Vier prijzen voor volwassenen : drie prijzen gingen naar mannen; een vrouw schoot de hoofdvogel af.
Het winnende gedicht :
Ik haal mijn moeder uit de was. Ze lijkt gekrompen maar ik zeg er niets van, we zien elkaar al zo weinig.
Met haar tong kort ze mijn meerderjarigheid in. Haar woorden strijken applicaties op de sleetplekken van mijn broek.
Dat ik voorzichtiger moet zijn nu ik niet meer buiten speel en dat het huis, ja, vooral dat het huis.
Ze heeft soep mee (het potje moet ze terug) en spijs voor het spaarvarken van mijn kind. Ook dat mag meer gespekt.
Ze gaat niet zitten, ruimt een lege tafel af. Er kleeft een verleden aan het laken. Haar handen zijn als washandjes
en ik hou mijn armen omhoog alsof ik schuld beken aan krimpende moeders.
(Jana Arns, Sint-Niklaas)
Ook "Witgoed" (tweede prijs) van Herwig Verleyen uit Brugge en "Tweespraak" (vierde prijs) van Eddy Vaernewyck uit Sint-Martens Latem konden mij erg bekoren!
Morgen meer...
|