Binnenzicht kapel van het Zwartzustersklooster. 19de eeuw. Vanaf toen breidde de gemeenschap haar activiteiten sterk uit, ze werden ook tewerkgesteld in de Sint-Jozefklinieken van Turnhout en Mechelen. In 1966 fusioneerden de Mechelse Zwartzusters met twee andere gemeenschappen tot een nieuwe "congregatie van de diocesane zusters van Overijse-Mechelen". Bij die gelegenheid werd het klooster in de Voochtstraat verkocht aan de zusters Norbertijnen van het convent van Nazareth. De Cellezusters, of Grauwzusters van Groenendaal, ook Zwartzusters genoemd, verlieten Mechelen en trokken naar Leuven, en verdwenen dus rond 1966 definitief uit Mechelen. Waarom de naam van Grauwzusters ? Dit was omdat ze in de vijftiende eeuw de regel aannamen van Sint- Franciscus en zich kleedden in een grauwe kleur. De Cellebroeders vestigden zich in het begin op Groenendaal, hun klooster stond op het Begijnenkerkhof achter de kerk, en de Cellezusters, die talrijker waren, hadden drie huizen of cellen. De kleine celle stond ook op Groenendaal en de grote celle op het Schermoelsblok, hun derde huis stond in de Augustijnenstraat nabij het Vlietje. Cellebroeders en zusters hielpen de Mechelaars telkens er een besmettelijke ziekte (zoals de pest) uitbrak, en bezorgden de overledenen een waardige begrafenis.
|