Het weer was op deze vroege morgen totaal anders, was het
gisteren warm tot heet, vandaag was het grauw en bewolkt en een temperatuur van
18 graden. We hebben ook nu weer een
ontbijt op de camping, goeie stevige kost met kaas, saucisse en boterhammenworst
met enkele stukjes augurk. Onze Duitse
vrienden waren ook al op post, ze aten het ene spiegelei na het andere en
bleven maar eten, tenminste één van hen.
Wij noemden hem de professor, voornaam in zn bewegingen en traag met
het eten. Terwijl de andere twee al
gepakt en gezakt stonden te wachten, bestelde hij nog wat koffie. De twee anderen hoefden ons niet te vertellen
hoe vervelend ze dat vonden, wij lazen het van hun gezichten.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het Donau radpad nr 6 leidt ons naar Wenen, toch goed
opletten want soms was het een beetje dubbelzinnig aangegeven en werd je op het
verkeerde been gezet. We passeerden de
kades van de Donau cruise boten, bij sommigen lag de rode loper uit en wij
fietsten dus letterlijk over de rode loper.
Aan onze rechterkant lag het centrum van Wenen en kregen we af en toe
nog een mooie kerk in het vizier. We
passeerden het hoofdkwartier van de UN met zn oneindig hoge gebouwen.
De volgende brug, daar moeten we over. De gps van Herman leverde puik werk! Aan beide zijden van de Donau waren voor de
brug een soort van torens gebouwd om de fietsers comfortabel naar de brug te
brengen. We draaiden rondjes in die
torens met een zachte helling naar boven.
Aan de andere kant, over de rivier, was het net omgekeerd, daar reden we
rondjes met een zachte helling naar beneden.
Eens de Donau over, ging de drukte van de stad geleidelijk
over naar een goed bollend fietspad, midden in de natuur. We fietsten weer op het platteland en we
fietsten daar alleen! Vele kilometers
reden we gewoon altijd rechtdoor, richting Hainburg.
Hainburg a/d Donau ligt in het noordoosten van Oostenrijk,
aan de grens met Slowakije en het Burgenland.
In het noordoosten ziet men de bergen in Slowakije liggen met de
uitlopers van het Malé Karpaty bergmassief.
Hainburg ligt aan de Donau, op slechts 3 kilometer van Slowakije. Het stadje heeft nog een oude stadspoort, de
Wienertor. Het is de grootste nog
bewaard gebleven middeleeuwse stadspoort in Centraal Europa. De burcht is ondertussen vergane glorie en is
tot een ruïne vervallen.
In Hainburg deden we onze inkopen voor vanmiddag in een
Billa. Het is een Slowaakse warenhuisketen
die ik me nog herinner uit Zilina, een stadje in Slowakije. Even buiten het stadje aten we op een rustig
plekje, in de verte de skyline van Bratislava, de hoofdstad van Slowakije. Tijdens onze pauze zoefden onze drie Polen
voorbij, tenminste twee van hen, met een serieuze afstand ertussen, van de
derde geen spoor. Hij had een val
gemaakt en liet de kwetsuur verzorgen, zo bleek later. Als het goed is eindigt de rit van vandaag op
een camping in Bratislava.
De route maakte nog wat ommetjes om het zo veilig mogelijk
te maken en na enkele kilometers passeerden we de Oostenrijks-Slowaakse grens. We fietsen het vijfde land binnen dat we
aandoen op onze tocht. Nog drie dagen en
ons doel is bereikt!
Ik schreef zojuist, als het goed is eindigt de rit op een
camping in Bratislava
, niets daarvan.
Het was nog wat laveren tussen het verkeer vooraleer we op het adres
aankwamen waar een camping zou zijn. We
zijn aan de linkerkant van de autosnelweg, duidelijk het oude gedeelte van
Bratislava binnengereden. Alles ademde
nog de sfeer uit van de communistische tijd, zelfs de trams waren uit een ander
tijdperk. Het gebouw, op het adres van
de zogenaamde camping, bleek een onderdeel te zijn van een sportcentrum waar
niemand te zien was, laat staan een camping.
We moesten een paar knopen doorhakken. Het was nog maar halftwee in de namiddag en
de oorspronkelijke bedoeling was om redelijk vroeg een camping op te zoeken en
na het opzetten van de tent en het douchen, een stapje in Bratislava te zetten
en er ook het avondeten te gebruiken.
Niet dus
Als we nog vierentwintig kilometer rijden zitten we in
Hongarije, en in het stadje Donakiliti waren een paar campings. Het besluit om er die vierentwintig kilometer
bij te doen
, we waren meer gewend! We
gingen midden in het boerenland de grens over, nu nog slechts een groot bord
met de geboden en verboden in het Hongaarse verkeer. Indertijd, voor de wende, een grenspost met
alles erop en eraan. Inclusief de zwaar
gewapende militairen, politie en douane.
We fietsen vanaf nu door de Hongaarse Poesta, een hoogvlakte met veel
gras en andere gewassen zoals zonnebloemen en maïs. Het is er warm en stoffig door de
droogte. De EV6 stelt ook hier niet veel
voor, meestal loopt hij over de gewone weg, gelukkig viel het verkeer mee.
De camping Aranykarasz ziet er op het eerste zicht leuk
uit. De tweede camping is in de buurt
van het stadje Dunakiliti, deze kwamen we het eerst tegen en een paar kilometer
eerder onder de pannen maakte eigenlijk niets uit. We waren alleen, werden vriendelijk ontvangen
en we mochten ons tentje plaatsen waar we wilden. De prijs?
Duizend vijfhonderd forint voor een tent
, het was nog even wennen en we
schrokken telkens van de grote bedragen die genoemd werden, maar het stelde
niet veel voor als je het deelde door 278 (het aantal Forint in een euro) was
dat 5.39 per tent! Maar mijn oog viel
op de blokhutten, of die ook te huur waren.
Ze waren prachtig ingericht, twee stapelbedden, een paar stoelen en een
tafeltje. We kregen een sleutel om ze
eens te bezichtigen, de keuze was snel gemaakt
, voor vijfduizend Forint? Daar gingen we onze tent niet voor opzetten!
Zo, dat was geregeld.
Nu eerst een frisse pint en of we hier ook konden eten vroeg ik. Neen, dat kan niet, maar ik ga een paar
worsten bakken voor ons
, als je wil bak ik er een paar meer zei de chef. De worsten waren stevig Hongaars gekruid, samen
met een paar flinke sneden brood hebben we die avond sober, maar genoeg
gegeten.
|