De grote Arenbergmolen van Rebecq. De watervallen van de Zenne in het centrum van Rebecq werden in de middeleeuwen uitgebaat voor het malen van het graan, vooreerst door de Landheren van Rebecq en later in 1606 door de Hertogen D'Arenberg. In de XIX eeuw vergrootte de familie Minne, afkomstig uit Oostenrijk, de gebouwen en verbouwden hen om tot een fabriek van zijden kousen. De grote schouw profileert zich nog steeds in het kader van de watervallen van de Zenne. De molen is in werking gebleven tot 1964. Het grote buitenwiel heeft een diameter van 7,50 m. De molen werd in 1974 aangekocht door de gemeente.
De kleine Arenbergmolen van Rebecq. Deze kleine molen werd opgericht in de XV eeuw en werd in beweging gebracht door de wateren van de Zenne. Hij bezat oorspronkelijk een houten buitenwiel, vier paar molenstenen en een stootblok. Gerestaureerd en omgebouwd tot een molenmuseum en smidse sinds 1975. Tijdens het toeristisch seizoen kan men nog steeds het graan zien malen zoals voorheen.
De molens van Arenberg zijn getuigen uit het verleden en zijn vandaag een belangrijk cultureel centrum geworden. Ze maken deel uit van de juweeltjes van het Waals-Brabantse erfgoed. In het hart van het dorp verheft de grote molen zich aan het uiteinde van de Zenne. Hij beschikt nog steeds over de indrukwekkende machinerie die het schoepenrad in werking zet. Het bureau voor toerisme werd onlangs ondergebracht op het gelijkvloers (sinds 2004). De molen herbergt op de eerste verdieping het porfiermuseum (steen uit de Steengroeve van Quenast) en op de drie verdiepingen, loopt een volledig tentoonstellingsprogramma gedurende het toeristische seizoen. Dit klein steengroevemuseum herinnert ons aan een industrieel verleden, vandaag voorbijgestreefd en volledig geautomatiseerd
Iets voor 15 uur komen terug aan in Rebecq in het Biermuseum, dat vlak aan de Zenne gelegen is, ter hoogte van de oude watermolens. Wij zijn vrij goede bierkenners (en proevers!), maar de gidse kwijt zich zeer goed van haar taak. Vooral de "weetjes" rond de plaatselijke brouwerij Lefebvre verruimen onze bierkennis. Dan kunnen we Rebecq toch niet verlaten zonder één van die bieren te hebben geproefd in de taverne van de Grote Molen...
Het is nog wat vroeg voor het middagmaal en de kinderen gaan onder leiding van Elly echte taartjes bakken! De mannen besluiten toch nog tot een wandeling van een dik uur in het bos van Houssière. Afspraak om 13 uur aan tafel!
In Rebecq komen samen toe met onze gidse, die ons het systeem zal uitleggen waarbij de afvalwaters van ver uiteen gelegen woningen gezuiverd worden door een systeem, dat lagunage genoemd wordt. Er wordt gebruik gemaakt van drie afzonderlijke vijvers met telkens een andere grondbedekking en een andere beplanting, waarin het water overloopt. Dit vraagt een vrij grote oppervlakte en een hellend terrein.
Na twee frisse maar droge dagen, wil het weertje vandaag wat minder mee : het motregent heel fijntjes, zodat de wandeling met de kinderen wordt afgelast. We keren rond 11u15' terug naar Hennuyères.
Het opstaan verloopt opnieuw van "veel te vroeg" (de klein mannen) tot iets te laat (sommige grote mannen), maar iedereen vindt de tijd voor een lekker ontbijt. We mogen toch niet te lang treuzelen, want om 10 uur hebben we afspraak in Rebecq
Thuis wacht ons een heerlijke gourmet. Gisterenavond was het wat laat, dus gaan de kinderen wat vroeger aan tafel en krijgen ze de gelegenheid hun buikje rond te eten. Dan volgt stilaan het avondritueel van het slapen gaan : wassen, tanden poetsen, vertelske voorlezen, enz...
Rond acht uur kunnen wij dan aan tafel en de gourmet laat zich smaken samen met een goed bierke of een lekker wijntje..Wat opruimen en alles laten bezinken brengt ons op 22 uur, tijdstip waarop de kwis wordt hernomen. De strijd gaat ongeveer gelijk op tot aan de fase waar de naam van een bekend persoon moet gezocht worden. De hints gaan heen en weer tot de R K E ploeg "Kelly Verbier" vindt... (inside joke voor "kè liever bier") Het is dan weerom juist iets voor of juist iets na 24 uur geworden en er wordt besloten te gaan slapen want to morrow is a other day en die klein mannen zijn altijd (zeer) vroeg wakker.
We beëindigen ons bezoek aan de carnavalstad met een kleine wandeling door Binche. We komen voorbij het stadhuis waarin het belfort is geïntegreerd. Het dateert uit de 14de eeuw, wat blijkt uit de stijl van de sokkel en de spitsbogen van de drie gotische portalen op de gelijkvloerse verdieping. In 1554 werd het belfort door Franse troepen in brand gestoken, maar het werd vrij snel in Renaissancestijl gerestaureerd aangezien het uurwerk reeds een jaar later opnieuw bevestigd werd. In de 18de eeuw werd de façade voorzien van een afwerking in classicistische stijl met neoklassieke decoraties. Na een belangrijke renovatie in 1901 vond het stadhuis zijn renaissance aspect terug. Een bolvormige koepel bedekt het belfort, dat een beiaard met verschillende 16de eeuwse klokken herbergt. De wapenschilden van Karel V en zijn zus Maria van Hongarije versieren het gebouw Omwille van de slechte staat waarin het stadhuis verkeerde, werd het geheel meermaals met afbraak bedreigd. Dit werd verhinderd door de koppigheid van de Commissie voor Monumenten en Landschappen en van burgemeester Derbaix, die het gebouw in 1896 grondig liet restaureren. Ook de stadsomwalling is zeer bijzonder. Ze werd gebouwd rond 1230 onder hertog Boudewijn IV. Op een paar gaten na om wegen door te laten, is deze omwalling nog ongeveer intact. Er waren 6 stadspoorten, maar die verdwenen tijdens de 19e eeuw. Er waren ook een dertigtal torens. De stadsomwalling is 2,1 km lang, en omsluit 22 ha. Hier en daar zie je nog kantelen en schietgaten.
Het wordt nogal fris en rap donker zodat we rond 16 uur besluiten terug te rijden naar Hennuyères.
Wellicht één van de bekendste carnavalvieringen in België. Reeds in januari starten de repitities van de trommelgezelschappen. Voortaan behoort deze carnavalsviering tot het Unesco Werelderfgoed.
Voor de toerist begint het carnavalfeest in Binche eigenlijk op zondag 6 februari 2005. Vanaf 9 uur komen de gezelschappen op straat in vol ornaat met draaiorgels en trommels. Om 15.30 uur is er dan de stoet van de carnavalgezelschappen. Vertrek aan het station, verder via de avenue de Burlet, Wanderpepen, Ch. Deliège en eindigend op de Grote Markt.
Op vette maandag 7 februari zijn het de jongeren die met hun draaiorgels het mooie weer maken tussen 9 en 13 uur. Om 15 uur komen de muziekgroepen op straat om de kinderen te begeleiden bij hun rondedans op de Grote Markt. Er is dan nog een sinaasappelworp. De dag wordt beëindigd aan het Stationsplein. Om 19 uur is er aldaar een groot vuurwerk.
De grote dag is vette dinsdag 8 februari. Kies je voor één dag, dan moet je zeker de dinsdag uitkiezen want dan komen de Gilles buiten. Reeds om 9 uur zijn ze samen met de Paysans, Pierrots en Arlequins op straat. Ze vertrekken aan het station gaan dan verder via de rue de Robiano, rue de la Gaieté naar de Grote Markt. Ontvangst in het stadhuis. De Gilles en de Paysans dragen een wassen masker en drinken de ganse dag uitsluitend Champagne.
Om 15.30 is er een grote stoet van al deze figuren. Ze vertrekken aan het standbeeld van de Paysans (Av. Deliège) en gaan richting Grote Markt. Nu dragen de Gilles hun verenhoed en gooien ze appelsienen naar het publiek. Langs het parcours zal je merken dat alle ramen afgeschermd zijn met traliewerk want de Gilles gooien er niet naast. Ze zijn trouwens al van vier uur 's morgens Champagne aan het drinken! Op de Grote Markt is er een rondedans. Om 19.30 uur is er daar nog een lichtstoet en ze eindigen de dag om 21.30 uur met een groot vuurwerk.
Onze eigen carnavalgewoontes mogen natuurlijk niet ontbreken. In verschillende ruime vitrines wordt het verloop van de carnavaldag van een Gilles van Binche geschetst en van alle andere figuren, zoals de trommelaar, die er bij betrokken zijn. Hier eindigt de bijna twee uur durende rondleiding. De vele vragen, die gesteld werden aan de deskundige gids, bewezen onze interesse voor het bezoek.
Daarna trekken we hogerop naar de zalen waar de carnaval uit Brazilië wordt ten toon gesteld. Een ganse reeks zuid-amerikaanse schonen uitgedost in prachtige kostuums. Er loopt ook een film waar je de dansrealisaties kunt volgen van de verschillende sambascholen in de carnavaloptochten. De typisch ritmische muziek ondersteunt de dansbewegingen.
We starten met het bezichtigen van maskers. Ze zijn enerzijds geklasseerd vanaf de oudheid tot heden en anderzijds volgens hun afkomst uit verschillende culturen. Ze zijn uitgestald in meerdere zalen en er zitten verscheidene prachtexemplaren tussen. En de notie "masker" mag je niet in de enge zin interpreteren : er staan volledige "kostuums" waarmee bij voorbeeld de medicijnmannen uit vreemde volkeren zich tooiden.
Iets voor twaalf uur zitten we in de auto op weg naar Binche, stad van de Gilles. De rit gaat via Soignies en Le Roeulx en we hebben afspraak in het Museum van de Carnaval. Daar loopt iets mis want de persoon, die we moesten ontmoeten blijkt spoorloos. Niet getreurd, we gaan in een café aan de overkant van de straat ons boterhammekens opeten met een "lekkere (???)" Blanche de Binche... Om half twee zijn zowel de museumbedienden aanwezig als onze nederlandstalige gids. Klaar voor een boeiende rondleiding in carnavalwereld
Het wordt een originele uitstap en zowel voor de kleine als "grote" kinderen wordt het een leuke bedoening. Maar we moeten terug voor een volgende activiteit en rond 11 uur 30' rijden de Ferme du Planois terug binnen.
Het tweede dier werd gezadeld opdat Lotte, Lynn, Jenne (en ook de kleine Riete een beetje) er op zouden kunnen rijden. Dit wordt de echte clou, want éénmaal de schrik wat overwonnen, ontpoppen ze zich vlug als echte ruiters. Elk om beurt mogen ze er een eind op rijden.
Eenmaal dit werkje achter de rug wordt één ezel ingespannen : hij zal een karretje trekken waar drie kleine pagadders kunnen inzitten. (grote ook wanneer ze moe of lui worden...) De kinderen nemen plaats en om 10 uur 15 is de ganse stoet klaar om te vertrekken
Daarna volgt één van de hoogtepunten voor de kleine en grote kinderen : een bosrit met de ezelskar, plus een tweede ezel.
Er worden twee dieren van de weide gehaald en vooraleer één in te spannen moeten ze grondig geroskamd worden : een werkje waar de kleine mannen duchtig aan mee helpen.
Het wakker worden op zo'n weekend is meestal uitgesmeerd over een zeer ruime tijd maar wordt steeds "veel te vroeg" gestart door de jongerenbende. Dat "glijdend ochtendlijk uurrooster" laat wel toe dat iedereen de badkamers een tijdje voor zich heeft zodat iedereen 9 uur fris (?) aan het ontbijt verschijnt.
Het eten verteerd... De kinderen in bed ... Nu volgt het echte werk, want Els en Ivan hebben een meerkeuze-kwis ineengedokterd! De groepen nestelen zich comfortabel in de kussens van de ruime zetels in het salon : Pa, Mieke en Johan tegen Rik, Kris en Elly. Nu nog de haard aangestoken, een zeer goed pintje bij de hand en de strijd kan losbarsten... Wat die goeie pintjes betreft, vindt U in het volgende berichtje het keuzelijstje van Ivan... Om één uur 's nachts wordt beslist er mee te stoppen, bij een zeer lichte voorsprong voor de R K E - ploeg en om morgenavond de handschoen opnieuw op te nemen.