Wanneer wij elkaar ontmoeten in de wandelgangen van de Kerk, zijn de ontmoetingen slechts een fractie van ons christen zijn. Wanneer we de gemeente uitgaan, heeft niemand weet wat er in ons leven omgaat, laat staan in het hart en ziel van één enkele christen.
Francine Verstraeten, geboren te Eppegem, echtgenote van Guillaume Poncin, schreef in stille momenten wat in haar leefde. Zij laat ons toe in wat ze met de Heer deelde, en deelt haar getuigenissen van hoe de Heer, in de eerste plaats, haar en haar gezin bijstond. Guillaume haar man, is steeds diaken geweest in de Evangelische kerk te Leuven. Al 14 jaar op zaterdag, springt ze mee in de bres om daklozen eten te geven in Brussel, en 's woendags staat ze paraat bij Povarello
Ooit wou Francine haar gesprekken met God, schenken aan haar kinderen en kleinkinderen. Teksten schrijven in een schriftje, daar heeft men maar 1 exemplaar van. In deze gedachte ontstond het plan om het in boekvorm te gieten en op het Internet te plaatsen.
Tegelijkertijd kan het voor veel christenen een hulpmiddel zijn om tot God te bidden en te spreken. Men voelt zich soms onwennig in gebed, hoewel men voor God mag komen zoals men is. Toch weten velen dan niet echt hoe het te verwoorden. Misschien kunnen deze gebeden u verder helpen.
Francine "Sissi" laat weten aan zij die nood hebben aan een babbel, haar kunnen contacteren op: 0498 72 29 97 (voor 20u)
Als ik je laat delen in mijn leven met de Heer,
wens ik u alvast veel leesgenot en Gods zegen.
Sissi - Heverlee 2012
(Sissi heeft zelf geen computer, maar ze zou het fijn vinden om leuke reacties te krijgen op haar blog. U vindt links en rechts in de kantlijn hoe u haar kunt bereiken)
Als Francine haar webmaster, vraag ik allen die geloven om gebed voor de zoon van Francine, bij wie net kanker is vastgesteld op de stembanden. Broeders, zusters, ook al kent u hem niet, misschien zelfs Francine niet, toch zijn we door de Heer verbonden, laat ons het gebed aan elkaar verbinden.
“Geliefde, ik bid, dat het u in alles wèl ga en gij gezond zijt.” (3 Johannes 1:2)
“Hij geneest al uw kwalen, hij redt uw leven van het graf, hij kroont u met trouw en liefde, hij overlaadt u met schoonheid en geluk, uw jeugd vernieuwt zich als een adelaar.” (Psalm 103:3-5)
"Hemelse Vader, U bent nauw betrokken bij het gevecht dat ik op dit moment strijd -- U kent de pijn en de wanhoop. U kent het verlangen van mijn hart om van deze ziekte genezen te worden. Ik vraag U nu om Uw genezende aanraking. Ik weet dat U in staat bent om mij te genezen, net zoals in de Bijbelse tijden".
"Ik begrijp ook dat U zal kiezen wat voor mij het beste is. Ik bid dat ik door deze beproeving dichter tot U zal komen -- dat U mijn troost en mijn kracht zal zijn. Ik bid dat U uiteindelijk, wat er ook gebeurt, geëerd zult worden door wat er met mij gebeurt. Ik bid dit in de naam van Jezus. Amen."
Bericht aan Tina die in juni 2014 drie berichten naliet
Zusje, heb nu pas gehoord over jouw berichten in juni. Ik heb je op mijn gebedslijst gezet. Als je nood hebt aan een babbel, zie van boven in de introductie of in de linkerrand, daar vind je mijn telefoonnummer. Sissi
Chouke als ik iets tot je kon zeggen, zou het dit wel zijn: als ik hier zit en naar je foto kijk, gaan mijn gedachten heel ver terug. Hoe ik je leerde kennen, we waren nog zo jong. Je kijkt zo glimlachend naar mij, net of je er zelf nog bent. Je leeft nog zo echt in mijn hart, al ben je er al vier jaar niet meer. Voor mij is het net of het was gisteren. Ik huil nog veel, omdat ik je zo mis. Ik ben dan liefst alleen en wil niemand zien. Soms zeg ik tegen Jezus, doe hem mijn groetjes, en misschien doet Hij dit wel, want Hij alleen ziet mijn tranen.
Bij mensen wenen, kan ik niet maar van Jezus mag ik wenen, Jezus weende ook. Daarom begrijpt Hij ons zo goed. Als ik weer wordt overmand door verdriet is het net of Hij droogt mijn tranen en zegt: kom Mijn kind, ik weet er van, en Ik laat je nooit alleen. Ik draag de lasten die jij niet dragen kunt. Dan ervaar ik, Zijn rust en Vrede en Blijdschap. Hij tovert weer die lach op mijn gelaat. Zo gaan wij samen door de dagen, Jezus en ik. Iedere dag is een dag dichter naar Jezus maar ook naar jou toe. k Ben Hem zo dankbaar voor Zijn nabijheid. k Dank Hem voor de liefde van de vele mensen om me heen.
Lieve schat, dan zullen we weer samen zijn, dan staat Jezus en jij op me te wachten, als ik er aan kom alvast tot dan.
Heer Jezus, U gaf liefde aan de mensen. U kreeg geen liefde terug. U genas vele zieken ze bedankten U niet eens. U gaf hongerige te eten ze zagen niet wie U was. U sprak van Uw Koninkrijk en redding ze geloofden U niet U vertelde hen over Uw komend lijden niemand was er die u begreep. Zo ging U naar het kruis. Een weg die U alleen moest gaan. U droeg onze schuld zoals u ons had beloofd. De pijn van Uw geslagen en doorboord lichaam terwijl ze keken vol van leedvermaak. In al Uw liefde kon U nog zeggen: Vader vergeeft het hen want zij weten niet wat ze doen. Zon liefde eer, kan alleen maar van onze Schepper komen en ik dank U daarvoor.
Buiten in de tuin werken: plezant. Het is fijn van Gods natuur te genieten, bloemen, planten, en de tuin mooi maken. s Avonds moe, maar tevreden, er naar kijken, zeggen, kijk eens Heer, hoe mooi het is geworden. Een praatje maken met de buren, mijn spelende kindjes bezig zien, zo vergaan de dagen, en ook weken, en dan ineens komt de winter er aan. De tuin ligt er stil bij, alles sterft af, om straks terug mooi te herleven maar nu, de dagen zijn zo kort. De avonden, zo lang, dan valt de stilte van het alleen zijn, en toch Heer, ben ik graag allen. Wilt U die leegte vullen, die geen mens vullen kan. Ik voel elke dag Uw nabijheid maar Lieve Heer, iemand missen, dat is het wat zon pijn doet, die pijn kan geen mens helpen dragen dat kan alleen U Lieve Heer
Als men de wolken voorbij ziet drijven, als men de bomen ziet bewegen door de wind die je niet pakken kunt dan zien we, God bestaat, als men de bloemen zo mooi ziet bloeien ieder met een ander gewaad.
Wordt het dan niet stil bij ons van binnen en danken we Hem, die dit alles heeft gemaakt. Zie naar de vogels, ze vliegen en zingen met alle stemmen van hoog tot laag. Ze maken zich geen zorgen, want ook zij weten wie hen heeft gemaakt. Zie naar de herfst, winter, lente en ook zomer alles komt op zijn tijd. Alles krijgt een mooie, andere kleur. Ziet men zo naar Gods prachtige schepping weet men dat God de Schepper bestaat. Wordt men stil en ook dankbaar denk ik aan wat God zei in Zijn Woord: enkel de dwaas zegt God bestaat niet.
Heel vroeg werd ik wakker, k kon niet blijven liggen Heer. t Is zo stil, k hoor mijn gedachten, die gaan uit naar U o Heer k wil U danken deze morgen, voor bewaring van de nacht. Voor de dag die gaat beginnen, vraag ik nu Uw zegen Heer
Deze dag is weer de laatste, want het jaar is weer voorbij er zijn feesten, er is lijden, ook geweld, dat hoort er bij er zijn zusters, en ook broeders, die vervolgd zijn voor Uw Naam. Zei u niet voor hen te bidden, of weten we niet dat ze bestaan
Als ik denk aan al die dagen, die er waren in dit jaar is er veel om U te danken, meer dan dat ik klagen zou Dank U voor mij man en kind ren, en de grote vriendenschaar We hebben het precies in ons landje zoals ik het hebben wou
k Hoor de vogels, die ontwaken, fluiten, zingen tot Gods eer ook de stilte wordt doorbroken, want de dag begint nu weer Dank u Jezus voor dit uurtje, dat ik met U stil mocht zijn hier en nu met een hart vol liefde kan ik zeggen, mijn Heiland, dat bent U.
U bent mijn Vader, U bent mijn rots. U bent er altijd, U bent nooit weg, U bent God. Op U kan ik bouwen, op U kan ik steunen Vader. In mijn hart heb ik zoveel dingen die ik zeggen wil.
Soms voel ik vreugde, soms voel ik tranen. Bij U kan ik steeds met alles terecht. U hebt de tijd om naar mij te luisteren. U hebt geduld, U maakt geen verwijt.
Soms is de pijn in mijn hart niet te dragen en denk ik, Hij is er niet meer, maar daar gaat het fout, als ik zo begin te denken is mijn oog niet meer op U gericht.
Dan geef ik voet aan de vijand die mij van U wegtrekken wil. Leer mij te kijken, altijd naar u. Begin ik te loven, te danken, te prijzen dan voel ik Uw zegen, die daalt op mij neer.
Want in U te danken, daar ligt de sterkte dan komt de Hemel op aarde neer dan komt de zalving, de werking van boven, en kan ik gaan leven in de kracht van Uw Geest
Heel lang geleden, er was nog geen lawaai van autos of vliegtuigen, het was een heel stille nacht, en toch was het geen nacht, zoals de andere, want die nacht, stond lang tevoren beschreven. De Herders lagen te rusten, en toch voelden ze dat iets zou gebeuren, en ineens was het of de Hemel openging. Ze hoorden Hemelse muziek, ze waren sprakeloos, de engelen zongen dat de Koning, de Heiland geboren was. Toen sprongen de Herders recht, en gingen naar Bethlehem zoals de engelen zongen, gingen ze hun Heiland zoeken. Maar wat was dat? Het leidde hen naar een stal, dat kon toch niet? Een koning wordt toch niet in een stal geboren? En dan nog wel een Hemelse Koning, en toch gingen ze in die stal zien. Ze vonden een kindje, liggend in een kribbe in doeken gewikkeld. Ze knielden neer in aanbidding voor dit kind, want ze zagen dat hier werkelijk de Heiland was geboren en ze brachten hulde aan Hem. Toen Maria zegde dat dit kind, Jezus zou worden genoemd, keken de Herders wel vreemd op. Jezus? Zon gewone naam onder het volk van Israël? Weet je waarom? Ja, wij, zouden hem een heel aparte naam hebben gegeven aan een geboren Koning, een naam dat niemand had. Maar dat wou God de Vader niet. Zijn Zoon moest gewoon zoals ieder kind kunnen opgroeien, want als Hij een aparte naam had gekregen, hadden de mensen die onze Heiland wilden doden Hem onmiddellijk gevonden. Dat mocht dus niet gebeuren, want dit kind was op de wereld gekomen met een heel speciale opdracht. Die opdracht zou de hele mensheid heil brengen. Als we dit met Kerstmis weer herdenken, de Geboorte van onze Heiland en verlosser, laten wij dan God de Vader danken dat Hij onze Redder, arm en met de gewone naam Jezus, stuurde naar de aarde. Drieëndertig jaar later riep dit kind Jezus, toen een man geworden, aan Het Kruis, het Woord dat onze zegekreet werd: HET IS VOLBRACHT.
En mijn zoon bracht zijn verhaal, hoe de wegen in zijn huwelijk deden scheiden, en angst sloeg mij om het hart. Het kwaad zocht in mijn zwakheid, toen zij aan de kleinkinderen dacht. Hij kreeg van haar het horen en de kwaadheid kwam naar voren. O Heer, schaamte huisde in haar. Met post kwam het boekje Israël, één zin stak mij de ogen uit . Er is er maar één die de waarheid kent, mijn woede had de Heer gekrenkt. Door Geest werd ik ingegeven: Niet aan u is het oordeel, want zo ook zal over u geoordeeld worden. En liefde werd in mij ontstoken, het kwaad in mij gebroken. Mijn zoon ik heb u lief, vergeef mij alstublieft. Ga uw weg, waar je heen moet gaan, mijn moederhart zal aan je zijde staan.
Als kind ben ik streng katholiek opgevoed. Ik ging wekelijks naar de mis en zondagnamiddag naar het lof. Dit was niet mijn eigen keuze. Ik deed dit omdat het van mij werd verwacht. Mijn ouders hebben mij op deze manier eerbied voor God bijgebracht, maar van een liefdevolle Hemelse Vader werd mij nooit verteld.
Mijn vader was een man die sloeg, wanneer hij boos was en daardoor ben ik altijd bang voor hem gebleven. Op dezelfde manier was God voor mij, Iemand die strafte en wanneer ik niet gehoorzaamde zou hel en verdoemenis volgen. Ik deed steeds goed mijn best om bij iedereen in de gunst te komen, en zo droeg ik overal een zwaar juk met me mee.
Ik ontmoette mijn man en na vier jaar verkering zijn wij getrouwd. Nadien ging ik steeds minder naar de kerk. Ik voelde mij vrij van de strenge hand van mijn vader. Ik had een lieve man en wij kregen twee zonen. Ondertussen ging ik opnieuw uit werken en godsdienst raakte meer en meer op de achtergrond. Ik geloofde nog wel in God, en ik bad regelmatig, maar niemand vertelde mij dat ik God op een andere manier kon kennen.
Mijn moeder was steeds een sterke vrouw geweest. Maar op een dag werd zij ernstig ziek, en na veertien dagen is zij overleden. Tot op dat moment was de dood ver weg gebleven, maar nu werd ik er plots zelf mee geconfronteerd. Ik vroeg mij af waar moeder nu was, en indien mij dat zou overkomen, waar ik heen zou gaan. Ik wist dat ik niet klaar was om voor God te verschijnen. Ik herinner me dat ik toen tot God heb gebeden en vroeg: God, waar moet ik de waarheid zoeken? Nu sta ik hier en ik weet niet waarheen.
Een paar weken later kwam een buurvrouw bij me langs en vertelde me dat er bij haar thuis mensen kwamen die met haar man Bijbelstudie deden en daarna met elkaar baden. Ik was nieuwsgierig en wilde dat ook eens zien. De eerste Bijbelstudie ging over de Romeinenbrief. Ik begreep er niets van, maar ik merkte dat mijn vragen over God werden beantwoord vanuit de Bijbel. In 1979 heb ik Jezus uitgenodigd in mijn leven en dezelfde dag ben ik, net zoals de kamerling, gedoopt. Ik ging steeds duidelijker beseffen waarom Jezus aan het kruis voor mijn zonden is gestorven. Toen ik op een dag aan het bidden was, zag ik heel mijn leven aan mij voorbij gaan. Ik zag toen hoe belangrijk het is om aan God vergeving te vragen voor alles wat vroeger in mijn leven verkeerd is geweest. Ik was dankbaar voor wat Jezus aan het kruis voor mij gedaan heeft. Hij heeft de schuld voor mij gedragen en heeft mij vrij gemaakt. Vanaf dat moment mocht ik zijn kind zijn, en weten dat ik eeuwig leven heb ontvangen, niet omdat ik het zelf zou hebben verdiend. Al die tijd zag mijn dat ik veranderde, maar zelf hield hij zich afzijdig. Geloof was nooit iets voor hem geweest. Meestal ging ik alleen naar de samenkomsten, maar bij slecht weer ging hij mee. Hij wilde niet dat mij iets zou overkomen. Zo bleef hij met me meegaan naar de Bijbelstudies en gemeentesamenkomsten. Twee jaar later heeft ook hij, Jezus aangenomen en heeft hij zich laten dopen.
Wij verhuisden naar Leuven, zodat wij dichter bij de gemeente konden zijn. Mijn man werd diaken en samen hebben wij vele jaren de gemeente van Leuven mogen dienen. Omdat Guillaume, mijn man, verantwoordelijk was voor het klaar zetten van de zaal, was zaterdagavond voor ons geen moment waarop wij gezellig samen waren. Tot laat in de avond was hij in de weer zodat zijn broeders en zusters in een opgeruimde zaal konden samenkomen. Op zondagmorgen stonden wij dan vroeg op. Ik maakte koffie voor na de samenkomst en na een snel ontbijt, vertrokken wij naar onze gemeente. Het werk als diaken deed Guillaume trouw, week na week, uit liefde voor de Here Jezus. Hij was een man van weinig woorden, maar hij wist wat het betekende om trouw te zijn. Tegenslagen, pijn en strijd zijn ons niet gespaard gebleven, maar wij vonden het altijd belangrijk om Jezus te volgen en te worden als een kind. Zoals onze kleinkinderen zich in onze armen lieten vallen wanneer zij op de trap stonden, zo mag ons vertrouwen in God zijn bij alles wat ons levens overkomt. Wij waren de enige in de familie die de Heer volgden, en dat werd soms niet goed begrepen, maar Jezus volgen is de mooiste weg, niet de gemakkelijkste.
In 1996 kwam er een grote verandering in ons leven. In de maand september kreeg Guillaume een longontsteking die maar niet wou genezen. Het bleek longkanker te zijn. Een jaar later is hij overleden. Wij hebben altijd open met elkaar gepraat over deze ziekte. In het begin kon ik het niet geloven. Ik dacht voortdurend dat God hem wel zou genezen, maar voor mijn man was Gods weg belangrijker. Hij zei: God kan mij genezen, maar als Hij dat niet doet, dan is mijn tijd gekomen. Wat God zal beslissen is ook goed voor mij. Het is onbeschrijfelijk hoe God hem hier doorheen heeft gedragen. Guillaume is hiervan een getuige geweest tot aan het einde. Tot de laatste maand alvorens hij stierf, zette hij op zondagmorgen telkens de zaal op orde en ruimde die nadien op.
De laatste weken alvorens zijn dood heeft hij niet geklaagd. Ik herinner me nog dat hij vaak in de Psalmen las en dus nam ik dat van hem over, toen het niet meer ging. Wanneer ik hem vroeg welke psalm hij wilde horen, zei hij Psalm 23 De Here is mijn Herder, mij ontbreekt niets dit was voor hem zijn lijfspreuk geworden. De laatste avond heb ik samen met hem gebeden dat engelen hem mochten begeleiden naar de Heer Jezus, nadien is hij rustig ingeslapen. Van wat volgde weet ik niet veel meer. Ik hoorde iemand zeggen: Het is voorbij. Maar ik dacht: Nu begint het pas voor Guillaume. Ik voelde vanuit zijn lichaam iets uitgaan naar boven en ik dacht: Staat Jezus daar nu op hem te wachten? Nu is hij thuis gekomen! Ik herinner mij nog het scherp verdriet, een scherpe pijn omdat een deel van mezelf was weggescheurd. Een buurvrouw gaf mij de raad aan de dokter medicatie te vragen, maar dat heb ik geweigerd. Ik heb de grootste dokter die er is, en dat is Jezus. Toen ben ik op mijn knieën gegaan en heb ik gezegd: Heer Jezus, ik heb verdriet; Maar U moet de eerste plaats in mijn leven hebben en dan pas mijn verdriet. Het was toen net alsof er een knop in mijn hoofd werd omgedraaid. Jezus zei: Guillaume is niet dood, hij is bij Mij. Toen kwam er rust en blijdschap in mijn hart waardoor ik bad: Heer, laat mij niet door mijn verdriet een ander tot last zijn, maar leer mij om anderen te dienen. Zo mocht ik leren om God te loven ondanks mijn verdriet, zoals in Psalm 30: 12 staat: U veranderde mijn droevig gebed in een blij danklied. U nam mij mijn rouwkleding af en bekleedde mij met vreugde. 13 Zodat ik voortdurend lofliederen voor U zou zingen. HERE, mijn God, ik zal U altijd blijven prijzen.
Nu na vijf jaar, is mijn verdriet even groot en ik mis Guillaume nog elke dag. Er zijn voordien nachten geweest dat ik enkel kon huilen en op één van deze momenten heb ik een brief aan God opgeschreven:
Alleen verder
Heer, ik heb er niet voor gekozen om alleen te zijn. Ik koos voor een man, gezin en kinderen. Jaren ben je samen dan, deelde je liefde en ook leed, maar samen was dat niet moeilijk om dragen. En dan gebeurt er iets, waar men niet voor kiest. Een eenheid wordt verbroken, de helft van jezelf is niet meer. Verdriet en stille tranen, die niemand ziet. Je bent alleen, alleen met je verdriet. Soms lig ik wakker en gaan er mooie herinneringen door me heen. Dan roep ik huilend: "het Is voorbij en komt nooit terug". Dan zeg ik: "Heer mocht hij nog even terugkomen zou ik zoveel dingen anders doen". Ik zou hem zoveel willen zeggen, en veel meer zeggen hoeveel ik van hem hou. Ik weet ook dat ik in dingen zoveel tekortschoot, wat men pas ziet, als ze er niet meer zijn. Ik mis hem, en dat gemis zal blijven. Stond ik s morgens op dan zei hij: Hé mijn schat is wakker en gaf me een dikke zoen. Wat hield hij veel van mij. Nu is het stil, zijn stem zal ik nimmer nog horen. Dag en nacht alleen. Geen kind of mens beseft wat het is je geliefde te missen. Iedereen heeft genoeg aan eigen zorgen. Ik moet nu leren alleen verder te gaan. Ik weet dat Guillaume verder in mijn hart leeft, tot ik hem wederzie bij de Heer. Ook zie ik pépé in als ons kleinkindjes die de Heer ons gaf, dit zijn de Poncinkes. In hen leeft ook een stukje van Guillaume, immers zijn ze ook zo lief. Wat die kindjes mij geven Heer is voor mij de moeite waard om alleen en verder te gaan. Ik blijf U loven en prijzen en danken want U Heer, laat mij nooit alleen.
Nacht 21 augustus 1999 op 28 september is Guillaume 2 jaar bij de Heer
Nadat ik dit gebed had opgeschreven was het alsof Jezus zei: Het is goed, mijn kind, Ik heb het gehoord. Rust nu maar. Ik werd rustig en kon slapen.
Jezus, leerde mij dat ik alleen kon verder gaan, met Hem aan mijn zijde. Hij liet mij zien hoeveel werk er nog is, en waar ik anderen kan helpen. Omdat ik graag over de Here Jezus vertel, werk ik graag met anderen samen in het evangelisatieteam van onze gemeente. Soms vragen mensen mij: Francine, hoe komt het dat jij zoveel kan vertellen over Jezus? Dan zeg ik meestal: Hoe kunt ge nu zwijgen over Iemand die altijd bij u is? Ik weet dat Jezus altijd bij mij is omdat Hij mij dat heeft beloofd in Zijn Woord. Ik lees graag in de Bijbel, en daarin lees ik dat Jezus ons vraagt om over Hem te vertellen. Er zijn nog teveel mensen die tot op vandaag niet in de Hemel zullen komen wanneer zij zouden sterven. Wij dragen een grote verantwoordelijkheid.
Wij staan met onze gemeente in Leuven op de Kerstmarkt met een stand. De vorige jaren stelden wij vragen aan de mensen over de betekenis van kerstmis. Op deze manier konden wij het evangelie uitleggen. Ook al zijn er maar enkele mensen geïnteresseerd, ervaar ik telkens grote vreugde wanneer iemand van de kerstmarkt even later de gemeente bezoekt, en zo tot bekering komt. Tijdens de Kerstmarkt in Leuven bad ik altijd dat ten minste één persoon die tot bekering zou komen.
Jezus, zegt dat de kinderen van God het Koninkrijk zullen binnen gaan omdat zij Hem te eten en te drinken gaven. Jezus, heeft mij een weg getoond hoe ik dit kan doen. Elke zaterdagavond ga ik samen met vrienden naar Station Zuid in Brussel. Wij ontmoeten er vluchtelingen en daklozen, geven hen eten en drinken, kleding schoolgerief voor de kinderen en zelfs een slaapzak met een tentje. In ieder van hen zie ik de Heer Jezus, en vraag ik me af wat Hij zou gedaan hebben. Ik bid vaak: O Heer Jezus, er is zoveel nood. Waar moet dat allemaal vandaan komen?
De voedselbedeling is beperkt en de rijen vluchtelingen lijken steeds langer te worden. Ik ben naar een paar kleine supermarkten bij ons in de buurt gegaan en gevraagd naar voeding die aan het eind van de dag zou weggegooid worden. Eén van deze winkels heeft positief gereageerd zodat ik wat extra voeding kan meenemen. Aan de Gemeente heb ik gevraagd of iemand extra schoenen heeft, of nog een oude winterjas. Alles waar ik heb voor gebeden heb ik ontvangen, en nog veel meer! Ik mag meer en meer begrijpen dat wij koningskinderen zijn, en dat wij een rijkdom hebben die ons verstand vaak te boven gaat. Alles wat er is, behoort God toe, en Hij geeft ons alles wat wij nodig hebben om voor Hem te leven. Het is zoals een kinderlied zegt: Mijn Vader is rijk aan huizen en land. Hij houdt al de schatten der aard in Zijn hand.
Ik ben vaak verbaasd over de gelegenheden die God geeft, om over Hem te vertellen. Ik kan via mijn huisarts deelnemen aan een onderzoek van diabetespatiënten. Ik ga hiervoor regelmatig naar het ziekenhuis en krijg medicatie via een infuus. Deze behandeling duurt ongeveer drie uren en steeds komt dezelfde arts even kijken. Ik bad voor de juiste woorden en vertelde hem over Jezus. Hij zei: Jij vertelt hetzelfde als mijn vriend. Hij is ook evangelisch christen. Ik trok mijn stoute schoenen aan en zen zei: Zou het dan geen tijd worden dat je doet wat jouw vriend zegt? Hij keek me verbaasd aan en begon toen te lachen. Hij nodigde mij uit om in de cafetaria iets te gaan eten en stelde vele vragen. De keer nadien gaf ik hem wat evangelisatieboekjes. Hij zou er in lezen. Ik ben dankbaar dat ik dit mag doen. Wij kunnen zaaien. Dat is misschien niet veel, maar ik weet dat God dit gebruikt zodat mensen over Hem nadenken.
Sommige mensen zeggen mij dat zij dat niet zouden kunnen, en misschien kan niet iedereen spontaan met anderen omgaan. Maar God heeft ons allemaal gaven en talenten gegeven en een kaartje sturen naar iemand die ziek is, of een jonge moeder helpen met de strijk, dat kan toch iedereen?
In onze gemeente ondersteunen wij een zendelingsechtpaar ik Burkina Faso. Ik geef maandelijks een gefrankeerde brief aan een gemeentelid zodat dit echtpaar vele mensen in onze gemeente leert kennen. Eenmaal in het jaar een brief aan zendelingen schrijven, dat kan toch niet moeilijk zijn?
Het allermooiste wat ik kreeg toen ik Jezus leerde kennen is de kracht van vergeving. Het heeft me veel inspanning gekost om met de strenge opvoeding van mijn vader te leren leen. Er waren dagen dat het verleden me niet losliet. Totdat ik hem kon vergeven. Nu komen de goede dingen van mijn vader in mijn gedachten. Jezus, vraagt ons te worden als een kind en wanneer ik erover nadenk hoe kinderen ruzie maken, dan denk ik dat wij daar veel van kunnen leren. Zij rakelen het verleden niet meer op, dat is voorbij. Volwassen kunnen dit niet. Zij vergeten zo moeilijk de fouten van een ander. Mensen zeggen mij: Francine, je laat over u lopen. Ik zeg hen dan: Neen, dat is niet zo. Voor de mensen ben ik misschien een verliezer, maar in de ogen van God ben ik de overwinnaar.
Indien alle mensen de Heer Jezus kenden, en zij Zijn liefde en Zijn vergeving in hun hart zouden hebben, dan zou er geen onenigheid, oorlog of honger meer zijn. Aan het einde van Zijn leven heeft Jezus gebeden voor eenheid onder zijn discipelen en Hij heeft dit ook voor ons gebeden. Ik verlang er naar dat die zal komen, dat wij elkaar mogen liefhebben en vergeven, en zijn als kinderen van Zijn Koninkrijk.