naar hun. Hij betaste haar op intieme plaatsen en toen was het voor mij echt duidelijk dat mijn moeder al een tijd een verhouding met deze man had. Dingen vielen op zijn plaats voor mij.
Mijn wereld stortte in. Letterlijk. Toen hij weg was werd ik geroepen. Ze wist dus schijnbaar dat ik thuis was. Met een brok in mijn keel en kloppend hart ging ik naar beneden. Ze vroeg me om boodschappen te doen. Ik werd boos en zei doe het zelf maar! Ze vroeg wat er was want ik was natuurlijk aan het huilen. Ik zei heel boos “ik heb je wel gezien hoor met … hier staan zoenen”. Haar reactie was verbijsterend. Heel kalm zei ze, je weet dat als je dit verder verteld dat het jouw schuld is als papa en mama gaan scheiden he. En ik zal iedereen zeggen dat je gek bent. Dus ga maar gewoon boodschappen doen. Geheel verbaasd en verdooft pakte ik het geld aan en nam de honden mee en ging recht naar mijn vriendin die ook werkster was bij ons thuis. Daar vertelde ik wat ik had gezien. Ze zei dat ze het al heel lang wist en dat het al jaren aan de gang is. Waarom had ze het mij niet eerder verteld? Omdat ik het niet zou geloven zei ze. Tsja zat wat in.
Ik durfde het echter verder tegen niemand te vertellen want ja dan zou er pas een probleem zijn. Ik droeg dat geheim drie weken mee en toen vroeg mijn zus wat er was. Ik had al drie weken rot opmerkingen van mijn moeder gehad ne ze vree openlijk nu met haar minnaar want ik wist het toch. Ik hoorde een telefoontje van mijn moeder naar mijn vader die aan het varen was en hoorde haar zeggen dat ik de laatste tijd erg raar deed en gekke dingen zei. Hij moest maar niet verbaasd staan te kijken als ik iets over haar zou zeggen.
Nadat ik het eindelijk tegen mijn zus had gezegd ging het balletje rollen en de ellende begon goed. De familie en mijn vader keerde tegen mij en ik stond er echt alleen voor. Mijn moeder dronk meer dat tevoren. Er gebeurde rare dingen. Zo werd er een galg opgehangen aan een balk boven in een kamer en zei ze misschien is die wel voor jou of hang ik er een keer aan… S ’nachts barricadeerde ik mijn deur want ze was dan vaak zo dronken dat ze stond te schreeuwen en bonken op de deur. Ik wist niet wat ze zou gaan doen en was bang. Ik kroop dan weg in een hoekje en wachtte tot ze wegging. Dat duurde vaak wel lang. Soms ging ze met de auto weg en ik wist niet waarnaartoe. Politie kwam haar regelmatig terug brengen in een zeer dronken toestand. Toen die merkte dat ik er alleen bij zat kwamen er gesprekken met hun. Agent wilde me echt helpen en kwam overdag terug. Hij wilde met mijn moeder praten maar dat ging niet. Hij gaf het op. Toen mijnmoeder voor de eerste keer zelfmoord pleegde voelde ik me echt verlaten. Ik moest ernaartoe van mijn vriendin. Maar mijn moeder vroeg alleen aan me of ik haar minnaar kon bellen en had geen aandacht voor mij. Dat kwam hard aan. Na deze poging heeft ze het nog zo vaak geprobeerd en op een gegeven moment kwam de arts niet meer. Hij zei dat ze precies wist wat ze in kon nemen om het zo te doen lijken. Vergis je niet het gebeurde wekelijks. Ik werd er ook harder in en het interesseerde me niet meer. Neem dat drankje maar zei ik weleens.
Op een dag was ik met mijn vriendin wat aan het drinken in een bar. Was heel gezellig en ontspannen. Plots werd ik geroepen door de eigenaar. Telefoon van je moeder, je moet meteen naar huis gaan. Uiteraard wilde ik gaan want anders zwaaide er wat en had geen zin in die heisa. Maar er gingen mensen met me mee om te kijken of het veilig was. Zo ook mijn vriendin die mijn moeder goed kende. Mijn moeder was in een zeer dronken staat. Ik moest eten maken voor haar en meteen want ze had honger. Ik zei tis midden in de middag dat doe ik niet. Ze begon te schreeuwen en gillen en riep van alles naar me. Uiteraard niet zulke aardige dingen maar zal het niet herhalen. Ik weet dat ik in een roes raakte en haar niet meer hoorde. We stonden in de garage en er lag gereedschap van mijn vader vlakbij. Ik dacht, als ik haar nu met een hamer een klap geef dan krijg ik waarschijnlijk wel strafvermindering want ik ben een kind. Ík wilde dus naar de hamer grijpen en haar slaan. Mijn vriendin zag op tijd mijn blik en schreeuwde dat ik weg moest gaan en mijn spullen pakken. Zij heeft nog ligt gevochten met mijn moeder om haar tegen te houden zodat ik weg kon. Ik heb toen mijn spullen gepakt en ben weggelopen.
Als ik dacht dat ik het toen veel beter kreeg had ik het mis. Mijn moeder kreeg een straatverbod omdat ze s ’nachts stond te bonken op de deur. Ik sliep dus wel veilig. Maar ik kreeg telefoontjes van haar familie en mijn zus dat ik meteen terug moest gaan en dat het mijn plicht was om voor mijn moeder te zorgen. Steun kon ik dus wel vergeten. Ik zag mijn zus een keer op straat en die zei als je morgen niet terug bent hoef ik je nooit meer te zien. Ik zei nou fijn leven dan want ik ga nooit meer terug. Raar dat niemand aan mij vroeg hoe ik me voelde en waarom ik weg was gegaan?
Ik had een maatschappelijk werker ingeschakeld maar die had geen auto en ik moest uur fietsen voor een klein gesprek waar niks uit kwam. Ik kon alleen maar feiten opnoemen. Voelen deed ik niet dat deed te veel pijn. Gewoon overleven dag bij dag. Hij zat maar te zeuren dat hij mijn vader wilde spreken maar die was aan boord al een half jaar. En toen wilde hij mijn moeder spreken. Ik zei nou ga maar ze woont daar. Hij kwam terug en zei dat hij het snapte omdat hij ook niet met haar kon praten. Helaas hij kon niets voor me doen.
Ik had de kinderrechter in Vlissingen gebeld en gevraagd naar mijn rechten en plichten. Ik moest terug naar huis als mijn vader het zei anders mocht ik daar blijven zei hij. Hij had ook de politie gebeld en die wisten dat ik bij mijn vriendin woonden en lieten me met rust. Toen mijn vader weken later een keer thuis kwam heeft hij met opgehaald. Ik ben meegegaan. Hij vroeg niets ne ik kreeg een verhaal van hem te horen dat hij ook weleens was weggelopen en ging vissen. Zijn aas was op en ging toen maar weer naar huis en was net op tijd dat zijn moeder hem uit bed riep. Ik zei wil je nou helemaal niet mijn verhaal weten. Nee zei hij daar heb ik niks aan en ik ga toch morgen weer weg. Hm klap in mijn gezicht had beter geweest. Toen hij de volgende dag weer weg was ben ik ook weer weggegaan.
Ik heb me in die tijd vreselijk eenzaam gevoeld en als mijn ouders en mijn familie me niks vinden dan kon ik het toch eigenlijk ook niet waard zijn om te leven. Waarom was ik er nog, toekomst was er niet. Als ik daaraan dacht was alles zwart. Dag voor dag. Bijna uur bij uur. Nooit wetend of mijn moeder doodlag. Nooit wetend wat je aantrof als ik de voordeur opendeed. Was vaak bang daarvoor. Lag ze met een man? Lag ze dood? Waarom hing die strop er nog? Ik weet heel veel niet meer van die tijd. Allemaal gaten in mijn herinneringen. Vanaf mijn 16de heb ik het contact met mijn moeder gebroken. Ik haatte haar tot het diepst in mijn hart. Nu snap ik haar pijn wel maar nog steeds niet waarom ze zo naar mij deed. Ik had toch niks misdaan?
Ik ben nu 51 en heb alles wel een plaatsje gegeven. Ouders zijn overleden dus kan niks meer vragen. Met mijn vader heb ik nooit gesproken. Praten kon hij niet. Dat zorgde ervoor dat ik dat dus ook niet heb geleerd. Ik weet wel dat het heel belangrijk is om je te leren uiten. Dat heeft me wel veel jaren en moeite gekost om dat te kunnen.
|