nr26 Om de tuin was een haag van notestruik. Daarbuiten lagen akkers en weiden met koeien en schapen. Midden in de tuin stond een bloeiende rozelaar en daaronder zat een slak, die heel wat in zich had. Eigendunk. Wacht maar tot mijn tijd komt. Ik zal heel wat meer doen dan knop zetten, vrucht dragen of melk geven zoals koeien en schapen. Ik heb grote verwachtingen in je, zei de rozelaar, mag ik vragen wanneer dat zal zijn? Je maakt er haast werk van, zei de slak Ik gun mezelf tijd zo hou ik de verwachting hoog. Het jaar daaroplag de slak zo ongeveer op dezelfde plaats in de zonneschijn onder de rozenstruik die knop zette. En steeds weer frisse nieuwe rozen deed ontluiken. De slak kroop half naar buiten, stak zijn voelhorens uit en trok ze weer in. Alles ziet er net zo uit als verleden jaar, der is niks veranderd. De rozenstruik blijft bij zijn rozen en komt niet verder. De zomer verliep, hat werd najaar. De rozenstruik had voordurend bloemen en knoppen tot de sneeuw begon te vallen. Toen het weer ruw en vochtig werdboog de rozenstruik zich ter aarde. De slak kroop onder de grond. Een nieuw jaar begon. De rozen liepen uit en de slak kwam uit z'n huisje. Nu ben jij een oude rozenstam, je moet maar gauw maken dat je wegkomt, je hebt de wereld alles gegeven wat je in je had. Ik had geen tijd om me af te vragen of dat iets te betekenen had, maar het is toch duidelijk dat je niet het minste gedaan hebt voor de ontwikkeling van je innerlijke, anders zou er wel iets beters van je geworden zijn. Kun jij je verantwoorden? nog even dan is er niks van je over dan wat houtjes, begrijp je wat ik zeg. Je maakt me aan het schrikken, zei de rozelaar. Nee, je hebt nooit erg veel moeite gedaan om na te denken. Heb je ooit 1 gedachte geweid waarom je bloeide en hoe dat ging? Waarom juist zo en niet anders? Nee ik bloeide in blijdschap, want ik kan niets anders. De zon was warm, de lucht zo fris. Ik dronk de heldere dauw en de zware regen, ik ademde ik leefde uit de aardesteeg een kracht in mij op, uit de hemel een energie. Ik voelde een geluk steeds nieuwer steeds groter en daarom moest ik altijd bloeien.Dat was mijn leven. ik kon niet anders.
Jij hebt een gemakkelijk leventje gehad, zeker ja alles werd mij geschonken. Maar je kreeg nog meer, jij bent een denkende diepzinnige natuur, één van die hoogbegaafde die de wereld in verbazing zullen brengen. Ah dat ben ik niet van plan. De wereld kan mij niks schelen. Wat heb ik met de wereld te maken. Ik heb genoeg aan mezelf en genoeg in mezelf.