Pétanque
Het balspel Pétanque gaat terug tot de oude Egyptenaren. Pétanque is niet hetzelfde als jeu de boules,
de regels zijn namelijk anders. Jeu de boules wordt gespeeld rondom
Lyon en in de bergen, terwijl de moderne vorm pétanque in 1907 in de
lome hitte van de Provence bedacht is door Jules Le Noir. Geschat wordt
dat 15 miljoen Fransen regelmatig een balletje opgooien. Onder hen zijn
meer en meer jongeren, ook in de grote steden. Pétanque is ook
internationaal bezig aan een gestage opmars: al zeventig landen hebben
officiële pétanque-bonden en in Nederland zijn steeds meer steden met
speciale boulodromes. In 2009 worden de Wereldkampioenschappen voor het
eerst georganiseerd in Maastricht.
De spelregels
In principe kan pétanque op ieder terrein gespeeld worden, maar
tijdens kampioenschappen is de minimale afmeting van de baan vier bij
vijftien meter. Twee teams van maximaal drie personen hebben elk twee of
drie ijzeren bollen met een diameter van minimaal 7,05 en maximaal 8
centimeter en een gewicht tussen de 650 en 800 gram. De but of cochonnet
(=het varkentje), een klein houten of plastic balletje, wordt als
eerste opgegooid. Door de bollen zo dicht mogelijk bij het kleine
balletje te gooien, worden punten gescoord. Het doel van het spel is 13
punten te behalen.
|