De gezondheid van de Vlaming: dit zijn de feiten
Tijdens het Voedingssalon van Brussel vorig jaar organiseerde de Vrije Universiteit Brussel een groot gezondheidsonderzoek bij 1.000 bezoekers. Alle deelnemers vulden een uitgebreide vragenlijst in en hun lengte, gewicht, buikomtrek, bloeddruk, suiker en cholesterol werden gemeten. Tot slot moesten ze ook zelf aangeven hoe gezond ze zich voelden. Dit zijn de resultaten.
Meer dan de helft van de deelnemers heeft een probleem met zijn gewicht: 37 procent heeft overgewicht en 15 procent is obees. Daarnaast blijkt ook dat 30 procent onvoldoende lichaamsbeweging krijgt en dat 14 procent een verhoogd cardiovasculair risico loopt.
Slechts 11 procent van de bezoekers van het Voedingssalon blijkt te roken. Best positief als je weet dat het cijfer voor de volwassen Belgische bevolking meer dan het dubbele bedraagt.
Er werd de bezoekers ook gevraagd om hun eigen gezondheid in te schatten op een schaal van 1 tot 100, waarbij 1 overeenstemde met de slechtst mogelijke gezondheid die ze zich konden inbeelden en 100 met de best mogelijke gezondheid.
Uit het onderzoek blijkt dat een lage zelfgerapporteerde gezondheid vooral voorkomt bij mensen met suikerziekte, overgewicht, hart- en vaatziekten en rokers. Maar ook ouderen en mensen met in hun familie borstkanker of een hartziekte schatten hun gezondheid lager in. Meest opvallend is dat Vlamingen negatiever zijn over hun gezondheid dan Walen. Vlamingen gaven zichzelf gemiddeld 71 op 100, terwijl Walen een score van 76 op 100 haalden.
Deze zelfgerapporteerde resultaten zeggen uiteraard niets over de effectieve gezondheid en de reden voor het verschil is niet helder. "Men zou verwachten dat Walen zich in slechtere gezondheid zouden voelen gezien de algemeen lagere socio-economische omstandigheden en de grotere medische consumptie. Maar onze resultaten spreken dit tegen", stelt Prof Dirk Devroey, van de VUB.
"Het zou natuurlijk ook mogelijk zijn dat ze zich door de grotere medische consumptie meer gerustgesteld gaan voelen, maar dan is er een fundamenteel probleem in het (oneigenlijke) gebruik van medische zorgen. Ongetwijfeld zal er ook een cultureel verschil aan de basis liggen van onze bevindingen en het gebruik van de medische zorgen", besluit Devroey. (br.hln)
|