Gorillaz bijzonder straf op Coachella
Het is altijd gokken hoe Gorillaz, het geesteskind van Jamie Hewlett
en Damon Albarn, live overkomt: de band was nooit bedoeld om echt te
zijn. Maar als afsluiter van het Coachella-festival in Indio (bij Palm
Springs in de Californische woestijn) bewees Gorillaz dat het kan en dat
qua concept, uitvoering en emotie er momenteel geen enkele band ter
wereld is die de tijdsgeest zo goed vertolkt.
Gorillaz is wat dan heet een totaalconcept: er zijn de drie releases
(Gorillaz, Demon Days en Plastic Beach), het stripverhaal, de video's.
Albarn is binnen het project verantwoordelijk voor de muziek, een op het
eerste gezicht combinatie van hiphop, dub, funk, electro en rock.
Striptekenaar Hewlett houdt zich vooral bezig met het visuele gedeelte
en het verhaal rondom de Gorillaz-wereld. Met 16 miljoen verkochte
exemplaren is de band één van de grootste muzikale successen van de
afgelopen tien jaar.
Tot nu toe
betekende Gorillaz live-projecties van de virtuele bandleden 2D, Murdoc
Niccals, Noodle en Russel Hobbs met achter een doek de silhouetten van
de "echte muzikanten". Op Coachella pakte Gorillaz echter uit met naar
eigen zeggen een "light-versie": de band prominent op de voorgrond, met
een constante stroom van videoprojecties.
Albarn
liet zich tijdens de 90 minuten durende show (18 nummers) bijstaan door
ondermeer Mick Jones en Paul Simonon (de helft van The Clash, voor het
eerst in 25 jaar weer samen op een podium), Bobby Womack, De La Soul,
Yukimi Nagano (de Zweedse zangeres van Little Dragon) en het Lebanese
Orchestra for Oriental Arabic Music.
Zowat
elke track van Plastic Beach passeerde de revue. Het verhaal van die
jongste plaat - waarin de Gorillaz na een ecologische ramp stranden op
een eiland - speelde als een rode draad doorheen de set op de
videowalls. Hoogtepunten een supersobere versie van "El Manana", het
jazzy "Empire Ants" (met Nagano), "Broken" (de Clash-boys samen achter
de microfoon).
Singles Gorillaz kreeg het
publiek ook aan het dansen met de jongste singles "Stylo" (met Bobby
Womack) en "Superfast jellyfish" (met De La Soul). Oudere hits zoals
"Demon Days", "Clint Eastwood" en "Feel Good Inc" maakten het feestje
compleet.
Het
mooiste zat echter in het staartje met "To Binge", een showtune-achtig
duet tussen Albarn en Nagano en "Cloud of Unknowing", een melancholische
ballade met Womack op lead-vocals. De conclusie: Gorillaz maakte op
Caochella komaf met het idee dat de band perfect is voor je iPod en op
je tv, maar live ondoenbaar is. De Gorillaz-vibes werd overgebracht, het
klonk allemaal schitterend en iedereen kon naar huis met het gevoel
iets unieks meegemaakt te hebben. Dat belooft voor Roskilde, het enige
andere festival dat de band kon strikken dit jaar. Albarn en Hewlett
lieten alvast weten iets speciaals in petto te hebben voor het Deense
muziekfeest, dat z'n veertigste verjaardagsfeest viert: "Het wordt meer,
groter en eenmalig". (br.hln)
|