Een week na ons huwelijk is Zoë in ons leven gekomen. Een bezoekje aan de kinderboerderij in Assebroek veranderde ons leven. Er was verkoop van de "overtollige dieren" en algauw had ik een kartonnen doos vast en zat het lieve baardkonijn gezellig te kijken vanop de bagagedrager van mijn fiets. Waar ik ook ging, Zoë was altijd bij mij. Het liefst ging ze mee op stap in een mooie rieten mand, dan zag je haar twee oortjes uit de mand steken. Een grappig konijn. Holen graven in de tuin deed ze natuurlijk ook zeer graag, want daarom is ze een konijn. Ze deed dit enkel wanneer wij niet in de tuin waren, van het ogenblik dat we de tuin in kwamen, ging ze met haar buik over het hol liggen, alsof er niets gebeurd was. Rollen in de aarde deed ze ook zeer graag. Hoe vaak maakte zij mij niet aan het lachen met haar gekke sprongen en vrolijke snoet, als ik eens een mindere dag had. Of hoe vaak kroop ze niet bij me op schoot om zich tegen mij aan te vleien en mij te verwarmen. Op de dag was Zoë een beetje slapjes, met een konijn moet je er natuurlijk vlug bij zijn anders is het gedaan. Volgens de dierenarts moest ik niet panikeren. Er was volgens hem niets ernstigs aan de hand. Toch bleef een gevoel aan mij knagen en ik raadpleegde de volgende dag een andere dierendokter. Die constateerde een baarmoederonsteking. We hebben nog alles gedaan om Zoë te redden, maar door de verkeerde diagnose van de eerste dierenarts kwam alle hulp te laat. Die dinsdag op 30 september kwam ik naar huis om te eten. En zij had gewacht op mij om te sterven. Zoë waar je nu ook bent, ik zal je nooit vergeten.