
Dag 7 Vollenhove - Lelystad zondag 4-07-2021
Wat een luxe hebben we hier in Vollenhove. De rust en een machtig zicht, op de prachtig onderhouden tuin van de familie den Bakker, ‘t is heerlijk. Wanneer we beneden komen, worden we door Feikje verrast met een uitgebreid ontbijt. Vooraleer we het historisch pand verlaten, houden we nog een gezellige babbel met de gastheer. We komen heel wat te weet over Vollenhove en de streek er rond. Het dorp lag eeuwenlang aan de Zuiderzee. Er staan hier zelfs enkele oude monumenten van in de Franse revolutietijd.

Straks moeten we over het Vollenhovemeer en komen in Flevoland. De provincie Flevoland, waar wij door moeten, is het grootste inpolderings project ooit. Het droogleggen van de Zuiderzee duurde in totaal 75 jaar. Eerst een dijk naar Wieringen, daarna de afsluitdijk tussen de Noordzee en de Zuiderzee, zo ontstond het IJsselmeer. Het Wieringermeer werd drooggelegd en er werd een dijk gebouwd naar het eiland Urk. Door het aanleggen van dijken konden ze steeds meer droogleggen en inpolderen. Tot het huidige Flevoland een echt vasteland is en de 12° provincie van Nederland.

Na de bocht rond de haven, rijden we voorbij de palingrokerij “Konter”, over het hefbruggetje voorbij de Sint-Nikolaaskerk en over het Vollenhovekanaal. Op een kaarsrechte weg door landbouwgebied fietsen we naar Markenesse. Hier zijn we in de Noordoostpolder, waar we langs een van ver zichtbare watertoren, in Emmeloord toekomen. Nu moeten we naar Urk, het voormalig eiland met een fascinerende reputatie. ’t Is zondag en er staat ons iets te wachten! Uit een radio-interview met een Vlaamse journalist, herinner ik mij enkele uitspraken: “Op Urk, zou een van de meest gesloten en onbegrepen gemeenschappen leven, een minzaam en godvrezend volk. Toch blijkt het een schimmige en tragische wereld met baldadige jeugd, fraude en drugs.”

We hadden het moeten weten….de zondag is “De” rustdag voor de diep gelovige Urkers. En toeval of niet we zijn er precies wanneer ze de kerkdienst verlaten. Blijkbaar gaan de diepgelovigen, zelfs tweemaal naar de kerk, in dit absolute Biblebelt dorp. Mooi uitgedorst in zwarte klederdracht met hoeden, waar zelfs Maxima jaloers op zou zijn, komen ze midden op de straat in een brede rij, recht op ons af. Wij moeten noodgedwongen uitwijken en de graskant opzoeken. Ja wij hebben het begrepen, dit is hier “Hun” wereld en wij horen hier niet thuis. We rijden door de kleine straatjes, alles is potdicht en op de vele terrassen van cafés en eethuizen staan de tafels en stoelen op elkaar gestapeld. Op de dijk, zien we toch beweging, onmiddellijk bezetten we een toevallig leeg plekje onder een zonneparasol. De patroon van “De Kaap” beweert dat hij de enige is, die open doet op zondag. We bestellen een Duvel en een gerookt palingslaatje. Hebben we geluk ja! Na een 2° Duvel kunnen we er opnieuw tegenaan.

We kronkelen langs de jachthaven tot bij een scheepswerf voor vissersboten. Hier ontwaren we een nieuwe visserskotter met een Z op de boeg. Hij staat op het droogdok. Zouden ze hier een nieuwe Zeebrugse kotter aan het afbouwen zijn ??? We trachten op de dijk, bij de vuurtoren te geraken. We komen op een hoger gelegen plein met een muur er rond en een merkwaardig standbeeld. Het is het “Vissersmonument”. Op de muur zijn alle verongelukte vissers van het eiland Urk per jaartal vermeld, honderden in de loop der jaren. Het laat ons stil worden, wanneer we de ouderdom van sommigen lezen, velen waren nog kinderen.

Achter het vissersmonument, langs de dijk, die het IJsselmeer van de polders van Flevoland scheidt, staan rijen, met tientallen reusachtige windmolens. Ze domineren de horizon. We blijven die dijk volgen tot aan het Ketelmeer. Na de brug volgen we opnieuw de boorden van het IJsselmeer wel 12 km en tellen de kilometers af, aan de hand van de windmolens tot aan de Engie-centrale. Het lijkt eindeloos…..

Bij fietsknooppunt 95, begint er een andere ellende, het doorkruisen van Lelystad. Het lijkt wel een urbanistische miskleun….Fietspaden kruisen drukke wegen en lopen soms dood in bosjes. Ze stoppen plots of maken een U-bocht naar nergens, we geraken maar niet vooruit. Plots moeten we over bruggetjes door een kleine woonkern en daarna weer door een park met kronkelfietspaden, voetpaden en wegen alles door elkaar en kruisend. Wat is dat toch allemaal…..een zielloze bedoening. We sukkelen 10 km eer we toch plots ter bestemming zijn. Onze gastvrouw Corine ontvangt ons, vol enthousiasme in haar ruime zonnetuin, we moeten samen met haar een biertje snoepen.

Wanneer we haar onze tocht door de stad beschrijven, geeft ze ons volmondig gelijk. Ja zegt ze, ik was gemeenteraadslid en heb zelf gestreefd naar een betere circulatie en een efficiënter verkeersplan….maar ze luisteren helemaal niet naar de bewoners. Ze hoort dezelfde verkeersproblemen van al haar fietsgasten. We zijn er en dat is het voornaamste, laten we erop klinken…..en jaja Corine nipt gezellig, een wit wijntje mee.

We krijgen van onze gastvrouw de complete bovenverdieping ter beschikking. Toch maken we haar duidelijk dat één kamer en één badkamer voor ons volstaat. Terwijl we ons verfrissen en klaarmaken om te gaan eten is het plots hevig aan het regenen. We moeten echter gaan souperen, ongeveer 3km fietsen naar “Het hof van Lelystad”. Onze gastvrouw heeft daar voor ons gereserveerd. Regenpak aan en vertrekken maar…..Grote verwondering bij de ontvangst in het restaurant, doorweekte gasten dat zijn ze niet gewoon. Toch worden we hartelijk begroet en kunnen ons opfrissen in het sanitair. We laten het ons niet aan ons hart komen en vieren het einde van onze eerste fietsweek, met een uitgebreid maal met aperitief, voor- hoofdgerecht en dessert. Oei we verlaten als allerlaatste de zaak…

Gelukkig geraken we in droge omstandigheden, terug op ons slaapadres.
Het duurt niet lang eer er gesnurkt wordt……
|